1.4 Migratie

1.4 Migratie
Je kunt de invloed van immigratie en emigratie op de bevolkingsomvang van een gebied beschrijven.

Je kunt push- en pullfactoren gebruiken om migratie te verklaren.
Je kunt beschrijven welke hindernissen er bij migratie zijn.

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1.4 Migratie
Je kunt de invloed van immigratie en emigratie op de bevolkingsomvang van een gebied beschrijven.

Je kunt push- en pullfactoren gebruiken om migratie te verklaren.
Je kunt beschrijven welke hindernissen er bij migratie zijn.

Slide 1 - Tekstslide

2

Slide 2 - Video

01:39
Naar Nederland verhuizen
Uit Nederland verhuizen
Emigrant
Immigrant

Slide 3 - Sleepvraag

03:30
Welke redenen van migratie heb je gehoord?

Slide 4 - Open vraag

Soorten migratie
Binnenlandse migratie
Iemand die binnen het eigen land verhuist.

Buitenlandse migratie
Iemand die naar een 
ander land verhuist.
Immigratie
Als mensen een land binnenkomen om er te gaan wonen.

Emigratie
Als mensen vertrekken naar een ander land.
Sociale bevolkingsgroei
verandering van het aantal mensen in een gebied door migratie.
Er zijn verschillende soorten migratie.

Slide 5 - Tekstslide


Wat verstaan jullie onder het migratiesaldo?

Slide 6 - Open vraag

Migratiesaldo Nederland (1950-2022)

Slide 7 - Tekstslide

Pushfactoren
Pullfactoren
Pushfactoren verklaren waarom iemand weg wil.
Pullfactoren verklaren waarom een migrant door bepaalde plaatsen aangetrokken wordt.

- Conflicten en oorlogen
- Politieke onderdrukking
- corruptie
- Werkloos, lage lonen, armoede
- Slecht onderwijs
- Afwezigheid familie, vrienden, eigen cultuur
- Risico natuurrampen
- Extreem klimaat

- Veiligheid
- Democratie, vrijheid
- Hogere welvaart, rijkdom
- Veel werk
- Goed onderwijs
- Aanwezigheid van familie, vrienden, eigen cultuur
- Aantrekkelijk klimaat

Slide 8 - Tekstslide

Push-pull factoren

Migratieredenen:

  • politieke migratie (oorlog,ruzie,onveilig)
  • economische migratie (werk,opleiding,school)
  • ecologische migratie (droogte, rampen)
  • sociale migratie (gezinshereniging)

Schaalniveaus:

mondiaal

continentaal

nationaal

Slide 9 - Tekstslide

Ontvluchten van onveilige politieke situatie
Vluchtelingen:
Gevaar, oorlog, discriminatie, veiligheid
Asiel zoeken
Natuurrampen:
Ontheemden, keren terug


Politieke migratie

Slide 10 - Tekstslide

Opdrachten

  • Arbeidsmigranten: Op zoek naar werk in een ander land, vaak seizoensgebonden.
  • Kennismigranten: Technisch geschoolden die gevraagd worden om in een ander land te werken, wat kan leiden tot braindrain.

Economische migratie

Slide 11 - Tekstslide

Ecologische migratie

Slide 12 - Tekstslide

Opdrachten


  • Verhuizen om bij familie of vrienden te zijn.
  • Gezinsvorming en gezinshereniging.


Sociale migratie

Slide 13 - Tekstslide

Welke factor kan mensen aantrekken om te migreren?
A
Aanwezigheid van familie, vrienden, eigen cultuur
B
Corruptie
C
Slecht onderwijs
D
Risico natuurrampen

Slide 14 - Quizvraag

Wat kan een reden zijn waarom mensen migreren?
A
Goed onderwijs
B
Werkloosheid en lage lonen
C
Aantrekkelijk klimaat
D
Veel werk

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een pushfactor voor migratie?
A
Politieke onderdrukking
B
Democratie
C
Hogere welvaart
D
Veiligheid

Slide 16 - Quizvraag

Hindernissen
Streng migratiebeleid
Afstand
Geld
Taal en cultuur
Landschappen

Slide 17 - Tekstslide

De check
buitenlandse migrant

migratiesaldo
sociale bevolkingsgroei
emigratie
immigratie
pullfactor
pushfactor
hindernis
slecht onderwijs
vertrek naar ander land
verschil emigratie en immigratie
verandering van bevolkingsaantal door migratie
aankomst in nieuw land
iemand die naar een ander land verhuist
veel werkgelegenheid
wetgeving

Slide 18 - Sleepvraag