Up2 12-5-2022, Akkusativ Kapitel 7

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Herzlich Willkommen

beim Deutschunterricht

Regeln in der Klasse

• Luister naar elkaar! Als er iemand praat, is de rest stil.
• Mobiele telefoon in de tas.
• Respect voor elkaar.
• Altijd laptop meenemen.
• Tas, naast jou op de grond.
• Voeten op de grond.

Was machen wir heute?

Wir arbeiten weiter an Kapitel 7.

Ihr lernt den Akkusativ mit seinen Präpositionen kennen.

Wir üben Wörter für die neue Hörprüfung.

Akkusativ

4. Fall

Voorbeeld:                                     Ich habe dich lieb

• voorzetsels
  
• werkwoorden met een vaste vorm
• wie/wat + gezegde + onderwerp = 

Akkusativ

Personalpronomen im Akkusativ

	1. Fall Nominativ	4. Fall Akkusativ
ik	ich	mich
jij	du	dich
hij/zij/het	er/sie/es	ihn/sie/es
wij	wir	uns
jullie	ihr	euch
zij/u	sie/Sie	sie/Sie

Voorzetsels +4 (Präpositionen Akkusativ)

durch	door	Durch dich bin ich zu spät.
für	voor	Für mich eine Cola bitte.
ohne	zonder	Ohne dich kann ich nicht leben.
um	om	Um uns brauchst du nicht zu bleiben
bis	tot	Also, dann bis morgen!
gegen	tegen	Hat er gegen euch gesagt, dass ihr zu spät wart?
entlang	langs	Er lief den Fluss entlang.

Wat betekent:
Richtig

1. Waar
2. Niet waar
3. Juist
4. Onjuist

de Akkusativ begrijp ik.

😒🙁😐🙂😃

Hörprüfung

Luisteren en vragen beantwoorden

Waar moet je op letten?

• herkennen van kernwoorden 
• raden
• logisch nadenken
• elimineren / wegstrepen

Welk woord betekent horen

1. Sprechen
2. Hören
3. Lesen
4. Behauptung

Einkreisen betekent:

1. Omcirkelen
2. Doorkruizen
3. Markeren

Behauptung betekent?

1. Hopen
2. Mening
3. Opmerking
4. Bewering

Höre dir das Gespräch an.
Wat betekent deze zin?

Fragment zum Hören

Je luistert naar een kort fragment.

Schrijf na het fragment een korte samenvatting. Waar gaat het over.

Bespreek met je buur waar het fragment over gaat.

Waar gaat het geluidsfragment over?

Afsluiting

Habt ihr noch Fragen?

Als de timer loopt, kunnen jullie inpakken.

Bis zum nächsten Mal