Harrie jarig!
1 / 25
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
1 Hoe was Harries jeugd in het grote gezin?
A
Zwaar, hij moest veel meehelpen in de slagerij en thuis.
B
Gezellig, altijd mensen over de vloer en hij sliep in één bed met zijn broer Jos.
C
Makkelijk, als jongste van de 10 hoefde hij niets te doen.
D
Fijn, zijn moeder nam graag gebak en mooie kleren voor Harrie mee naar huis.
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
2. Hoe leerde Harrie Clasien kennen?
A
In Aalst tijdens carnaval.
B
In Valkenswaard tijdens carnaval.
C
In Eindhoven tijdens het uitgaan op het Stratumseind
D
In Geldrop in de disco
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
3. Hoe verging het Harrie tijdens zijn studie?
A
Hij werd meteen van school getrapt.
B
Hij deed wel erg lang over zijn scriptie.
C
Hij maakte uiteraard altijd zijn huiswerk.
D
Zijn vrouw schreef zijn scriptie.
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
4. Hoe vaak bereidde Harrie zijn lessen voor toen hij docent was geworden?
A
Iedere avond zat hij boven de boeken.
B
Meestal, behalve als hij weer eens moest koken.
C
Alleen als de directeur kwam kijken.
D
Nooit, hij verzon alles ter plekke.
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
5. Welk vak gaf Harrie het liefst?
A
Handvaardigheid met Henriëtte
B
Gymnastiek, lekker uitleven in de zaal.
C
Rekenen, daar was hij tenslotte zelf goed in.
D
Voedingslessen over het belang van bruine boterhammen.
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
6. Wat deed Harrie in het huishouden?
A
Hij schonk een glaasje port in terwijl Clasien kookte
B
Hij schenkt een kopje koffie in
C
Hij zorgde voor ontbijt op bed in het weekend
D
Hij hield heel lang dezelfde handdoek om zijn nek om was te besparen.
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
7. Hoe ver reed Harrie om om gas te kunnen tanken onderweg naar Portugal?
A
Niet, hij reed nooit om.
B
Ten minste 10 kilometer.
C
Het voelde als 50 kilometer
D
25 kilometer.
Slide 15 - Quizvraag
8. Wat deed Harrie als er vanuit de achterbank klachten kwamen over de hitte onderweg naar Portugal?
A
Alle ramen open
B
Niets, hij had een broertje dood aan tocht.
C
De airco omhoog
D
Even wapperen met zijn hand door het dakraam.
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
9. Wat was Harries favoriete drankje in Portugal?
A
Uma bica
B
Uma imperial
C
Um copo de agua
D
uma aguardente
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
10. Welke zin sprak Harrie niet in Portugal?
A
If we say kip, we want chicken
B
A conta se faz favor - klinkt als mijn kont zit vast van voren
C
O castelo?
D
Uma cerveja
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
11. Waarin reed Harrie het liefst?
A
Een witte volvo
B
Een zilvergrijze volvo
C
Een rode volvo
D
Een goudkleurige Renault
Slide 22 - Quizvraag
12. Wat was Harries favoriete hobby?
A
Tennissen
B
Klussen in huis
C
De auto maken, ook als die niet stuk was.
D
De caravan uitruimen en schoonmaken.
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
13. Wanneer fietste Clasien naar de tennisclub?
A
Voor dubbelen met Harrie.
B
Om Harrie aan te moedigen.
C
Als Harrie (te) lang bleef naborrelen
D
Als Harrie weer eens verloren had en getroost moest worden.
