0. Metriek stelsel

metriek stelsel
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

metriek stelsel

Slide 1 - Tekstslide

metriek stelsel algemeen

Slide 2 - Tekstslide

basis

Slide 3 - Tekstslide

metriek stelsel lengte
1 cm   =   10 mm
Afstand / lengte:

Slide 4 - Tekstslide

metriek stelsel lengte
120 cm = ....................m

5,6 km = .....................m

8,0 dm = ....................mm

149,3 mm = .................dam


Slide 5 - Tekstslide

antwoorden metriek st. lengte
120 cm = 1,20 m

5,6 km = 5.600 m 

8,0 dm = 800 mm 

149,3 mm = 0,01493 dam


Slide 6 - Tekstslide

Vul in wat er op de plaats van het ?-teken moet komen:

mm - …..m - ….m - …..m - …?..m - …..m - km
A
Hectometer
B
Meter
C
Dacameter
D
Decimeter

Slide 7 - Quizvraag

—>
mm - cm - dm - m - dam - hm - km
<—

Om van mm —> cm te gaan
(1 stap naar rechts) moet je:

A
X 10
B
/ 10

Slide 8 - Quizvraag

Reken om:

392 hm = ……..dm
A
392000
B
39200
C
3,92
D
0,392

Slide 9 - Quizvraag

Reken om:

127,4cm = ……..km
A
12.740.000
B
1.274.000
C
0,01274
D
0,001274

Slide 10 - Quizvraag

metriek stelsel massa
Massa:

Slide 11 - Tekstslide

metriek stelsel massa
250 g = ......................kg

34 dg = ....................hg

800 mg  = .................g

7.900 kg = ..................cg

Slide 12 - Tekstslide

antwoorden metriek st. massa
250 g = 0,250 kg

34 dg = 0,034 hg

800 mg  = 0,800 g

7.900 kg = 790000.000 cg

Slide 13 - Tekstslide

Reken om:

68,2g = ………….mg

Slide 14 - Open vraag

Reken om:

310,5dg = ………….hg

Slide 15 - Open vraag

metriek stelsel volume / inhoud
volume:

Slide 16 - Tekstslide

metriek stelsel volume / inhoud
0,080 kL = ................... daL

33 cL = ....................L

1.500 mL = .................L

2,5 hL = .................. dL

Slide 17 - Tekstslide

antwoorden metriek st. volume 
0,080 kL = 8,0 daL

33 cL = 0,33 L

1.500 mL = 1,500 L

2,5 hL = 2500 dL

Slide 18 - Tekstslide

Reken om:

21 L = ……..cL

Slide 19 - Open vraag

Reken om:

33mL = ……..daL

Slide 20 - Open vraag

Reken om:

8,0cL = ……..L

Slide 21 - Open vraag

medium

Slide 22 - Tekstslide

metriek stelsel oppervlakte en inhoud

Slide 23 - Tekstslide

metriek stelsel oppervlakte
3.570 mm^2 = ..................... m^2

0,091 hm^2 = ..................... dm^2

39.850 cm^2 = ...................dam^2

0,67 km^2 = .....................m^2

Slide 24 - Tekstslide

metriek stelsel oppervlakte
3.570 mm^2 = 0,003570 m^2

0,091 hm^2 = 91.000 dm^2 

39.850 cm^2 = 0,039850 dam^2

0,67 km^2 = 670.000 m^2 

Slide 25 - Tekstslide

Reken om:

120m2 = ……….cm2

Slide 26 - Open vraag

Reken om:

6.571 dm3 = ……….hm3

Slide 27 - Open vraag

metriek stelsel inhoud
1,8 m^3 = ..................... mm^3

7.750 dm^3 = ..................... m^3

3.401,6 cm^3 = ...................hm^3

0,0058 km^3 = .....................cm^3

Slide 28 - Tekstslide

metriek stelsel inhoud
1,8 m^3 = 1.800.000.000 mm^3 

7.750 dm^3 = 7,750 m^3

3.401,6 cm^3 = 0,0000000034016 hm^3

0,0058 km^3 = 5.800.000.000.000 cm^3 

Slide 29 - Tekstslide

gevorderd

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

metriek stelsel inhoud/volume
2,8 L = ................... dm^3

4.980.000 mL = .....................dam^3

3,0 m^3 = ........................ cL

708,2 hm^3 = .......................kL

Slide 32 - Tekstslide

antwoorden metriek st. inhoud/volume
2,8 L = 2,8 dm^3

4.980.000 mL = 0,004980000 dam^3

3,0 m^3 = 300.000 cL 

708,2 hm^3 = 708.200.000 kL 

Slide 33 - Tekstslide

Wat is juist?

1L = 1 ………
A
mm3
B
cm3
C
dm3
D
m3

Slide 34 - Quizvraag

Reken om:

1821,6L = ………. dm3

Slide 35 - Open vraag

Reken om:

0,072 kL = ………. dm3

Slide 36 - Open vraag

Reken om:

450mL = ………. m3

Slide 37 - Open vraag

Reken om:

25cL = ………. cm3

Slide 38 - Open vraag

metriek stelsel algemeen

Slide 39 - Tekstslide

metriek stelsel volt
10.000 V = .................. kV

0,024 kV = .....................V

230V = .................... mV

1.500 mV = ..................V

Slide 40 - Tekstslide

antwoorden metriek stelsel volt
10.000 V = 10,000 kV (=10V)

0,024 kV = 24 V

230V = 230.000 mV 

1.500 mV = 1,500 V (=1,5V)

Slide 41 - Tekstslide

metriek stelsel ampere
250 mA = .................. A

0,085 A = .................... mA

Slide 42 - Tekstslide

antwoorden metriek st. ampere
250 mA = 0,250 A

0,085 A = 85 mA

Slide 43 - Tekstslide

master

Slide 44 - Tekstslide

metriek stelsel snelheid
5,0 m/s = ...................cm/s

120 km/h = ........................ km/min

36 km/h = .................... m/s

Slide 45 - Tekstslide

metriek stelsel snelheid
5,0 m/s = 500 cm/s 

120 km/h = 2,00 km/min

36 km/h = 10 m/s

Slide 46 - Tekstslide

metriek stelsel druk
50 N/m = ..................... N/mm

19,5 N/m = ......................kN/m

10,5 N/m = .......................mN/dm

Slide 47 - Tekstslide

metriek stelsel druk
50 N/m = 0,050 N/mm

19,5 N/m = 0,0195 kN/m

10,5 N/m = 1050 mN/dm

Slide 48 - Tekstslide

metriek stelsel dichtheid
2,7 g/cm^3 = ..................... kg/cm^3

19,5 g/cm^3 = ......................g/dm^3

10,5 g/cm^3 = .......................hg/mm^3

Slide 49 - Tekstslide

metriek stelsel dichtheid
2,7 g/cm^3 = 0,0027 kg/cm^3

19,5 g/cm^3 = 19500 g/dm^3

10,5 g/cm^3 = 0,000105hg/mm^3

Slide 50 - Tekstslide

Welke letter moet er op de plaats van het ?-teken komen:

mA - cA - dA - A - daA - …?..A - kA

Slide 51 - Open vraag

Reken om:

5,8 kohm = ………….. ohm
A
58
B
580
C
5800
D
58000

Slide 52 - Quizvraag

Reken om:

941 mV = ……………V

Slide 53 - Open vraag