les 3 activiteiten

Deze les 
Terugblik 
je weet wat er bedoel wordt met een ontwikkelingsdoel
Je weet doelen te noemen bij een activiteit 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Deze les 
Terugblik 
je weet wat er bedoel wordt met een ontwikkelingsdoel
Je weet doelen te noemen bij een activiteit 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke begrippen kwamen aan de orde in de vorige les? gebruik Katern 5

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou jij als doel stellen bij Rob?
 (interesse mogelijkheden, uitdaging)
? ontspanning en vermaak ?
? moet hij iets leren ?
?moet hij iets onthouden ?
?moet hij  zelfstandiger worden in iets ?
?moet hij lichamelijk iets verbeteren?
?moet hij bepaald gedrag veranderen?


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je weet nu waarop je moet letten om een doel te stellen par.12 t/m 19
Welke Soorten doelen kan je allemaal stellen?
  • ontwikkelingsdoel; motorisch, verstandelijk, sociaal
  • recreatief doel 
  • educatief doel
  • geheugen trainen
  • stimuleren van zelfredzaamheid 
  • veranderen van gedrag 




Wat voor doel zou je kunnen bedenken voor Rob

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze activiteit heeft een recreatief doel: vrije tijd en ontspanning

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

deze activiteit heeft een educatief doel 

doel = leren 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef voorbeelden bij recreatief doel
gebruik je katern 5

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Bij het plannen van een activiteit houd je rekening met de interesses van de deelnemer.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Door het aanbieden van een activiteit die te maken heeft met de interesse van de deelnemer, is de kans groter dat de activiteit in de smaak zal vallen.
Activiteiten die gericht zijn op de ontwikkeling worden meestal met ouderen gedaan.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze activiteiten doe je meestal met kinderen. Het zijn activiteiten die de motorische, verstandelijke en/of sociale ontwikkeling stimuleren
Voor het schrijven van een brief maak je gebruik van je fijne motoriek.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

De fijne motoriek is voor de kleine bewegingen. Schrijven bestaat uit kleine bewegingen met je pols, hand en vingers. 
soorten doelen

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

soorten activiteiten

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

van welke educatie activiteit leer jij het meest

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

wat versta je onder het stellen van een doel

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies