§2.6 Skelet en leefwijze (2223)

§2.6 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§2.6 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;
2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe herken je gewervelden?
A
Hebben 4 poten
B
Schubben als huid
C
Hebben een wervelkolom
D
Leven op het land

Slide 3 - Quizvraag

Gewervelden
A
Vissen, vogels, reptielen, amfibieën en zoogdieren
B
Vogels, reptielen, zoogdieren, amfibieën en insecten
C
Vissen, reptielen, insecten en sponzen
D
Geleedpotigen, vogels, vissen, zoogdieren en reptielen

Slide 4 - Quizvraag


Is dit dier
gewerveld?
A
Ja
B
Nee
C
Waaraan moet ik dat zien? (leg uit)

Slide 5 - Quizvraag

gewervelde dieren

                                                      Hebben allemaal hetzelfde bouwplan:
                                     schedel, wervelkolom, ribben,
                           bekken, schouderbladen,
                        voorpoten, achterpoten.

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;
2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens;

Slide 7 - Tekstslide

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;
2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens;

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Verschillende leefwijze --> 
verschillende vormen skelet

Gewervelden vaak nog zelfde 
(herkenbare) bouwplan

Slide 11 - Tekstslide

Verschillende leefwijze --> verschillende vormen skelet
Gewervelden vaak nog zelfde (herkenbare) bouwplan

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende leefwijze --> verschillende vormen skelet
Gewervelden vaak nog zelfde (herkenbare) bouwplan

Slide 13 - Tekstslide

Die vorm past bij de functie

Slide 14 - Tekstslide

Hoe heet het
paarse bot?
A
ellepijp
B
spaakbeen
C
opperarmbeen
D
dijbeen

Slide 15 - Quizvraag

Hoe heet het bot
waar de pijl naar wijst?

Slide 16 - Open vraag

Kijk naar de poten in
de afbeelding: wat kan
een topgander niet en
een teen- & zoolganger wel?
A
been buigen bij knie
B
onderbeen draaien t.o.v. bovenbeen
C
been draaien bij heup
D
geen idee, leg het even uit...

Slide 17 - Quizvraag

Lesdoelen

1. Ik weet het verschil tussen een gewerveld en een ongewerveld dier en ik kan het herkennen in een afbeelding;
2. Ik kan botten benoemen in een skelet anders dan dat van de mens;

Slide 18 - Tekstslide