woordenschat thema2les11
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welke plaatje hoort het beste bij 'tevreden'?
A
B
C
D
Slide 3 - Quizvraag
Wat betekent 'uiteraard'?
A
waarschijnlijk
B
überhaupt
C
onlogisch
D
natuurlijk
Slide 4 - Quizvraag
Welk plaatje past bij 'een bont gezelschap'?
A
B
C
D
Slide 5 - Quizvraag
Wat betekent 'ideaal'?
Slide 6 - Open vraag
Wat betekent 'tegen een stootje kunnen'?
Slide 7 - Open vraag
Welk plaatje hoort bij 'opgetogen'?
A
B
C
D
Slide 8 - Quizvraag
Wat betekent 'uit het oog verliezen'?
Slide 9 - Open vraag
Mijn favoriete vak is rekenen
Mee eens
Oneens
Slide 10 - Poll
Wat betekent 'beetnemen'?
Slide 11 - Open vraag
Wie is voor jou 'dierbaar'?
Slide 12 - Open vraag
Wat betekent 'koesteren'?
A
ergens heel erg van houden
B
iets aanbevelen
C
iets geliefds dichtbij je hart houden
D
iets bezoeken
Slide 13 - Quizvraag
Wie ken jij die 'een hart van goud' heeft?
