Enkele onderwerpen extra door te nemen tbv examen 2

Enkele onderwerpen ter ondersteuning voor het examen
Lees de slides in deze lessonup goed door en probeer op het werk na te gaan in welke mate je te maken hebt met de onderwerpen. Wellicht kun je meer informatie krijgen van je werkplekbegeleider. 
In het examen staan vragen over o.a. sonderingen, keurmerken, en andere beroepsgerichte onderwerpen. In deze presentatie zijn enkele onderwerpen eruit gelicht.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BouwkundeMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Enkele onderwerpen ter ondersteuning voor het examen
Lees de slides in deze lessonup goed door en probeer op het werk na te gaan in welke mate je te maken hebt met de onderwerpen. Wellicht kun je meer informatie krijgen van je werkplekbegeleider. 
In het examen staan vragen over o.a. sonderingen, keurmerken, en andere beroepsgerichte onderwerpen. In deze presentatie zijn enkele onderwerpen eruit gelicht.

Slide 1 - Tekstslide

Terreinonderzoek: Sonderen
Sonderen is het bepalen van het draagvermogen van de grond door een staaf met kegelvormige punt met een tophoek van 60°, (de sondeerconus), in de grond te drukken waarmee je de mechanische weerstand van de grond meet.
(Hoeveel gewicht de ondergrond kan dragen)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Sondering: Wrijving fs/weerstand qc= wrijfingsgetal (aangegeven in eenheid MPA)
Voor sonderingen maak je onderscheid in 2 soorten grond: samendrukbaar en stevig.
Samendrukbaar: Als de kegel de grond makkelijk opzij kan duwen. Als je de mate van wrijving (fs) deelt door de mate van weerstand (qc) krijg je een percentage. 
Onderstaand een indicatie van de grondsoort:
0,5 – 1,2% Zand Vast
1 – 2% Stilhoudend zand Vast
1,5 – 3% Leem Samendrukbaar
3 – 5% Klei Samendrukbaar
5 – 7% Potklei Samendrukbaar
6 – 10% Veen Samendrukbaar

Slide 4 - Tekstslide

aflezen sonderingsgrafiek
Wrijvingsgetal
Het wrijvingsgetal of kleefgetal is een verhoudingsgetal tussen plaatselijke kleef en conuswaarde. Dit wrijvingsgetal Rf wordt berekend door de conusweerstand qc en de plaatselijke mantelwrijving fs op elkaar te delen:
fs
--- x 100%
qc
waarin 
fs = de plaatselijke mantelwrijving in MPa
 
qc = de conusweerstand in MPa
1 MPa is gelijk aan 1 N/mm2 ( 1 Pa = 1 N/m2)


Conusweerstand
rode lijn = mantelwrijving 
wrijvingsgetal

Slide 5 - Tekstslide

Het wrijvingsgetal is een globale indicatie voor de grondsoort.
Globale indicatie voor grondsoort
Het wrijvingsgetal is een globale indicatie voor de grondsoort.  Een wrijvingsgetal van 10 kan zowel duiden op een bodemlaag van veen als een van klei. Het wrijvingsgetal zal altijd voorzichtig en met verstand van zaken moeten worden toegepast.

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld Aflezen sonderingsrapport
Diepte

Slide 7 - Tekstslide

Aflezen sonderinggrafiek, zie vorige slide
De grafiek start op 8,78m boven NAP. (Zo hoog ligt het weiland). De meetgegevens starten gewoon bij 0 diepte.
Uitkomst van boven naar beneden:
  • vanaf 30cm diepte een 1,5m dikke laag zand
  • na weer 30cm leem/klei een laag van 85cm zand
  • na 80cm klei, leem en/of zelfs veen een laagje van 70 cm zand
  • en na 85cm leem/klei (we zitten dan op een diepte van 5,35m) een 8 meter dikke laag zand

Slide 8 - Tekstslide

grondlagen
Leem, klei en veen zijn zachte en samendrukbare grondlagen waar je niet op kunt bouwen. Op het zand kan wel worden gebouwd. Of die drie dunnere lagen zand voldoende zijn om een huis op te bouwen kun je nog niet bepalen.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Kozijnen KVT volgens indeling van concept
  • Kozijnen – Concept I  ’traditioneel halfproduct’ Een houten gevelelement, voorzien van een grondlaksysteem, wordt inclusief verwerkingsvoorschriften aan de opdrachtgever geleverd.
  • Kozijnen – Concept II ‘bouwfasebestendig product’ Een gevelelement conform Concept II is voorzien van een voorlaksysteem, wordt inclusief verwerkingsvoorschriften aan de opdrachtgever geleverd.
  • Kozijnen – Concept III 'Industrieel eindproduct,  Het betreft een compleet beglaasd, afgemonteerd eindproduct, voorzien van een aflaksysteem dat door of onder verantwoordelijkheid van de timmerfabrikant in het gebouw wordt geplaatst.
  • Kozijnen – Concept IV, ‘Totaalplan’ Het gevelelement, is een compleet beglaasd, voorzien van een aflaksysteem en afgemonteerd eindproduct dat door of onder verantwoordelijkheid van de timmerfabrikant is geplaatst en wordt onderhouden.  Prestatiecontract.

