3.3 de Islam ontstaat

Hoofdstuk 4
4.3 De islam

Welkom!
Pak je schrift, laptop en boek erbij!

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
4.3 De islam

Welkom!
Pak je schrift, laptop en boek erbij!

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
  • Je kunt beschrijven hoe de islam ontstond.
  • Je kunt vier kenmerken van de islam noemen.

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Wat weet je al? (+- 10 min)
  • Uitleg 

Slide 3 - Tekstslide

Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 4 - Tekstslide

De islam

Slide 5 - Woordweb

Veel goden of één god? 
  • In de zesde eeuw geloofden de Arabieren in honderden goden
  • In de stad Mekka stond de Ka'aba: een grote zwarte steen
  • Op deze plek aanbieden de Arabieren hun goden
  • Ook mensen, waaronder veel handelaren, uit andere landen bezochten de Ka’aba en baden er tot hun goden.
  • Mekka lag aan een kruispunt van handelswegen en was een belangrijke handelsstad.

Slide 6 - Tekstslide

Een visioen  
  • Mohammed was een handelaar uit Mekka. 
  • In een droom, een visoen, vertelde een engel dat er maar één god is, Allah.
  • Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn droom, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren. 
  • De meeste mensen moesten niets van Mohammed hebben en joegen hem en zijn volgelingen de stad uit

Slide 7 - Tekstslide

Van Mekka naar Medina
622

  • Mohammed vlucht naar Medina
  • Dit is het begin van de islamitsche jaartelling, de hedsjra
  • In deze stad woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god (monotheïsme).
  • Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. 
  • Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam.

Slide 8 - Tekstslide


In welk jaar leven wij volgens de islamitische kalender?
A
2640
B
1396
C
622
D
1854

Slide 9 - Quizvraag

Vijf zuilen
  1.  Er is maar één god: Allah.
  2. Bid vijfmaal per dag, geknield met het hoofd naar Mekka.
  3. Geef aan armen en zieken.
  4.  In de islamitische maand ramadan van zonsopkomst tot zonsondergang vasten.
  5. Maak minimaal één keer in je leven een bedevaart naar Mekka (een reis naar Mekka om daar op heilige plaatsen te bidden).

Slide 10 - Tekstslide

Vijf zuilen van de islam
geloofsbelijdenis (sjahada)
الشهادة
rituele gebeden (salat)
الصّلاة
geven aan armen (zakat)
زكاة
ramadan
(saum)
رمضان
pelgrimstocht 
(hadj)
الحجّ

Slide 11 - Tekstslide

Wat hoort bij welk geloof?
christendom
islam
beide
Mohammed
Monotheïsme
kerk
moskee
Mekka
Bijbel
Jezus
Koran

Slide 12 - Sleepvraag


Wat is niet een van de vijf zuilen 
van de islam?
A
Meedoen aan de ramadan (vasten)
B
Bidden
C
Geen varkensvlees eten
D
Allah en Mohammed eren (geloofsbelijdenis)

Slide 13 - Quizvraag


Wat is niet een van de vijf zuilen 
van de islam?
A
Eén keer in je leven naar Mekka gaan
B
Vaak naar de kerk gaan
C
Geld geven aan arme mensen
D
Vijf keer per dag bidden

Slide 14 - Quizvraag


Waar is de Islam ontstaan?
A
Arabië
B
China
C
Spanje
D
Turkije

Slide 15 - Quizvraag


Welke godsdienst is ouder?
A
christendom
B
islam

Slide 16 - Quizvraag


Mohammed is...
A
De stichter en belangrijkste profeet van de islam
B
De stichter van de islam en de zoon van God
C
De belangrijkste profeet van de islam en de zoon van God
D
Hetzelfde als Allah

Slide 17 - Quizvraag


De islam kent...
A
1 god
B
2 goden
C
3 goden
D
4 goden

Slide 18 - Quizvraag

Huiswerk maken
Paragraaf 3.3 opdracht 3, 4, 5, 6 en 7

Slide 19 - Tekstslide