In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
EC 1 Wat is de overheid?
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je weet wat de overheid in Nederland is
Je weet uit welke 3 lagen (onderdelen) de overheid bestaat
Je weet wat het begrip collectieve sector betekent en welke beroepen in deze sector zitten
Je weet wat het begrip particuliere sector betekent en welke beroepen in deze sector zitten
Je weet wat een ambtenaar is en wanneer je een ambtenaar bent.
Je weet wie de regels voor het land bedenken, goedkeuren en invoeren.
Slide 2 - Tekstslide
Wie bedenkt allemaal wetten en regels voor Nederland?
Slide 3 - Open vraag
De overheid
De overheid regeert over Nederland en is de baas in ons land.
Daarnaast doet de overheid een heleboel dingen voor de Nederlandse burgers. (volgende powercollege meer hierover)
Slide 4 - Tekstslide
Om het land te regeren doet de overheid het volgende
Zij bedenken nieuwe wetten en voeren deze uit.
Ook schaffen ze oude wetten die niet meer nodig zijn af.
De mensen in de overheid die dit doen zijn gekozen door de Nederlandse bevolking.
Ook werken er mensen voor de Nederlandse overheid die allemaal verschillende taken doen (zoals achter een receptie zitten)
Slide 5 - Tekstslide
3 lagen van de overheid
Om het land goed te regeren is de overheid in 3 stukken verdeelt. In Nederland wordt je geregeerd door:
Het rijk
De provincie
De gemeente
Slide 6 - Tekstslide
Terschelling is een eiland, maar ook een gemeente. Klopt deze uitspraak?
A
Nee
B
Jawel
C
Vroeger wel, tegenwoordig niet meer
Slide 7 - Quizvraag
Het rijk
Het rijk wordt geleid door de regering. De regering bestaat uit de koning en de ministers.
Ministers zijn de mensen die de wetten en regels van Nederland bedenken en invoeren.
Voordat ze deze nieuwe wetten mogen invoeren moeten die wel eerst goedgekeurd worden.
Slide 8 - Tekstslide
Wie is de premier van Nederland
A
Koning Willem van Oranje
B
Mark Rutte
C
Pieter Omtzigt
D
Frans Timmermans
Slide 9 - Quizvraag
De 1e en 2e kamer
De 1e en 2e kamer gaat beslissen of ze de nieuwe wetten van de ministers wel in Nederland willen hebben.
Zij gaan erover stemmen. Wanneer meer dan de helft van de mensen in de 1e en 2 tweede kamer met de wet instemmen, mag de minister de wet invoeren.
In Nederland heeft de 2e kamer 150 mensen zitten en in de 1e kamer zitten 75 mensen.
Deze mensen zijn door het Nederlandse volk gekozen en om de 4 jaar worden er verkiezingen gehouden om te bepalen wie in de tweede en eerste kamer komen te zitten. Tijdens deze verkiezingen wordt er ook gestemd wie er mag gaan regeren en welke mensen minister worden.
Slide 10 - Tekstslide
De landelijke regering bedenk alle wetten waar jij je aan moet houden. Klopt deze uitspraak? Vul in juist of onjuist.
Slide 11 - Open vraag
Ambtenaren
De mensen die voor de overheid werken en dus niet door de bevolking gekozen zijn noemen we ambtenaren.
Voorbeelden van ambtenaren zijn de mensen die in het gemeente huis achter de servicebalie werken
Slide 12 - Tekstslide
Collectieve sector / Particuliere sector
Wanneer je salaris door de overheid betaald wordt werk je in de collectieve sector.
Wanneer je salaris niet door de overheid betaalt wordt werk je in de particuliere sector