vaste tekststructuren

vaste tekststructuren
Nieuw Nederlands 
Lezen H1 en H2
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

vaste tekststructuren
Nieuw Nederlands 
Lezen H1 en H2

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
- Je kunt in eigen woorden formuleren wat vaste 
    tekststructuren zijn.
- Je kunt de meest voorkomende vaste tekststructuren 
    herkennen in een tekst.
- Je kunt een tekst indelen in een inleiding, middenstuk en slot.




Slide 2 - Tekstslide

Tekststructuren


Waarom handig om te weten?


  • Om structuur in je presentatie aan te brengen.
  • Om teksten goed en snel te kunnen samenvatten.
  • Om zelf duidelijke teksten te kunnen schrijven.


Slide 3 - Tekstslide

Vaste structuur

De meeste teksten hebben een:

-inleiding

- middenstuk (kern)

-slot


Ze hebben vaak een vaste structuur.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat is een tekststructuur?
A
Is een tweedeling: inleiding en midden
B
Is een manier om het middenstuk in te delen.
C
Is een driedeling: inleiding-midden-slot
D
Vaste indeling inleiding-midden-slot

Slide 6 - Quizvraag

Hoe heet de volgende tekststructuur?
Inleiding: onderwerp
Middenstuk: diverse onderdelen van het onderwerp
Slot: samenvatting

A
ASPECTENSTRUCTUUR
B
ONDERWERP STRUCTUUR
C
VOOR- EN NADELEN STRUCTUUR
D
VRAAG- EN ANTWOORD STRUCTUUR

Slide 7 - Quizvraag

Welke tekststructuur eindigt met de beste oplossing voor iets?
A
Vraag-antwoordstructuur
B
Probleem-oplossingsstructuur
C
Argumentatiestructuur
D
Verklaringsstructuur

Slide 8 - Quizvraag

Welke vaste tekststructuur is zeker niet geschikt voor een uiteenzetting?(informatieve tekst)
A
Een aspectenstructuur
B
Een vraag-antwoord-structuur
C
Een argumentatie-structuur
D
Een verklaringstructuur

Slide 9 - Quizvraag

Tekststructuur van een betoog:
A
voor- en nadelen
B
standpunt-argument
C
beschrijving
D
verklaring

Slide 10 - Quizvraag

Een tekst kan altijd maar één tekststructuur hebben.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel vaste tekststructuren zijn er?
A
7
B
5
C
9
D
8

Slide 12 - Quizvraag

Nieuw Nederlands Lezen H1
focus op; 
argumentatiestructuur
aspectenstructuur
verklaringsstructuur
voor- en nadelenstructuur





Slide 13 - Tekstslide

aan de slag!
Nieuw Nederlands
- Opdrachten:
    - startopdracht
    - opdracht 1
    - (start opdracht 2)

Slide 14 - Tekstslide

invaluur Lezen H1
- doorlezen lesstof Lezen h1

maken:
opdracht 2
opdracht 4

Slide 15 - Tekstslide