Complimenten

Complimenten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Complimenten

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een compliment?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

soorten complimenten
*hoe je eruit ziet ( jij hebt mooie ogen)
*wat je goed kan (jij kunt goed voetballen)
*wat je hebt (jij hebt een mooie pen )
*hoe jij bent ( jij bent grappig )

 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

iedereen verdient een compliment
=
A
Alle mensen doen het soms goed
B
Niemand doet het goed
C
Een kind doet het soms goed
D
Een man of vrouw doet het niet goed

Slide 6 - Quizvraag

Is dit een compliment?
Je bent een kanjer.
A
Ja, het betekent: jij doet het goed
B
Nee, het betekent: jij bent dom.

Slide 7 - Quizvraag

Is dit een compliment?

Jij bent altijd stil.
A
ja
B
nooit
C
soms wel, soms niet

Slide 8 - Quizvraag

Is dit een compliment?
Ik vind je een goede vriend.
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag

Is dit een compliment?
Voetballen vind ik leuk.
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag

Is dit een compliment?

Je bent grappig.
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quizvraag

Is dit een compliment?

Wat is jouw haar mooi.
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Welk compliment heb jij weleens gekregen?

(gekregen= voltooid deelwoord van krijgen)

Slide 13 - Open vraag

Het vragenwiel
Denk niet te lang en geef snel antwoord!

Slide 14 - Tekstslide


Wat vind jij goed bij mensen?

Slide 15 - Open vraag

Complimenten krijgen
 Wat kan je doen als je een compliment krijgt?
Weet je het? -> Steek je vinger op

Slide 16 - Tekstslide

Glimlach
Geniet
Bedank
Vraag eventueel verduidelijking

Slide 17 - Tekstslide

Als je een compliment geeft, is het belangrijk dat je......................................gebruikt. Dan weten mensen dat het echt is.
A
een glimlach
B
oogcontact
C
je handen
D
lichamelijk contact

Slide 18 - Quizvraag

Je moet ook niet ....................... complimenten geven. Mensen denken dan: Het is niet echt.
A
de hele dag
B
overal ( = op alle plaatsen)
C
super veel

Slide 19 - Quizvraag

geef eens een
compliment aan jezelf

Slide 20 - Woordweb

Ik begrijp het nu.......

😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll