Pasen 2019
1 / 51
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat vieren joden rond Pasen?
A
Pesach
B
Pasen
C
Nieuwjaar
D
Suikerfeest
Slide 2 - Quizvraag
Wanneer begint de vastenperiode?
A
20 dagen voor Pasen
B
Op eerste paasdag
C
46 dagen na Pasen
D
46 dagen voor Pasen
Slide 3 - Quizvraag
Wat is de juiste volgorde?
A
Goede vrijdag/ Pasen/ Hemelvaartsdag/ kerst
B
Kerst/ Goede vrijdag/ Pasen/ Hemelvaartsdag
C
Kerst/ Pasen/ Goede Vrijdag/ Hemelvaartsdag
D
Pasen/ Goede Vrijdag/ Kerst/ Hemelvaartsdag
Slide 4 - Quizvraag
Hoe heet de periode voor Pasen?
A
Carnaval
B
Advent
C
Alles went
D
Pre-Pasen
Slide 5 - Quizvraag
Pinksteren is
A
40 dagen na Pasen
B
50 dagen na Pasen
C
40 dagen na Hemelvaart
D
10 dagen voor Hemelvaart
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent 'Pesach'?
A
overslaan
B
vasten
C
Pasen
D
vluchten
Slide 7 - Quizvraag
Wat is geen wettelijke feestdag?
A
Pinksteren
B
Hemelvaart
C
Allerzielen
D
Pasen
Slide 8 - Quizvraag
Wat is goed?
A
Als Pinksteren en Pasen op één dag vallen, wordt het ooit wereldvrede.
B
Als Pasen en Pinksteren op één dag vallen, wordt het ooit wereldvrede.
Slide 9 - Quizvraag
Hoe lang duurt Pasen?
A
2 dagen
B
24 uur
C
12 uur
Slide 10 - Quizvraag
Christenen gedenken de terugkeer van Jezus naar de hemel op:
A
Hemelvaartsdag
B
Pasen
C
Goede Vrijdag
D
Kerst
Slide 11 - Quizvraag
Welk dier staat tijdens Pasen symbool voor vruchtbaarheid?
A
Kip
B
Haas
C
Kikker
D
Tijger
Slide 12 - Quizvraag
Welke hoort er niet bij?
A
Kerst
B
Goede Vrijdag
C
Stille zaterdag
D
Pasen
Slide 13 - Quizvraag
Welke kleur hoort er bij Pasen?
A
Zwart
B
Rood
C
Wit
D
Groen
Slide 14 - Quizvraag
Hoe heet de week voorafgaand aan Pasen?
A
Mooie week
B
Goede week
C
Blijde week
D
Jezus' week
Slide 15 - Quizvraag
Pasen valt altijd op een........?
A
Zaterdag
B
Zondag
C
Maandag
D
Dinsdag
Slide 16 - Quizvraag
Palmpasen is
A
de zondag voor Pasen
B
De tweede Paasdag
C
hetzelfde als Goede Vrijdag
D
Het begin van de vastentijd
Slide 17 - Quizvraag
Waarvoor staat het ei symbool tijdens Pasen?
A
Voor nieuw leven
B
Voor lekker eten
C
Voor gezelligheid
D
Voor ruzie
Slide 18 - Quizvraag
Welke dag in de Stille Week is de belangrijkste dag in het christendom?
A
Witte donderdag
B
Goede Vrijdag
C
Stille Zaterdag
D
Pasen
Slide 19 - Quizvraag
Wanneer valt Pasen?
A
Ieder jaar op een zaterdag
B
Altijd op 4 april
C
Altijd op een zondag
D
Ieder jaar op een vrijdag
Slide 20 - Quizvraag
Waarom viert men carnaval?
A
Het is een feest vóór de vastenperiode.
B
Het is de vastenperiode voor Pasen.
C
Het is om verboden dingen te mogen doen.
D
Het is een viering na de Kerst.
Slide 21 - Quizvraag
Waar denken de joden aan tijdens hun feest rondom Pasen?
A
Uittocht uit Egypte
B
De dood van Jezus Christus
C
Dat opstanding van Jezus Christus
D
Het zware leven in het verleden.
Slide 22 - Quizvraag
Pasen komt voort uit een joods feest en een heidens feest die gecombineerd werden
A
Pesach en oogst-feest
B
Rosj Hasjana en lente-feest
C
Pesach en lente-feest
D
Rosj Hasjana en oogstfeest
Slide 23 - Quizvraag
Waarom horen eieren bij Pasen?
A
Omdat de eieren nu extra goedkoop zijn.
B
Omdat een ei voor een nieuw begin staat.
C
Omdat de paashaas die meenam naar NL
D
Een ei hoort erbij
Slide 24 - Quizvraag
Met Pasen vieren christenen de opstanding van Jezus Christus; welke boodschap wordt er doorgegeven met het Paasfeest?
A
Jezus leeft en is nu bij God in de Hemel
B
Jezus is niet meer onder de mensen
C
Jezus leeft: de dood is niet het einde
D
Jezus is dezelfde als de Heilige Geest
Slide 25 - Quizvraag
Waarom eten we eieren met Pasen?
A
Als symbool dat Jezus opgestaan is uit de dood
B
Toen de mensen arm waren was dat een feestmaal voor de arme mensen.
C
Omdat de mensen die gingen vasten dit wel mochten eten tijdens het vasten
D
Omdat we het lekker vinden
Slide 26 - Quizvraag
Wat gedenken we op Paasmorgen?
A
De geboorte van de paashaas
B
De opstanding van de Here Jezus
C
De geboorte van Mozes
D
Jezus Leeft!
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de betekenis van Witte Donderdag.
A
Kruisiging van Jezus.
B
Laatste avondmaal.
C
Laatste vastendag.
D
Viering opstanding.
Slide 28 - Quizvraag
Wat zie je hier?
A
Jezus eet met de discipelen na zijn opstanding
B
Jezus aan tafel bij de Farizeeërs
C
Het feestmaal van Belsazar
D
Het laatste avondmaal
Slide 29 - Quizvraag
Wat vieren we met Pasen?
A
Dat het carnaval voorbij is.
B
Het sterven van Jezus.
C
De opstanding van Jezus.
D
Dat het over 7 weken Pinksteren is.
Slide 30 - Quizvraag
De goede week begint op....
A
As-woensdag
B
Palmzondag
C
Witte donderdag
D
Goede vrijdag
Slide 31 - Quizvraag
Welke kleur hoort er bij Goede Vrijdag?
A
Zwart
B
Rood
C
Blauw
D
Wit
Slide 32 - Quizvraag
Wat gedenken we op Goede Vrijdag?
A
De uittocht uit Egypte
B
De schepping van de aarde
C
De kruisiging van de Here Jezus
D
De geboorde van de Here Jezus
Slide 33 - Quizvraag
Wat herdenken we
op Goede Vrijdag?
op Goede Vrijdag?
A
De kruisiging van Jezus.
B
Het laatste avondmaal.
C
Het einde van de vastentijd.
D
De wederopstanding van Jezus.
Slide 34 - Quizvraag
Wat is de betekenis van Goede Vrijdag.
A
Jezus wordt verraden door Judas.
B
Graflegging van Jezus.
C
Einde vastenperiode.
D
Kruisiging van Jezus.
Slide 35 - Quizvraag
Wat gebeurt er op Stille zaterdag?
A
Jezus wordt begraven
B
Jezus staat op uit de dood
C
Jezus wordt van het kruis gehaald
D
Niets, het is dan Sabbat
Slide 36 - Quizvraag
wie heeft Jezus verraden?
A
Paulus
B
Petrus
C
Judas
D
Pilatus
Slide 37 - Quizvraag
Hoe heette de Romeinse stadhouder?
A
Herodus
B
Apollo
C
Pluto
D
Pilatus
Slide 38 - Quizvraag
Wie kwamen erachter dat Jezus was opgestaan?
A
Judas
B
Pontius Pilatus
C
Twee vrouwen
D
Mozes
Slide 39 - Quizvraag
Wie heeft Jezus laten kruisigen?
A
Herodes de Grote
B
Julias Ceasar
C
Herodes Antipas
D
Pontius Pilatus
Slide 40 - Quizvraag
Het volk mocht van Pilatus kiezen wie er vrijgelaten mocht worden. Wie koos het volk?
A
Simon Petrus
B
Judas Iskarioth
C
Barabbas
D
Levi
Slide 41 - Quizvraag
10.
Wie was de eerste die
Jezus weer levend zag?
Wie was de eerste die
Jezus weer levend zag?
A
Judas
B
Pontius Pilatus
C
Maria van Magdalena
D
Mozes
Slide 42 - Quizvraag
Waarom werd Jezus veroordeeld door een Romeinse rechtbank?
A
Joden waren de baas, maar mochten geen rechtspreken
B
De Romeinen waren de baas.
C
Pilatus was toevallig een Romein
D
Dan mochten ze een dagje naar Rome
Slide 43 - Quizvraag
Hoe heet de plaats waar Jezus gekruisigd werd?
A
Gethsemane
B
Golgotha
C
Olijfberg
D
Horeb
Slide 44 - Quizvraag
Welke doodstraf kreeg Jezus opgelegd?
A
onthoofding
B
verdrinking
C
verwurging
D
kruisiging
Slide 45 - Quizvraag
Christenen gedenken de kruisiging van Jezus op:
A
Hemelvaartsdag
B
Kerst
C
Pasen
D
Goede Vrijdag
Slide 46 - Quizvraag
Wie veroordeelde Jezus Christus tot kruisiging?
A
Petrus
B
Pontius Pilatus
C
Maria van Magdalena
D
Johannes
Slide 47 - Quizvraag
Wat is de betekenis van Witte Donderdag.
A
Kruisiging van Jezus.
B
Laatste avondmaal.
C
Laatste vastendag.
D
Viering opstanding.
Slide 48 - Quizvraag
Op de afbeelding hiernaast zie je de kruisiging van Jezus.
Geloven moslims dat Jezus gekruisigd is?
Geloven moslims dat Jezus gekruisigd is?
A
Ja
B
Nee
Slide 49 - Quizvraag
Op de hoeveelste dag na zijn dood stond Jezus weer op?
A
1e dag
B
2e dag
C
3e dag
D
4e dag
Slide 50 - Quizvraag
Het kruis staat symbool voor
A
De heilige maagd Maria
B
Vruchtbaarheid
C
De dood van Jezus Christus
D
De kerk
