‹Terug naar zoeken

Les 1, deel 1/3: Dit is wat jij binnenkort draagt!

FASHION UNITED
Mode; we kunnen er niet omheen. Op tv, in de winkels, mode is overal. Maar wie bepaalt wat mode is? En wat gebeurt er met kleding die we niet meer dragen? Ga mee op zoek naar het antwoord op deze en nog veel meer 'modieuze' vragen!





1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WoordenschatWereldoriëntatieBasisschoolGroep 7

Les van voorheen UGO - Gelijke Onderwijskansen

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

FASHION UNITED
Mode; we kunnen er niet omheen. Op tv, in de winkels, mode is overal. Maar wie bepaalt wat mode is? En wat gebeurt er met kleding die we niet meer dragen? Ga mee op zoek naar het antwoord op deze en nog veel meer 'modieuze' vragen!





Slide 1 - Tekstslide

NB:
Dit lesmateriaal is tot stand gekomen in de periode 2021 - 2024 in het project UGO (Utrecht Gelijke Onderwijskansen) op basis van het curriculum van de voormalig Brede School Academie (BSA) Utrecht en in samenwerking met de gemeente Utrecht en de Utrechtse schoolbesturen PCOU Willibrord, SPO Utrecht en KSU. Het project UGO eindigt op 1 oktober 2024.


Les 1: Dit is wat jij binnenkort draagt!
DEEL 1

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 
      weet je meer over modetrends;

      heb je kennisgemaakt met elf
      nieuwe woorden.
     Aan het eind van dit deel van de les:

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de introductie
op de tekst
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mode
T-shirt niet meer in de mode? Dan kopen we toch gewoon een nieuwe? Mode verandert snel; ieder seizoen en ieder jaar zie je nieuwe trends. Doe jij ook mee met de mode?
de introductie
de woordenschat
In de volgende slide kun je invullen wat jij al weet over mode (fashion in het Engels) en modetrends.
terugblikken en vooruitkijken
de catwalk
het langwerpige en smalle podium voor bijvoorbeeld een modeshow
de trendsetter
iemand die als eerste met een modetrend begint

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de woordenschat
Vul in waar jij aan denkt bij dit onderwerp.
mode en modetrends
de introductie
terugblikken en vooruitkijken

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

het introductiefilmpje
Voordat je in deel 2 van deze les gaat lezen over modetrends, ga je dit filmpje bekijken. Pakken, glitters, dierenprints en gehaakte kleding. Het zijn allemaal trends. Modekenner Stijn de Vries vertelt wat de trends waren én worden!

 Klik op de link om het filmpje te starten.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Klik hier om het filmpje te starten

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen beantwoorden
In deze lessen ga je vaak vragen beantwoorden:
     Van sommige vragen staat het antwoord in de tekst of hoor of zie je het 
     antwoord in het introductiefilmpje. Dit zijn de lees- en kijkvragen.
     Bij andere vragen is dat niet zo. Daarop vind je je antwoord door goed na te
     denken over de informatie uit de tekst of het introductiefilmpje. Die vragen 
     noemen we denkvragen.

de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Bij deze lessen hoort een hand-out met uitleg over hoe je op een goede manier antwoord geeft op de denkvragen. Vraag ernaar bij je leerkracht en maak steeds gebruik van de tips. Die gelden natuurlijk ook voor andere vragen!

Slide 8 - Tekstslide

Print de hand-out 'Denkvragen beantwoorden' voor je leerlingen uit en besteed er deze 1e les van het blok veel aandacht aan.

Het is de bedoeling dat de leerlingen steeds gebruik maken van de tips en handvaten die in de hand-out geboden worden en zich deze manier van antwoord geven eigen gaan maken.

Benoem dit regelmatig bij de open vragen.

In het introductiefilmpje vertelt Stijn over de modetrends van 2024. 
Welke trends zijn dat volgens hem?
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 9 - Open vraag

Volgens Stijn zijn pakken, kleding in de kleur rood, gehaakte kleding, kleding met dierenprints én glitters de modetrends van 2024.

