Start H7 Consument ben jij

Start H7: de consument dat ben jij

Ben jij je bewust van je consumptie (aankopen)?

Denk je na over de effecten van je consumeren op jezelf, je omgeving, je toekomst?


1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Start H7: de consument dat ben jij

Ben jij je bewust van je consumptie (aankopen)?

Denk je na over de effecten van je consumeren op jezelf, je omgeving, je toekomst?


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat wordt bedoelt met biosfeer?
A
Het gebied in de zee waar leven mogelijk is
B
Het gebied op aarde waar leven mogelijk is
C
Het gebied in de zee waar mensen kunnen leven
D
Het gebied op aarde waar mensen kunnen leven

Slide 3 - Quizvraag

31% van de vissen is overbevist; dat betekent dat..
A
de vissen snel uitsterven
B
de vissen niet duurzaam geproduceerd worden
C
de vissenpopulatie niet zichzelf in hetzelfde tempo kan herstellen
D
er veel vissen overblijven

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel plastic belandt er jaarlijks in de oceaan?
(miljard= miljoen ton)
A
1 miljard kilo
B
5 miljard kilo
C
8 miljard kilo
D
15 miljard kilo

Slide 5 - Quizvraag

Wat veroorzaakt voornamelijk de dode zones in zee?
(dode zones= geen leven mogelijk)
A
klimaatopwarming
B
overbevissing
C
plastic afval
D
bemesting landbouw

Slide 6 - Quizvraag

90% van het koraal is naar verwachting eind deze eeuw verdwenen uit de oceanen. Hoe?
A
door een hogere Ph-waarde
B
door verzuring van de oceanen
C
door de overbevissing
D
door het uitsterven van plankton

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Hoe lang duurt het voordat je plasic flesje opgelost is in de natuur?
A
40-50 jaar
B
100-200 jaar
C
200-300 jaar
D
450 jaar

Slide 9 - Quizvraag

Wat is volgens jou de oplossing voor het plastic probleem?

Slide 10 - Woordweb

Negatieve externe effecten
Gevolgen voor anderen (externen) die niet in de verkoopprijs meegerekend zijn, noemen we externe effecten. 

Denk aan de overlast (herrie, vervuiling) van vliegverkeer: 
de passagiers betalen alleen voor de vlucht zelf (gebruik vliegtuig, kerosine, personeel, enz) en dus 
NIET voor deze negatieve externe effecten

Slide 11 - Tekstslide

Externe effecten..
  • veranderen het welzijn van de omgeving

maar 

  • zitten dus niet in de prijs meegerekend

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Bedenk een voorbeeld van een positief extern effect

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video

Kleding, mensenrechten en vervuiling

Slide 16 - Tekstslide

Zou jij bereid zijn minder kleding voor meer geld te kopen, als dat ten gunste is van de mensenrechten, klimaat, etc?
Ja, daar let ik nu al op
Ja, maar tot zover heb ik daar niet aan gedacht
Misschien, ligt eraan hoeveel ik te besteden heb later
Nee, ik wil het liefst veel voor weinig

Slide 17 - Poll

Aan de slag
Maken onderdeel A + B in learnbeat

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Eet jij genoeg groente en fruit in de week?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Wat zou je kunnen helpen gezonder te eten?

Slide 21 - Woordweb

Slide 22 - Video

Sport of beweeg je genoeg?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Wat zou je kunnen helpen meer te bewegen/ sporten?

Slide 24 - Woordweb

Aan de slag
Maken onderdeel C t/m E

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Eet jij al minder vlees?
Ja, ben vegetariër
Ja, ik ben flexitariër
Nee, ik eet thuis wat de pot schaft
Nee, ik ben dol op vlees
Nee, maar wel van plan minder vlees te gaan eten

Slide 27 - Poll

Slide 28 - Link

Aan de slag
Maken opgave 7.11 t/m 71.5

Slide 29 - Tekstslide

Opdracht
Noteer uit hoofdstuk 7 alle 
dikgedrukte woorden
in je schrift en noteer erachter de betekenis

Bijvoorbeeld:
duurzaam= rekening houden met de lange termijn gevolgen van consumptie en productie (voor mens en milieu)

Slide 30 - Tekstslide