Slide 11 - Tekstslide

Wat zegt een fsc keurmerk over hout?
Het FSC-keurmerk stelt strenge eisen voor bosbeheer

  • Bossen met een hoge natuurwaarde en kwetsbare bosgebieden worden met rust gelaten.
  • Houtkap langs waterlopen en op steile hellingen mag niet vanwege kans op erosie.
  • Na het kappen van bomen moet het bos de kans krijgen zich te herstellen: er mag niet meer hout verdwijnen, dan er kan aangroeien.
  • Het FSC-keurmerk staat op producten van massief hout, maar ook op producten waarin hout of houtvezels zijn verwerkt, zoals plaatmateriaal, parket, deuren. Ook haardhout kan het FSC-keurmerk hebben
  • FSC zorgt voor voldoende loon en verantwoorde werkomstandigheden voor de bosarbeiders. Dat helpt armoede tegengaan, en voorkomt dat bewoners om te kunnen overleven, moeten overgaan tot illegale houtkap en platbranden van bos voor landbouwgrond.

Slide 12 - Tekstslide

Soorten bemalingen
Bronbemaling is het proces waarbij grondwater uit de grond word gehaald en afgevoerd om de grondwaterspiegel plaatselijk en tijdelijk te verlagen. Doordat je het grondwater uit de bodem onttrekt krijg je een veilige en stabiele werkplek waar droog gewerkt kan worden tijdens de aanleg van bijvoorbeeld tunnels, riolering of andere infraprojecten.
Er zijn veel verschillende soorten van bronbemaling, enkele hiervan zijn:
  • Open bemaling
  • Spanningsbemaling/vaccuümbemaling
  • Deepwell bemaling
  • Retourbemaling
  • Horizontale bemaling (drainage)
  • Grondkering

Slide 13 - Tekstslide

Grondbemaling
Open bemaling: Overtollig neerslag of bodemwater wordt afgevoerd doormiddel van afvoerbuizen en een pomp. Toe te passen bij moeilijk te doordringen grondlagen als klei.
Spanningsbemaling: Er worden geperforeerde zuigbuizen de grond in gebracht. Deze buizen worden aangesloten op een verzamelleiding die is aangesloten op een vacuümpomp. Spanningsbemaling word gebruikt om de grondwaterdruk onder de bodem te verlagen.
Deepwellbemaling:  Om grote waterhoeveelheden te verplaatsen. Een filterbuis met daaronder een onderwaterpomp word via een boorgat de bodem in geplaatst, waarna het via een afvoerleiding uit de grond word getransporteerd.

Benodigdheden bronbemaling: Afvoerbuizen, Waterslangen, Pompen, Aggregaat, Filters





Slide 14 - Tekstslide

Het verschil tussen dampremmende en dampdichte folie
Het verschil tussen dampremmendefolie en dampdichtefolie is dat bij dampremmend nog wel ademen plaatsvindt en dampdicht volledig dicht is (dus niet ademend). Beiden worden aan de binnenzijde toegepast. Damp-open wordt daarentegen altijd aan de buitenzijde verwerkt. Dit zorgt ervoor dat damp en/of vocht wat in de constructie zit naar buiten kan ademen, maar vocht of water niet toelaat de constructie in te trekken.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Dampdichtte folie
Koude lucht van buiten komt in contact met warme binnenlucht en zo ontstaan druppels. Een dampscherm van een dampdichte folie houdt vochtige binnenlucht tegen, zodat er geen condensatie kan ontstaan aan de koude zijde van de dakconstructie. Dampdichte folie aanbrengen gebeurt aan de warme zijde (aan de binnenkant) van een dak of gevel. De folie wordt onder het isolatiemateriaal geplaatst. Gebruik bij voorkeur aluminiumtape en werk met overlap. Plak de folie goed op elkaar en besteed extra aandacht aan plekken waar de folie en dus de dampdichtheid onderbroken wordt.

Slide 17 - Tekstslide