4.16 Taalverzorging

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je boek van Nederlands op blz. 231 met je schrift.
Je krijgt een sollicitatieformulier voor het maken van opdr. 6.

Slide 2 - Tekstslide

2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Als er staat leg je antwoord uit, doe je dat. 




Slide 3 - Tekstslide

Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Ihabe, Alex

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Dennis, Lynn, Niels, Ties, Jermaine, Shaqell, Bas

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
Noah, Jara

Slide 4 - Tekstslide

3. Lesdoel
Aan het eind van deze les; 
- gebruik je woorden op de goede manier;
- kun je een cv en/of een sollicitatieformulier invullen.

Slide 5 - Tekstslide

Mini-check
Geen mini-check vandaag.

Slide 6 - Tekstslide

4. Instructie
Iedereen doet mee met de instructie:



Slide 7 - Tekstslide

Kennen / kunnen en liggen / leggen

Deze werkwoorden worden vaak verkeerd gebruikt. Zo gebruik je deze woorden goed:


  • kennen: iets weten of geleerd hebben
  • kunnen: in staat zijn om iets te doen
  • liggen: zich bevinden, rusten
  • leggen: iets doen 


Slide 8 - Tekstslide

Groter als...? Groter dan...? 
  • Mijn moeder is groter dan mijn vader.
  • Regel 1: 'dan' na vergrotende trap
  • Mijn moeder is groter dan hij / dan ik.
  • Regel 2: voor het goede pers.vnw: voeg persoonsvorm toe en je weet de juiste vorm!
  • ...groter dan hij (is) / dan ik (ben)


  • *groter dan hem / dan mij is dus fout

Slide 9 - Tekstslide

Toevoeging opdracht 6
Je krijgt een voorbeeld van een sollicitatieformulier van de leerkracht.

Slide 10 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
- werkt samen met de leerkracht.
- Niels; eventueel laten voorlezen

Slide 11 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:
les 4.16, opdr. 4 en 6, blz. 232 t/m 233.

Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak afmaken. 
3. Leren toets / lezen / woordzoeker. 
timer
30:00

Slide 12 - Tekstslide

7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 





Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide