Signaleringsplannen, risico analyse, conflicthantering

Risico signalering
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Risico signalering

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is risico signalering?
A
het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij de cliënt
B
het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij de cliënt die ik vastleg in het zorgleefplan
C
het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij de cliënt die ik vastleg in het zorgleefplan en waar indien nodig actie op wordt ondernomen

Slide 3 - Quizvraag

Risicosignalering is het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico’s bij je cliënt door de cliëntsituatie voortdurend te monitoren, door met kennis van zaken de situatie te bekijken en door de juiste vragen te stellen aan de cliënt. De cliënt en zijn familie of mantelzorger worden er nauw bij betrokken.
Risicosignalering bestaat niet alleen uit de uitvoering hiervan. Nadat je risico’s gesignaleerd hebt, onderneem je actie. Dit noemen we ‘opvolging’. Dit is het, in overleg met de cliënt, inzetten van de juiste interventies om te voorkomen dat een probleem optreedt of verergert.

Wanneer doe je aan risicosignalering?
A
Wanneer een cliënt in zorg komt en daarna eens per half jaar
B
Bij een ‘niet pluis’ gevoel of wanneer de gezondheidstoestand van de cliënt verandert
C
A en B zijn beiden juist

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie zijn er betrokken bij risicosignalering?
A
De cliënt en ik als zorgverlener
B
De cliënt, ik als zorgverlener en eventueel de mantelzorger
C
De cliënt, de mantelzorger, ik als zorgverlener en de rest van mijn team

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je risicosignalering aan?
A
signaleren – verkennen – plannen en doen – evalueren en bijstellen
B
verkennen – plannen en doen – evalueren en bijstellen
C
verkennen – signaleren – plannen en doen – evalueren en bijstellen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Risicoanalyse
Het maken van een risicoanalyse is een fase in een methodisch proces. Bij een risicoanalyse ga je een situatie analyseren. Je probeert in te schatten welke problemen tijdens de betreffende situaties kunnen ontstaan. Vervolgens bedenk je op welke wijze de problemen opgelost kunnen worden zodat jij en je collega’s meteen kunnen handelen als de situatie zich voor doet.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Situatie
o Beschrijf hier de (crisis)situatie die je gaat analyseren.
o Om welke cliënt gaat het? Welke zaken en/of gedrag(ingen) vormen een risico?
Volg onderstaande stappen om tot een risicoanalyse te komen. Je kunt punt 2 t/m 6 eventueel in een schema verwerken. (aan de hand van dit voorbeeld)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Risico’s
o Breng de risico’s in kaart.
o Beschrijf het voorval of gedrag en welk gevolg, in de vorm van risico’s dit kan hebben. Dit kunnen allerlei soorten risico’s zijn, voor de cliënt, voor de omgeving, ect.
o Beschrijf per risico/ voorval of gedrag wat de aanleiding/ trigger hiervoor kan zijn.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Prioriteit
o Maak een inschatting welk risico het belangrijkst is.
o Maak een lijst waarin je het risico met de grootste prioriteit op nummer 1 zet.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Risicobeheersing
o Bepaal per risico of je het risico wil vermindering of vermijding, wil accepteren of wil overdragen naar een andere partij en waarom.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Maatregel; inventariseer en kies
o Beschrijf per risico welke maatregelen er mogelijk zijn is. Je kunt denken aan maatregelen die de situatie kunnen voorkomen of aan maatregelen die gericht zijn op het gevolg. Dit kunnen maatregelen zijn die een bepaalde handeling van de begeleider inhouden of het inschakelen van hulp door derden. Je kunt dan denken aan een crisisinterventieteam, ambulance, brandweer, …
o Kies vervolgens de maatregel die, jouw inziens, het beste aansluit.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Check de gekozen maatregel
o Zijn er voldoende middelen/geld om de maatregel uit te voeren?
o Is er voldoende mankracht om de maatregel uit te voeren?
o Wie is verantwoordelijk voor het verloop/ gevolg van de situatie?
o Als een risico wordt overgedragen, is dat ook echt zinvol? Kan de partij in kwestie het risico ook daadwerkelijk dragen?
o Brengt de maatregel niet weer nieuwe risico’s met zich mee?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Evaluatievoorbereiding
o Beschrijf hier op welke wijze en met wie je de situatie wil evalueren en op welke punten. Zoals bv hadden de maatregelen het gewenste resultaat?
o Op welke punten kan het plan verbeterd worden enz.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conflicthanteringsstijlen
Wedijveren/doordrukken : de taart is van mij
Aanpassen: jij mag de taart
Compromis: allebei een halve taart
Samenwerken: waarom is die taart belangrijk voor je?
Vermijden: welke taart?



Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De escalerend werken
Een geoefende kijker kan veranderingen in de spanning bij een cliënt zien. Als begeleider kun je leren wat je het best kunt doen om verdere spanningsopbouw bij je cliënt te voorkomen.  Deze vaardigheden maken het werken een stuk veiliger.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Client en mantelzorgers betrekken bij je observaties en checken of het klopt wat je ziet.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ezelsbruggetjes
  1. Wees een OEN: 
  2. Gebruik LSD: 
  3. Neem ANNA mee:   
  4. Smeer NIVEA: 
  5. Laat OMA thuis: 


Open, Eerlijk en Nieuwsgierig.
Luisteren, Samenvatten en Doorvragen
Altijd Navragen, Nooit Aannemen
Probeer je Oordelen, Meningen en Aannames/Adviezen voor je te houden 
Niet Invullen Voor Een Ander

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie maakt nu een signaleringsplannen
Jij moet in staat zijn om, met gegevens van anderen een signaleringsplan maken

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies