3.2 Niet metalen

H3.2 Niet metalen
Herhaling H3.1
Uitleg H3.2 
Zelfstandig werken
Afsluiting
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3.2 Niet metalen
Herhaling H3.1
Uitleg H3.2 
Zelfstandig werken
Afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling H3.1

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling H3.1

Slide 3 - Tekstslide

3.2 Niet-metalen
Leerdoelen:
Je kunt een aantal niet-metalen en de eigenschappen. Van die niet-metalen kan je een aantal toepassingen opnoemen.

Slide 4 - Tekstslide

Noem een paar
niet-metalen

Slide 5 - Woordweb

Wat zijn niet metalen?
  • Als een stof geen metaal is, dan is het een niet-metaal ;-)
  • Wij leren koolstof, zwavel en fosfor.
  • Ook de niet-metalen hebben afkortingen.

Slide 6 - Tekstslide

Koolstof | C
  • Neemt makkelijk andere stoffen op.  
  • Vuildeeltjes blijven aan koolstof hangen ==> adsorptie
  • Van ijzer wordt staal gemaakt.  Er komt een beetje koolstof bij.
  • Zit in potlood maar ook in diamant.
  • Diamant ontstaat door heel hoge druk waardoor diamant de hardste stof is.

Slide 7 - Tekstslide

Koolstof

Slide 8 - Tekstslide

Fosfor | P
  • Komt alleen voor als onderdeel in andere stoffen.
  • Ziet er wit uit en brandt vanzelf.
  • Wordt in water bewaard.
  • Rode fosfor is minder brandbaar.
  • Zit in vuurwerk en in de zijkant van een luciferdoosje.

Slide 9 - Tekstslide

Zwavel | S
  • Komt voor in vulkanisch gesteente.
  • Is giftig.
  • In Aachen komt dit voor in de Elisenbrünnen.  Dit ruik je.
  • Wordt zwavelzuur mee gemaakt (accuzuur).
  • Zwavel bij rubber --> vulkaniseren (harder maken).

Slide 10 - Tekstslide

Zwavel in verschillende vormen

Slide 11 - Tekstslide

Wij hebben de volgende stoffen geleerd:
koolstof               fosfor               zwavel
EN   kunnen een aantal eigenschappen van deze stoffen opnoemen.
EN   kunnen een aantal toepassingen van deze stoffen uitleggen.

Maken online 3.2 opdracht 45 tot en met 59.

Slide 12 - Tekstslide

Zelfstandig werken
  •  Wat: Lees hoofdstuk 3.2 op blz. 143 t/m 149 en maak opgaven: 45 t/m 59 op blz. 144 t/m 150.
  • Hoe: 20 min zelfstandig werken, daarna mogen jullie overleggen.
  • Hulp: Nova boek / Docent
  • Tijd: 25 min .
  • Uitkomst: 45 t/m 59 af
  • Klaar: Huiswerk opgaven 1 t/m 59 blz.130 t/m 150.   
timer
20:00

Slide 13 - Tekstslide

Welke kleur heeft zwavel?

Slide 14 - Open vraag

Wat is de afkorting van fosfor?

Slide 15 - Open vraag

Welke kleuren kan fosfor hebben?
A
Enkel wit
B
Enkel rood
C
Wit en rood
D
Geel, wit en rood

Slide 16 - Quizvraag

Waarvoor worden fosfor en zwavel tezamen gebruikt?
A
Om vuurwerk te maken
B
Om autobanden te vulkaniseren
C
Om fosforzuur te maken
D
Om zwavelzuur te maken

Slide 17 - Quizvraag

Waarom wordt witte fosfor onder water bewaard?
A
Omdat het anders rood wordt
B
Omdat het giftig is
C
Omdat het in de lucht in brand kan schieten
D
Geen van vorige antwoorden is goed

Slide 18 - Quizvraag

Met welke stof worden autobanden gevulkaniseerd?
A
Fosfor
B
Zwavel

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de afkorting van zwavel?

Slide 20 - Open vraag

Wat is de afkorting van koper?

Slide 21 - Open vraag

Wat is de afkorting van ijzer?

Slide 22 - Open vraag

Wat is de afkorting van zink?

Slide 23 - Open vraag

Samengevat

Slide 24 - Tekstslide