- Ik weet hoe ik de verleden tijdmoet gebruiken in een zin
Slide 2 - Tekstslide
Past Simple
Verleden tijd
- Gebruik je om aan te geven dat iets in het verleden gebeurd is en nu ook weer is afgelopen.
We went to Spain last summer
Mustafa ate all the cookies yesterday
Samuel bought a book a few days ago
Slide 3 - Tekstslide
Past Simple
Regular verbs (regelmatige werkwoorden) - Allemaal dezelfde uitgang : -ed Talk – talked Walk – walked Computer – computered Love – loved Try – tried Play - played
Slide 4 - Tekstslide
Past Simple
Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden) - Hebben allemaal een eigen vorm, die je uit je hoofd moet leren. (als je toevallig de online methode hebt: blz 145 van het tekstboek) Keep – kept Do – did Write – wrote Be – was/were Eat - ate
Slide 5 - Tekstslide
Let's practice
Hand-out: oefeningen past simple
Slide 6 - Tekstslide
Present Perfect
Page 35 in your textbook - Grammar 6
Slide 7 - Tekstslide
Present Perfect
Voltooid tegenwoordige tijd
- Gebruik je om aan te geven dat iets in het verleden begonnen is en nu nog aan de gang is.
Slide 8 - Tekstslide
Present Perfect
Voltooid tegenwoordige tijd
Slide 9 - Tekstslide
Present Perfect
Je maakt de voltooid tegenwoordige tijd als volgt.
Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden) Hebben allemaal een eigen vorm, die je uit je hoofd moet leren. Zie de lijst op bladzijde 145 van je tekstboek...3e vorm) Keep – kept Do – done Write – written Be – been Eat - eaten
Slide 12 - Tekstslide
Present Perfect
Wanneer gebruik je de voltooid tegenwoordige tijd? - Als iets in het verleden begonnen is en nu nog aan de gang is.
I have lived in the Hague since 2006.
Kadir has been a student at JDW for two years now.
Slide 13 - Tekstslide
Present Perfect
Wanneer gebruik je de voltooid tegenwoordige tijd? - om te praten over ervaringen in iemands leven tot nu toe.
Asma has never been to New York.
Yasmin and Selia have always loved good food
Slide 14 - Tekstslide
Present Perfect
Wanneer gebruik je de voltooid tegenwoordige tijd? - om aan te geven dat iets in het verleden gebeurd is en je daar nu het resultaat van merkt.
He has broken his leg, so he can’t run the marathon.
Slide 15 - Tekstslide
Let's practice
Hand-out: oefeningen present perfect
Slide 16 - Tekstslide
Klaar met het oefenen?
- English Essentials
- Stepping Stones online (meer oefeningen bij Slim Stampen)