In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 180 min
Onderdelen in deze les
De Eerste Wereldoorlog
paragraaf 1.3
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe de Eerste Wereldoorlog begon en daarbij onderscheid maken tussen directe en indirecte oorzaken.
Je kunt het verloop van de Eerste Wereldoorlog beschrijven en uitleggen dat dit een totale oorlog was.
Je kunt uitleggen welke gevolgen de Eerste Wereldoorlog voor Europa had.
Slide 2 - Tekstslide
Oorzaken WO1
Nationalisme= trots zijn op eigen volk, cultuur en eigen land willen: Frankrijk wil revanche op 1871 verlies oorlog 1870-1871 en Elzas-Lotharingen, ontstaan Duitse rijk.
Modern imperialisme = veel koloniën willen hebben voor grondstoffen en afzetmarkt: spanningen GB-FR
Militarisme en wapenwedloop GB-Duitse rijk /oorlog is een snelle en makkelijke oplossing voor een conflict)
Bondgenootschappen Geallieerden / Triple Entente vs. Triple Alliantie
Slide 3 - Tekstslide
De aanleiding
De moord op de Oostenrijkse kroonprins Frans Ferdinand
--> kettingreactie:
Oostenrijk-Hongarije verklaart Servië de oorlog (Servië had Rsld als bondgenoot)
Rusland verklaart oorlog aan OH (OH had Dld en later ook Ottomaanse rijk als bondgenoot)
Duitse keizerrijk verklaart oorlog aan Rusland (Rsld had GB en Fr als bondgenoot)
Frankrijk en Engeland raken betrokken als bondgenoot van Rusland
Alle koloniën van deze rijken zijn nu ook in oorlog
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Het begin van de oorlog
Veel enthousiasme
Veel vrijwillige aanmelding
Verwachting van een korte oorlog
Back home by Christmas
Slide 8 - Tekstslide
Von Schlieffenplan
Duitsland werd aan twee kanten omringd door de vijand. --> Von Schlieffen- plan: Frankrijk in 6 weken bezetten door een verrassings- aanval via België.
Slide 9 - Tekstslide
Von Schlieffenplan: mislukt
België bood meer weerstand dan verwacht
Rusland was eerder gemobiliseerd dan verwacht en viel aan in het oosten
De oorlog kwam aan het westfront tot volledige stilstand: er ontstond een loopgravenoorlog.
Slide 10 - Tekstslide
Zandzakken waren gevuld met aarde en modder, en waren bedoeld om de soldaten te beschermen
In het begin van de oorlog waren de rantsoenen nog wel redelijk, maar naarmate de oorlog langer duurde, was er ook steeds minder (goed) eten.
Als de soldaten niet hoefden te vechten, speelden ze bijvoorbeeld met kaarten.
Behalve de vijand hadden de soldaten veel last van ongedierte, zoals ratten en vlooien. Sommige soldaten kwamen de tijd tussen de gevechten door met het doden van ratten.
Honden hielden de soldaten niet alleen gezelschap, ze bezorgden ook boodschappen tussen de verschillende loopgraven.
Soldaten konden vaak alleen maar overdag slapen, omdat 's nacht een goed moment was om de loopgraven van de vijanden te bespioneren.
Met een periscoop konden de soldaten de vijand bekijken, zonder grote risico's te nemen. Een periscoop werkt met spiegels.
Er zijn duizenden brieven en dagboeken van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog bewaard gebleven. Dit zijn tegenwoordig belangrijke en waardevolle bronnen.
Voor de veiligheid van de soldaten waren de loopgraven in zigzag-vorm.
Tussen de Noordzee en de Zwitserse grens (Westfront) wordt 40.000km aan loopgraven aangelegd.
Het gebied tussen de loopgraven wordt in vier jaar tijd compleet omgeploegd. Er ontstaat een niemandsland.
Tijdens de video kun je alle kanten opkijken! Probeer het maar eens uit!
Op wacht staan was één van de belangrijkste taken die je kon krijgen. Op het in slaap vallen tijdens de wacht stonden zeer zware straffen.
Behalve vechten en wacht houden, waren er nog genoeg andere vervelende klusjes in een loopgraaf, zoals zandzaken bijvullen, prikkeldraad repareren of het leegmaken van de latrines (wc's)
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Slide 15 - Video
Bekijk de prent.
Onder de afbeelding staat
Au revoir!
Duitsland: Vaarwel, madame, en als ––
Frankrijk: Ha! Wij zullen elkaar wederzien!
Wat zie/lees ik?
Wie/wat herken ik?
Waarop heeft de prent betrekking?
Waarom is de prent gemaakt?
Hoe is de maker beïnvloed door zijn tijd, plaats en achtergrond (standplaatsgebondenheid)
Slide 16 - Tekstslide
Wat zie/lees ik? Ik lees dat Frankrijk denkt dat ze Duitsland op een later moment weer tegenkomen
Wie/wat herken ik? Ik herken links Duitsland en rechts Frankrijk
Waarop heeft de prent betrekking? Op de Frans-Duitse oorlog
Waarom is de prent gemaakt? Om aan te tonen dat Frankrijk nog wraak wilt
Hoe is de maker beïnvloed door zijn tijd, plaats en achtergrond tijd: 1873 plaats: De auteur is waarschijnlijk Frans achtergrond: De auteur staat waarschijnlijk aan de kant van Frankrijk
Slide 17 - Tekstslide
Bekijk de prent.