Welke modetrends zie jij nu op straat of bij je vrienden?
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Vind jij net als Stijn dat mode, zoals bijvoorbeeld de pakken,
voor jongens én voor meisjes kan zijn? Bespreek dit samen.
het nieuws
de tekst
terugblikken

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

woordenschat
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de professional
de trend
het modehuis
de aanwinst
de designer
In de tekst die je in deel 2 van deze les gaat lezen, leer je elf (!) nieuwe woorden.
Hier zie je alvast de eerste vijf:
Woord: de trend
Betekenis: de nieuwste mode
Voorbeeldzin: Ik doe niet mee met de nieuwste trend, want ik hou niet van panterprintjes.
4
Woord: de aanwinst
Betekenis: iets nieuws dat erbij komt
Voorbeeldzin: Ik heb vandaag eindelijk een passend telefoonhoesje gevonden en ben superblij met die aanwinst!
1
Woord: de designer
Betekenis: de ontwerper
Voorbeeldzin: De Fiat 500 is lang geleden ontworpen door designer  Dante Giacoso.
2
Woord: het modehuis
Betekenis: het bedrijf dat zich bezighoudt met het ontwerpen, introduceren en verkopen van mode
Voorbeeldzin: Het bekende Franse modehuis Chanel ontwerpt behalve kleding, ook parfum.
3
Woord: de professional
Betekenis: iemand die het als beroep doet
Voorbeeldzin: De golfspeler Tiger Woods werd in 1996 professional.
5
Klik op het nummer bij het woord om
de betekenis van het woord en een
voorbeeldzin te laten verschijnen.
Klik op het geluidsfragment om het woord te beluisteren.
de woordenschat
de introductie
terugblikken en vooruitkijken

Slide 13 - Tekstslide

Kernbegrippen uit de tekst:
  • de trend
  • de inspiratie
  • de consument

(zie ook 4.2.1 van de 'Algemene handleiding PO')

functioneel
de consument
de intuïtie
de input
de inspiratie
En hier de rest van de nieuwe woorden:
Woord: de inspiratie
Betekenis: de goede ideeën die je krijgt en waar je enthousiast van wordt
Voorbeeldzin: Toen ik in het museum liep, kreeg ik heel veel inspiratie. Thuis ging ik meteen aan de slag met mijn tekening.
6
Woord: de input
Betekenis: de informatie die binnenkomt
Voorbeeldzin: Om er een mooi feest van te maken, hebben we ook input van jullie nodig!
7
Woord: de consument
Betekenis: iemand die iets koopt of verbruikt
Voorbeeldzin: Onderzoekers verwachten dat consumenten de komende vijf jaar steeds meer kleding online zullen kopen. Daardoor zullen sommige winkels waarschijnlijk verdwijnen.
8
Woord: de intuïtie
Betekenis: de eigenschap dat je iets aanvoelt zonder erover te denken
Voorbeeldzin: Hij vertrouwde op zijn intuïtie en besloot toch het huis te kopen.
9
Woord: functioneel
Betekenis: goed te gebruiken voor een bepaalde taak of een bepaald doel
Voorbeeldzin: Kantoren zijn niet alleen functioneel, ze moeten ook mooi zijn.
10
de woordenschat
Klik ook hier op het nummer bij het woord om de betekenis van het woord en een voorbeeldzin te laten verschijnen.
Klik op het geluidsfragment om het woord te horen.
de introductie
terugblikken en vooruitkijken
praktisch
Woord: praktisch
Betekenis: handig, nuttig
Voorbeeldzin: Een bril is een heel praktisch hulpmiddel wanneer je slecht ziet.
11

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spelen met de woorden: domino!
Leg de dominostenen op de juiste plek zodat elk woord naast de juiste betekenis staat. Het eerste steentje ligt er al! 
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van deze woorden kende je al? Sleep ze naar het juiste vak.
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken
Ja, dit woord ken ik al.
Nee, dit woord ken ik nog niet.
functioneel
de intuïtie
de consument
de input
de inspiratie
de professional
de trend
het modehuis
de designer
de aanwinst
praktisch

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

terugblikken & vooruitkijken
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je geleerd over dit onderwerp?
mode en modetrends
de woordenschat
de introductie
terugblikken en vooruitkijken

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De tekst die je in deel 2
gaat lezen, gaat over het 
ontstaan en voorspellen 
van modetrends.
In de volgende slide kun
je invullen wat je daar
al over weet.
het onderwerp van de tekst
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over dit onderwerp?
hoe modetrends ontstaan en mode voorspellen
de woordenschat
de introductie
terugblikken en vooruitkijken
jij al

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Je bent nu klaar met deel 1 van deze les.
Veel plezier met deel 2!
de introductie
de woordenschat
terugblikken en vooruitkijken

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies