Persoonlijk voornaamwoord. 3e naamval. oefeningen

Persoonlijke naamwoorden
(in de 3e naamval) zijn:
1 / 24
volgende
Slide 1: Woordweb
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Persoonlijke naamwoorden
(in de 3e naamval) zijn:

Slide 1 - Woordweb

Übung macht den Meister!

Slide 2 - Tekstslide

Wat is juist?

Slide 3 - Tekstslide

1 u - Ich gebe _______ diese Tabletten.
A
Sie
B
Ihnen

Slide 4 - Quizvraag

2 mij - Gibst du _______ deinen Föhn?
A
ich
B
mich
C
mir

Slide 5 - Quizvraag

3 jou - Ich erzähle ______ ein Geheimnis.
A
du
B
dich
C
dir

Slide 6 - Quizvraag

4 ons - Sie geben _____ ihre Handynummer.
A
wir
B
uns

Slide 7 - Quizvraag

5 hem - Kannst du ______ die Toilette zeigen
A
er
B
ihm
C
ihn

Slide 8 - Quizvraag

7 mij - Kannst du ______ die Fingernägel lackieren?
A
ich
B
mich
C
mir

Slide 9 - Quizvraag

8 u - Das kann ich ______ nicht erzählen, das ist geheim!
A
Ihnen
B
Sie

Slide 10 - Quizvraag

9 haar - Der Hausarzt hat ______ sofort ein Rezept ausgeschrieben.
A
ihr
B
sie

Slide 11 - Quizvraag

10 ons - Meine Schwester leiht ______ bestimmt ihren roten Nagellack.
A
uns
B
wir

Slide 12 - Quizvraag

Vul in!

Slide 13 - Tekstslide

1 hen - Gibst du ________ die Hand?

Slide 14 - Open vraag

2 jou - Ich bringe ________ das T-Shirt mit.

Slide 15 - Open vraag

3 mij - Kannst du ________ meine Haare flechten?

Slide 16 - Open vraag

4 jou - Dein Arzt hat ________ ein Rezept gegeben.

Slide 17 - Open vraag

5 ons- Sie hat ________ das Krankenhaus gezeigt.

Slide 18 - Open vraag

6 mij - Welchen Spiegel habt ihr ________ gekauft?

Slide 19 - Open vraag

7 ons - Ich habe ________ neues Duschgel gekauft.

Slide 20 - Open vraag

8 hem - Packst du ________ den Kamm in die Tasche?

Slide 21 - Open vraag

9 u - Ich habe ________ auf Facebook geschrieben.

Slide 22 - Open vraag

10 hun - Kannst du ________ ein sauberes Handtuch geben?

Slide 23 - Open vraag

Persoonlijke naamwoorden
(in de 3e naamval) zijn:

Slide 24 - Woordweb