Gratis Game of toch niet ? niveau B klas 1 en 2

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
nieuwsbegripMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1,2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

doel van de les

Vragen stellen bij een tekst 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

gratis game of niet?

Slide 5 - Woordweb

wat gaan we doen? 
  1. buitenkantkenmerken van de tekst bekijken (en markeren).
  2. de tekst lezen. 
  3. als je iets niet begrijpt markeer je dat stukje.

Slide 6 - Tekstslide

instructie  
Als je een tekst leest, komen er allerlei vragen in je op. Die vragen beginnen vaak met een vraagwoord: wie, wat, waar, waarom, welke, hoe. Als de tekst je vraag beantwoordt, blijf je tijdens het lezen snappen waar het over gaat. Je checkt bij jezelf:
Snap ik wat ik lees? Klopt het met wat ik al weet? Kan dat wel wat ik lees? Krijg ik antwoord op mijn vraag?

Als je actief leest, houd je steeds in de gaten of wat je leest klopt met:
- wat je eerder in de tekst hebt gelezen;
- wat je al weet.

Slide 7 - Tekstslide

wat gaan we doen?
Bedenk met je buurman/-vrouw een vraag per alinea. 
De vraag moet beginnen met een VRAAGWOORD 

Slide 8 - Tekstslide

bedenk een vraag bij
"In-app aankopen" . Begin je vraag met Wat

Slide 9 - Open vraag

Bedenk een vraag bij "Creditcard". Begin je vraag met Waarom

Slide 10 - Open vraag

bedenk een vraag bij "Games voor spelcomputers".
Begin je vraag met Welke

Slide 11 - Open vraag

Bedenk een vraag bij "Symbool". Begin je vraag met Hoe.

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

In de tekst staan veel Engelse woorden. Kun je een Nederlands woord bedenken voor de volgende woorden?

de game =  _____________________________________________________
de app = _____________________________________________________
downloaden = _________________________________________________
het level = _________________________________________________
gamen = _________________________________________________
in-app aankopen = _________________________________________________
de tablet = _________________________________________________
de creditcard = _________________________________________________
in-game purchases = _________________________________________________


Slide 14 - Tekstslide