Oefentoets over zorgvragers met dementie

Oefentoets over zorgvragers met dementie
 
(VVT 1, module 3, hoofdstuk 9)
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
VVTMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets over zorgvragers met dementie
 
(VVT 1, module 3, hoofdstuk 9)

Slide 1 - Tekstslide

Welke problemen treden vaak als eerste op bij vasculaire dementie?
A
Geheugenstoornissen
B
Afasie
C
Milde cognitieve achteruitgang
D
Woordvindproblemen of veranderingen in de stemming

Slide 2 - Quizvraag

Wat is agnosie?
A
Emoties niet kunnen herkennen
B
Het onvermogen objecten te herkennen
C
Het onvermogen nieuwe informatie op te slaan
D
Verminderd vermogen motorische handelingen uit te voeren

Slide 3 - Quizvraag

Welke rol vervult de hippocampus?
A
Zorgt voor opnemen en doorgeven van nieuwe informatie
B
Het kunnen herkennen van objecten
C
Regelt het vermogen om taal te kunnen begrijpen
D
Regelt de opname van zuurstof en energie

Slide 4 - Quizvraag

De hersenen blijken zich aan te kunnen passen aan beschadigingen van de hersenen. Hoe noem je dit verschijnsel?
A
Plaques
B
Mild cognitive impairment
C
Cognitief vermogen
D
Neuroplasticiteit

Slide 5 - Quizvraag

Hoe noem je het verschijnsel als iemand steeds dezelfde vragen of opmerkingen herhaalt of steeds hetzelfde verhaal vertelt?
A
Decorumverlies
B
Persevereren
C
Confabuleren
D
Desoriëntatie

Slide 6 - Quizvraag

Wat is confabuleren?

Slide 7 - Open vraag

Wat is decorumverlies?

Slide 8 - Open vraag

Welke ziekten/problemen kunnen bij een oudere zorgvrager verschijnselen geven die op dementie lijken?
A
Diabetes type 2 of een slecht werkende alvleesklier
B
Depressie of een slechte voedingstoestand
C
Urineweginfectie of slecht functionerende blaas
D
Problemen aan het maag-darmstelsel

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer wordt een MRI-scan gemaakt om deze vorm van dementie vast te stellen?
A
Lewy-body-dementie
B
Ziekte van Creutzfeldt-Jakob
C
Vasculaire dementie
D
Ziekte van Alzheimer

Slide 10 - Quizvraag

Met een ruggenprik wordt liquor (hersenvocht) afgenomen. Over de aanwezigheid van welke ziekte kan dit informatie opleveren?
A
Lewy-body-dementie
B
Ziekte van Creutzfeldt-Jakob
C
Vasculaire dementie
D
Ziekte van Alzheimer

Slide 11 - Quizvraag

Een middel dat de overdracht van signalen in de hersenen bevordert en daardoor het geheugen verbetert is
A
Acetylsalicylzuur
B
Galantamine
C
Neurotransmitters
D
Memantine

Slide 12 - Quizvraag

Gedragsontregeling bij mensen met dementie vraagt allereerst om inzicht in de oorzaak van het gedrag. Wat is daarbij het uitgangspunt?
A
Verstoorde balans tussen de neurotransmitters (boodschapperstoffen) herstellen
B
Een multidisciplinaire benadering waarbij een stappenplan gevolgd wordt
C
Overdracht van signalen in de hersenen bevorderen en daardoor het geheugen verbeteren
D
Bloedverdunnende middelen voorschrijven waarbij de bloeddoorstroming naar de hersenen wordt bevorderd

Slide 13 - Quizvraag

Waarom worden antipsychotica ook wel de ‘chemische dwangbuis’ genoemd?
A
De oorzaak (bijvoorbeeld pijn) wordt niet aangepakt
B
Omdat er een verhoogd gevaar op vallen ontstaat
C
Omdat er vaak bijwerkingen optreden

Slide 14 - Quizvraag

Onder welke stoornissen vallen gedragsveranderingen, karakterveranderingen en psychiatrische verschijnselen?
A
Verhoogde prikkelbaarheid
B
Verbale en fysieke agressie
C
Wanen en visuele hallucinaties
D
Niet-cognitieve stoornissen

Slide 15 - Quizvraag

Onder vasculaire dementie vallen meerdere aandoeningen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Geheugenstoornissen treden eerder op dan cognitieve stoornissen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

De ziekte van Korsakov wordt veroorzaakt door chronisch alcoholmisbruik. Welk vitaminetekort speelt hier een rol?
A
Vitamine D
B
Vitamine B1
C
Vitamine K
D
Vitamine B12

Slide 18 - Quizvraag

Opdracht 
1. Bekijk welke vragen je onjuist hebt beantwoord. 
2. Bestudeer de theorie over deze vragen.
3. Werk verder aan het bestuderen van de theorie en het maken van de verwerkingsopdrachten van VVT1, module 3 en VVT 2, module 1.

Slide 19 - Tekstslide