In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Oefeningen examenopgave globalisering
Slide 1 - Tekstslide
Vragen over begrippen (zie lijst magister)
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Open vraag
Gebruik bron 2. Amsterdam heeft in de Global Power City Index een hogere positie dan in veel andere ranglijsten van wereldsteden. Beredeneer dat de hoge positie van Amsterdam op de Global Power City Index tot stand komt doordat in deze ranglijst niet vanuit alle dimensies indicatoren meegewogen worden.
Slide 5 - Open vraag
Gebruik bron 2. De score op economische indicatoren beïnvloedt de score op de andere indicatoren. Leg dit uit met de steden in de top drie. Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.
Slide 6 - Open vraag
Vanaf de jaren 80 maakten technologische innovaties het steeds vaker mogelijk om delen van de productieketen vanuit Nederland naar andere regio’s te verplaatsen. Geef twee technologische innovaties die deze verplaatsing van de productie mogelijk maakten.
Slide 7 - Open vraag
Gebruik bron 1. De afgelopen tien jaar vindt steeds vaker reshoring plaats. Robotisering is een belangrijke ontwikkeling om reshoring in het productieproces mogelijk te maken. Geef aan - vanuit welke regio reshoring met name plaatsvindt; - waarom robotisering een belangrijke ontwikkeling is om reshoring in het productieproces mogelijk te maken.
Slide 8 - Open vraag
In de eerste maanden van de coronapandemie werd de noodzaak van reshoring duidelijk door een tekort aan medische beschermingsmiddelen. De Sociaal-Economische Raad adviseerde tot reshoring van essentiële productieprocessen en daarbij op Europees niveau samen te werken. Beredeneer dit advies van de Sociaal-Economische Raad.
Slide 9 - Open vraag
Gebruik bron 1. In de jaren 80 was er enthousiasme over offshoring in het productieproces. Offshoring had kostenverlaging als grote voordeel, maar het had ook nadelen. Geef drie nadelen van offshoring op mondiaal schaalniveau.
Slide 10 - Open vraag
Gebruik de bronnen 1 en 2. Uitspraak 1: de VN-ontwikkelingsindex komt tot stand door politieke en culturele kenmerken van landen te combineren. Uitspraak 2: het welzijnsniveau van de centrumlanden uit bron 2 is tussen 1990 en 2018 sneller gegroeid dan dat van de (semi-)perifere landen uit bron 2. Uitspraak 3: in vrijwel alle regio’s in Oost-Azië is het welzijnsniveau tussen 1990 en 2018 gestegen. Geef voor elke uitspraak aan of die juist of onjuist is.
Slide 11 - Open vraag
Gebruik bron 2. Elk land neemt in het centrum-periferiemodel een bepaalde positie in het wereldsysteem in. Zo ook de landen die met de letters a tot en met d in bron 2 zijn weergegeven. Noteer de letters a tot en met d uit bron 2 op je antwoordblad. Schrijf achter elke letter of het gaat om: - een BRIC-land - een land uit de periferie - een land uit het centrum - een nieuw industrieland
Slide 12 - Open vraag
Gebruik bron 2. De regionale VN-ontwikkelingsindex wordt gebruikt om regio’s te vergelijken. In bron 2 is met de letter X een regio aangegeven in China en met de letter Y een regio in Zuid-Korea. Geef - voor beide landen aan welke positie ze in het wereldsysteem innemen; - voor beide regio’s aan welke positie ze op nationaal schaalniveau innemen.
Slide 13 - Open vraag
Gebruik bron 2. In China is de regionale ongelijkheid sinds 1990 sterk toegenomen. Beredeneer dit door in te gaan op het politiek-economische beleid dat China sinds 1990 voert.
Slide 14 - Open vraag
Gebruik het kaartenkatern. Een wereldstad of metropool is een belangrijk mondiaal knooppunt op economisch, cultureel en/of politiek gebied. Istanbul claimt een wereldstad te zijn. Geef - twee argumenten vóór deze claim; - een argument tegen deze claim.
Slide 15 - Open vraag
Istanbul trekt op mondiale schaal andere groepen mensen aan dan uit Turkije zelf. Dit verschil leidt in Istanbul tot sociaal-culturele polarisatie. Beredeneer dat deze verschillende migratiestromen tot sociaal-culturele polarisatie in de stad leiden.
Slide 16 - Open vraag
Gebruik de bron. De Turkse nationale overheid is bezig met de aanleg van het Istanbulkanaal. Dit kanaal gaat de Zwarte Zee met de Zee van Marmara verbinden. De burgemeester van Istanbul is echter tegen de aanleg van het kanaal. Geef twee argumenten die de burgemeester van Istanbul kan hebben tegen de aanleg van het Istanbulkanaal.
Slide 17 - Open vraag
Gebruik de bron en het kaartenkatern. Niet alleen in Turkije zijn voor- en tegenstanders van de aanleg van het Istanbulkanaal. Ook in Rusland zijn de meningen over de aanleg van dit kanaal verdeeld. Geef aan dat het Istanbulkanaal voor Rusland: - vanuit economisch oogpunt kansen biedt; - vanuit geopolitiek oogpunt een bedreiging kan vormen.
Slide 18 - Open vraag
Gebruik bron 1 en het kaartenkatern. BosWash, ChiPitts en SanSan zijn voorbeelden van megalopolissen in Noord-Amerika. Ook in Zuid-Amerika liggen megalopolissen. Geef - een omschrijving van het begrip megalopolis; - de namen van de twee metropolen die samen de grootste megalopolis van Zuid-Amerika vormen.
Slide 19 - Open vraag
Washington D.C. en New York zijn vanuit de politieke dimensie te beschouwen als wereldsteden. New York is ook vanuit andere dimensies te beschouwen als een wereldstad. Geef - vanuit de politieke dimensie aan dat Washington D.C. en New York elk op een ander schaalniveau als een wereldstad te beschouwen zijn; - vanuit twee andere dimensies een voorbeeld waaruit blijkt dat New York een wereldstad is.
Slide 20 - Open vraag
Slide 21 - Open vraag
In de megalopolis BosWash komt op de snelwegen het woon-werkverkeer tussen de voorsteden en de CBD’s soms compleet vast te staan. Forenzen gebruiken dan sluiproutes door de centra van deze voorsteden, waardoor een compleet verkeersinfarct kan ontstaan. Beschrijf vanuit het concept smart city een oplossing voor dit mobiliteitsprobleem. Ga in je beschrijving in op de rol die het stadsbestuur en werkgevers hierbij kunnen spelen.
Slide 22 - Open vraag
Gebruik de bronnen 3 en 4. Noteer de naam van het land waar - het absolute aantal inwoners in steden in 2018 het meest gegroeid is; - het verstedelijkingstempo tussen 1960 en 2018 gemiddeld het hoogst was.
Slide 23 - Open vraag
Op basis van het bnp/hoofd van Griekenland, Italië en Spanje zou je verwachten dat de score op de HDI van Italië hoger is dan die van Griekenland en Spanje. Dat is echter niet zo. Geef - vanuit de economische dimensie een mogelijke oorzaak waardoor Italië ondanks een relatief hoog bnp/hoofd een relatief lage score heeft op de HDI; - vanuit de sociaal-culturele dimensie een mogelijke oorzaak voor de relatief lage score van Italië op de HDI.
Slide 24 - Open vraag
Gebruik de bronnen 3 en 5. In bron 5 staan de leeftijdsgrafieken van Algerije, Egypte, Italië en Turkije. Noteer de namen van deze landen op je antwoordblad. Schrijf achter elk land de letter van de juiste leeftijdsgrafiek.
Slide 25 - Open vraag
Gebruik het kaartenkatern. Geografisch gezien kun je de landen in bron 3 onderverdelen in een groep landen die ten noorden van de Middellandse Zee ligt en een groep landen die ten zuiden van de Middellandse zee ligt. Uitspraak: los van de geografische ligging kan Turkije beter gerekend worden tot de groep landen die ten zuiden van de Middellandse Zee ligt. Geef eerst aan of je het met deze uitspraak eens of oneens bent. Geef vervolgens twee argumenten voor je keuze.