In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
3.6 Evolutie
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een intermediair fenotype?
A
Beide genen voor een erfelijke eigenschap zijn dominant en komen tot uiting.
B
Beide genen voor een erfelijke eigenschap zijn recessief en komen niet tot uiting.
Slide 2 - Quizvraag
Het fenotype is
A
alleen erfelijk
B
erfelijk en invloeden van de omgeving
C
alleen de invloeden van de omgeving
D
het DNA
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een gen?
A
een chromosoom
B
een stukje chromosoom waarop een eigenschap staat beschreven
C
DNA
D
een celkern
Slide 4 - Quizvraag
Homozygoot recessief
A
AA
B
ArAw
C
Aa
D
aa
Slide 5 - Quizvraag
Bruin haar (A) is dominant over blond haar (a). Een vrouw met bruin haar krijgt een kind met een man met blond haar. Het kindje krijgt blond haar. Wat kan je zeggen over het genotype van de moeder?
A
Niets.
B
AA
C
aa
D
Aa
Slide 6 - Quizvraag
Twee heterozygote erwtenplanten worden gekruist. Ze krijgen 20 baby-erwtjes. Hoeveel zijn er ongeveer homozygoot recessief?
Slide 7 - Open vraag
Welke eigenschap is dominant?
A
Weet je niet
B
Ronde kin
C
Kin met gleuf
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het genotype van persoon 10?
A
Weet je niet
B
AA
C
Aa
D
aa
Slide 9 - Quizvraag
Kan een aardappel zich geslachtelijk voortplanten?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quizvraag
Kan een aardappel zich ONgeslachtelijk voortplanten?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
Een plotselinge verandering van het genotype noemen we een ...
Slide 12 - Open vraag
Soorten en rassen
Soort: vruchtbare nakomelingen
Tijger en leeuw kunnen kinderen krijgen, maar kinderen zijn niet vruchtbaar, dus twee verschillende soorten.
Slide 13 - Tekstslide
Soorten en rassen
Rassen ; groep organismen binnen een soort die door bepaalde erfelijke eigenschappen verschilt van de rest van de soort.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Evolutie
Verandering van leven op aarde door:
-verandering in genotypen
-natuurlijke selectie
-ontstaan van nieuwe soorten
Slide 16 - Tekstslide
Verandering in genotypen
-Geslachtelijke voortplanting
-Mutatie
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Natuurlijke selectie
Er is variatie binnen een populatie.
Organismen die beter zijn aangepast aan het milieu overleven langer en krijgen meer nakomelingen.