Les 15 Leesstrategieën

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Toets: di 19 november

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat betekent 'aanschaffen'?
A
voor- en nadelen afwegen
B
tegen, tegenover
C
alcoholische drankjes drinken
D
kopen om te gebruiken

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent 'borrelen'?
A
gebeurtenis, bedoeld voor een groot publiek
B
iemand die iets koopt of verbruikt
C
alcoholische drankjes drinken
D
tegen, tegenover

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent 'overwegen'?
A
gebeurtenis, bedoeld voor een groot publiek
B
voor- en nadelen afwegen
C
toegang
D
alcoholische drankjes drinken

Slide 15 - Quizvraag

Wat betekent 'de consument'?
A
alcoholische drankjes drinken
B
iemand die iets koopt of verbruikt
C
kopen om te gebruiken
D
voor- en nadelen afwegen

Slide 16 - Quizvraag

Wat betekent 'de stichting'?
A
iemand die iets koopt of verbruikt
B
organisatie met bepaald doe die geen winst mag maken
C
gebeurtenis, bedoeld voor een groot publiek
D
tegen, tegenover

Slide 17 - Quizvraag

Wat betekent 'het evenement'
A
gebeurtenis, bedoeld voor een groot publiek
B
voor- en nadelen afwegen
C
organisatie met bepaald doel die geen winst mag maken
D
alcoholische drankjes drinken

Slide 18 - Quizvraag

Wat betekent 'versus'?
A
toegang
B
tegen, tegenover
C
gebeurtenis, bedoeld voor een groot publiek
D
alcoholische drankjes drinken

Slide 19 - Quizvraag

Wat betekent 'de entree'
A
voor- en nadelen afwegen
B
tegen, tegenover
C
toegang
D
iemand die iets koopt of verbruikt

Slide 20 - Quizvraag

Maak een korte zin met het woord 'aanschaffen'.

Slide 21 - Open vraag

Maak een korte zin met het woord
'het evenement'.

Slide 22 - Open vraag

Maak een korte zin met het woord
'de stichting'.

Slide 23 - Open vraag

Opmerkelijk krantenbericht
We lezen de tekst gezamenlijk

Slide 24 - Tekstslide

Wat betekent:

aanschaffen
stichting
versus
het evenement
de consument
borrelen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Vragenrondje
  • Wat zijn de vijf leesstrategieën?
  • Globaal, zoekend, intensief, lerend en kritisch
  • Doel globaal lezen?
  • Weten waar de tekst over gaat
  • Doel zoekend lezen?
  • Antwoorden zoeken op een vraag
  • Doel intensief lezen?
  • De tekst goed begrijpen
  • Doel lerend lezen?
  • Belangrijkste informatie onthouden
  • Doel kritisch lezen?
  • Doel achterhalen van de schrijver

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide