Tbib: Salaam, kifash nqdar n3wnek?
Vrede zij met u, hoe kan ik u helpen?
Lmrid: Bghit nakhod rendez-vous m3a tbib, 3afak.
Ik wil een afspraak maken met de dokter, s.v.p.
Tbib: Shnu 3ndek?
Wat heb je?
Lmrid: VERTAAL
Ik heb pijn aan mijn keel en ik heb koorts.
Ik heb veel hoofdpijn en misschien heb ik migraine.
(misschien = waqila)
Tbib: Wesh kt takhod shi dwa?
Neem je medicatie?
Lmrid: Nee, maar ik heb medicatie nodig.
(maar = walakin)
Tbib: Fik skhana?
Heb je koorts?
Lmrid: Ja, ik heb 40 graden koorts.
Tbib: ghadi takhod had dwa tletta d marrat f nhar, o Allah y jeeb ashifa.
Je gaat dit medicijn nemen, drie maal daags en Moge Allah swt je genezen.
Lmrid: shoukran a sidi
Dank u wel meneer.