Onder de afbeelding staat
Au revoir!
Duitsland: Vaarwel, madame, en als ––
Frankrijk: Ha! Wij zullen elkaar wederzien!
Wat zie/lees ik?
Wie/wat herken ik?
Waarop heeft de prent betrekking?
Waarom is de prent gemaakt?
Hoe is de maker beïnvloed door zijn tijd, plaats en achtergrond (standplaatsgebondenheid)
Duitse legerhelm (Pickelhaube)
Marianne (symbool voor Frankrijk tijdens Franse Revolutie)
Slide 18 - Tekstslide
De Eerste Wereldoorlog
paragraaf 1.3
Slide 19 - Tekstslide
De eerste wereldoorlog was van... tot...
A
1914-1917
B
1940-1945
C
1914-1918
D
1914-1919
Slide 20 - Quizvraag
In de Eerste Wereldoorlog ...
A
was Nederland neutraal
B
hoorde Nederland bij de Geallieerden
C
hoorde Nederland bij de Centralen
Slide 21 - Quizvraag
Een briefkaart uit de Eerste Wereldoorlog.
Van welke oorzaak van de Eerste Wereldoorlog is dit een voorbeeld?
A
Modern imperialisme
B
Nationalisme
C
Bondgenootschappen
D
Wapenwedloop
Slide 22 - Quizvraag
Wat zien we ook alweer als aanleiding van de Eerste Wereldoorlog?
Slide 23 - Open vraag
Slide 24 - Tekstslide
Europese landen breiden hun imperium uit ten behoeve van de eigen industrie (modern imperialisme)
Europese landen sluiten bondgenoot- schappen
Opkomst militarisme
Industriële wapenwedloop begint
Europa industrialiseert
Industrialisatie krijgt een boost door grondstoffen uit koloniën
Slide 25 - Sleepvraag
Totale oorlog
= een oorlog waarbij de totale samenleving in teken staat van de oorlog
Voorbeelden:
dienstplicht voor alle mannen boven de 18
door grootschalige bombardementen worden burgers ook slachtoffer
vrouwen werkten in oorlogsindustrie of in de zorg voor gewonde soldaten
massamedia worden ingezet door regeringen van landen om burgers te beïnvloeden (propaganda)
= NIET hetzelfde als een wereldoorlog!!!
Slide 26 - Tekstslide
Propaganda
Regeringen probeerden hun bevolking te beïnvloeden met propaganda.
= Reclame voor politieke ideeën of voor een persoon via massamedia, met als doel zoveel mogelijk mensen te overtuigen.
Het eigen land/idee wordt verheerlijkt
of, de tegenstander wordt heel negatief afgeschilderd.
Slide 27 - Tekstslide
Het einde van de oorlog start in 1917
06-04-1917: de VS voegt zich bij de Geallieerden (onbeperkte duikbootoorlog en Zimmermann-telegram)
In Rusland breekt een burgeroorlog uit (okt 1917 Russische revolutie - wapenstilstand - 03-03-1918 vrede van Brest-Litovsk: Rusland raakt heel veel grondgebied kwijt)
Gevolgen
Duitsland heeft geen tweefrontenoorlog meer
De VS versterkt de Geallieerden enorm
Duitsland kan niets anders dan zich overgeven.
Op 11-11-1918 wordt de wapenstilstand ondertekend.
Slide 28 - Tekstslide
Verdrag van Versailles
De wapenstilstand werd definitief gemaakt met het Verdrag van Versailles.
Duitsland:
had de alleinschuld / werd als hoofdschuldige van de oorlog gezien
moest herstelbetalingen doen aan Frankrijk en Engeland (132 miljard goudmark (ongeveer 1800 miljard euro, tot 1988 betalen)
moest 1/7 deel van haar grondgebied afstaan (ook alle koloniën) en raakte 1/10 deel van haar bevolking kwijt. Economisch belangrijke gebieden werden afgenomen
moest het leger terugbrengen naar 100 000 man, geen soldaten meer in het Rijnland.
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Video
de dolkstootlegende
Slide 31 - Tekstslide
De Duitse keizer Wilhelm I vlucht naar Nederland na het Verdrag van Versailles: In Duitsland wordt de Republiek van Weimar uitgeroepen.
Slide 32 - Tekstslide
Andere verliezers
Oostenrijk-Hongarije viel uiteen in nieuwe landen o.a. Tsjecheslowakije, Joegoslavië en Oostenrijk en Hongarije.
Van het Ottomaanse rijk bleef alleen Turkije over: De Arabische gebieden in het Midden Oosten werden mandaatgebieden van GB en Frankrijk
Rusland moest grondgebieden afstaan.
De vrede van Versailles was hét recept voor ontevredenheid en instabiliteit in Europa.