3. Literatur S.241-243 "Melvin, mein Hund und die russischen Gurken" = Kurzgeschichte
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, vwoLeerjaar 5
In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Willkommen V4!
Heute:
2. Erklärung Genitiv (2e naamval) + Hausaufgaben
3. Literatur S.241-243 "Melvin, mein Hund und die russischen Gurken" = Kurzgeschichte
Slide 1 - Tekstslide
Der Genitiv (tweede naamval)
- pak erbij: schrift + pen + naamvallenschema
- maak tussendoor aantekeningen
- snap je het niet? -> meteen vandaag vragen
Slide 2 - Tekstslide
De tweede naamval drukt uit dat twee personen of zaken bij elkaar horen. Daarnaast kan het om een bezit gaan. In het Nederlands gebruiken we dan meestal van. Bijvoorbeeld:
de auto van mijn zus - das Auto meiner Schwester
Maar dus niet bij.....
Ich habe die Geschichte von meiner Mutter gehört.
Slide 3 - Tekstslide
2e naamval of von?
In spreektaal komt von wel regelmatig voor
en
-bij namen van personen: die Eltern von Tim
-bij geografische namen: der Hafen von Hamburg
Slide 4 - Tekstslide
In het Nederlands?
Het Koninkrijk der Nederlanden
Het Leger des Heils
's avonds (=des avonds)
Anna's fiets
's Gravenhage
plek des onheils
de heer des huizes
de tand des tijds
Slide 5 - Tekstslide
Der-groep:
mannelijk vrouwelijk onzijdig meervoud
des + (e)s der des + (e)s der
dieses + (e)s dieser dieses +(e)s dieser
Ein-groep:
mannelijk vrouwelijk onzijdig meervoud
eines+(e)s einer eines keiner
meines+(e)s meiner meines+(e)s meiner
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
-s of -es?
Mannelijke en onzijdige woorden krijgen in de 2e naamval de uitgang -s, maar soms wordt in plaats daarvan de uitgang -es gebruikt:
-achter woorden die eindigen op een s-klank : die Quelle des Flusses (der Fluss)
-soms moet je de -s aan het einde verdubbelen: die Tore des Gefängnisses (der Gefängnis)
-achter woorden met 1 lettergreep: der Keller meines Hauses, die Mähnen des Pferdes
Slide 9 - Tekstslide
Vragend voornaamwoord
2e naamval: wessen?
Nl: wiens fiets, wier voornemen?
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
1. De mening van mijn zus = Die Meinung _________ Schwester__
A
meiner Schwester
B
meines Schwesters
Slide 12 - Quizvraag
2. Der Turm jen___ Kirche____ (die)
A
jenes Kirches
B
jener Kirche
C
jener Kirches
D
jenes Kirche
Slide 13 - Quizvraag
3. Die Mutter dies____ Kind____
A
dieser Kindes
B
dieser Kind
C
dieses Kindes
D
dieses Kind
Slide 14 - Quizvraag
4. Der Erfolg sein_____ Arbeit____(die)
A
seiner Arbeit
B
seiner Arbeits
C
seines Arbeit
D
seines Arbeits
Slide 15 - Quizvraag
5. Die Freiheit all_____ Bürger___ (mv)
A
alles Bürgers
B
alles Bürger
C
aller Bürger
D
aller Bürgers
Slide 16 - Quizvraag
6. Das Haus unser____ Onkel___
A
unseres Onkels
B
unseres Onkel
C
unserer Onkels
D
unserer Onkel
Slide 17 - Quizvraag
Wegen d____ Wetter____ sind wir abgereist.
A
der Wetters
B
des Wetteres
C
des Wetters
D
der Wetter
Slide 18 - Quizvraag
7. der Erfolg .......... (haar) Arbeit ...
Slide 19 - Open vraag
8. die Farben _______ (deze) Kleidung
Slide 20 - Open vraag
9. das Zentrum ............ (de) Stadt..
Slide 21 - Open vraag
10. das Zimmer mein... Bruder....
Slide 22 - Open vraag
Hausaufgaben
Teams > Periode 3 > Grammatik > Aufgaben Genitiv (5 t/m 9)
+- 15 Min.
Let op! Het geslacht van een zelfstandig naamwoord kan je vinden op uitmuntend.de
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.