2025-01-13 GM3 Grieks

Leerdoelen

  • Ik kan vormen van πολύς en μέγας benoemen
  • Ik kan T 21, r. 16-22 vertalen

Cultuur: Anaximander en Anaximenes












Weektaak

  • herhalen: W t/m les 19
  • leren: W les 21 (100%)
  • leren: gramm. 5.1-5.5 (bnw, congruentie, type ἀγαθός en type μακρός, πολύς en μέγας, plaats bvb)
  • doen (donderdag klaar): Drill 5.2 en 5.3 (100%)
  • maken: ergon 12
  • maken (in de les): T 21, r. 12-30


1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen

  • Ik kan vormen van πολύς en μέγας benoemen
  • Ik kan T 21, r. 16-22 vertalen

Cultuur: Anaximander en Anaximenes












Weektaak

  • herhalen: W t/m les 19
  • leren: W les 21 (100%)
  • leren: gramm. 5.1-5.5 (bnw, congruentie, type ἀγαθός en type μακρός, πολύς en μέγας, plaats bvb)
  • doen (donderdag klaar): Drill 5.2 en 5.3 (100%)
  • maken: ergon 12
  • maken (in de les): T 21, r. 12-30


Slide 1 - Tekstslide

Dagopening: onweerstaanbaar






Slide 2 - Tekstslide

In de brugklas had ik veel discipline. Ik had mijn huiswerk altijd voor vieren af en zelfs mijn vrije tijd daarna besteedde ik nuttig. In de tweede ebde die discipline langzaam weg. In de derde was het er weer even, maar in de bovenbouw is het weggegaan en niet meer teruggekomen.
Nu ik in mijn eindexamenjaar zit, zou ik die discipline wel weer willen hebben. Niet direct na school op de bank ploffen met mijn telefoon, maar eerst twee uur huiswerk doen. Veel verleidingen lijken lastiger te weerstaan nu ik ouder ben. Terwijl het omgekeerde me juist logisch zou lijken. Mijn hersenen zijn meer ontwikkeld, dus waarom is ‘nee’ zeggen zoveel moeilijker?

Slide 3 - Tekstslide

Dagopening: onweerstaanbaar

  • Wat vind jij van discipline? Is dat een goede/nuttige eigenschap? Waarom wel/niet?
  • Hoe zit het met jouw discipline?
  • Welke tips heb je voor iemand die meer discipline wil ontwikkelen?






Slide 4 - Tekstslide

Begintaak:

  1. Wat is de stam van πολύς en wat die van μέγας?
  2. Noteer naamval, geslacht, getal van

      πολλοί - πολύ - πολλῃ - πολλάς - πολλῶν - πολύν

     μέγα - μεγάλοις - μεγάλα - μεγάλαι - μέγαν
πολύς = veel     μέγας = groot

Slide 5 - Tekstslide

Pak je HB op blz. 101 + je schrift.

  • Maak ergon 12. Het is handig om van sommige woorden het geslacht te weten. Zie hiernaast.


ἀσπίς F
δόρυ N
νύξ F
ὕδωρ N
λίμην M
πούς M

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Woorden les 21, tweede helft

ἡμέτερος (F/N?)     σός (F/N?)     ἄθλιος (F/N?)  

ὁ οὐρανός     ἡ νύξ (gen.?)     ὁ πούς (gen.?)     καλός (F/N?)

θαυμαστός (F/N?)      νέος (F/N?)      ὑψηλός (F/N?)     

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Pak je TB op blz. 81 + je schrift

  • Vertaal regel 16-22
  • We kijken dit over 8 minuten na.



Slide 11 - Tekstslide