H4.4 water in droge gebieden - 2M

Oefenen met paragraaf 3.2, 3.3 en 3.4
Water 2 (mavo)
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oefenen met paragraaf 3.2, 3.3 en 3.4
Water 2 (mavo)

Slide 1 - Tekstslide

3.2 en 3.3 herhalen

Slide 2 - Tekstslide

verdampen
condenseren
grondwater
neerslag
zout water
zoet water
filteren
rivier

Slide 3 - Sleepvraag

Zoet water
Zout water

Slide 4 - Sleepvraag

De waterkringloop begint met.....
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Infiltratie
D
Erosie

Slide 5 - Quizvraag

Bij welke
letter zie
je infiltratie?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noemen we de neerslag die beschikbaar is voor gebruik?
A
Stijgingsregen
B
Neerslagverdeling
C
Nuttige neerslag
D
Piekafvoer

Slide 7 - Quizvraag

Grondwater hoort bij...
A
Lange kringloop
B
Korte kringloop
C
Beide kringlopen
D
Hoort niet bij de kringloop

Slide 8 - Quizvraag

Het zichtbare water op aarde: zeeën, oceanen, rivieren en meren.
A
Gletsjer
B
Grondwater
C
Oppervlaktewater
D
Zoet water

Slide 9 - Quizvraag

Als neerslag in de grond zakt (infiltreert)hoe heet dit water dan?
A
Oppervlaktewater
B
Grondwater
C
Brak water

Slide 10 - Quizvraag

3.4 : Water in droge gebieden

Slide 11 - Tekstslide

Waterbalans = hoeveel water komt er binnen en hoeveel gaat er weg?

fysiek watertekort = tekort drinkwater aanwezig

economisch watertekort = voorzieningen ontbreken

Waterstress = het tekort aan water

Slide 12 - Tekstslide

Stuwdam

Slide 13 - Tekstslide

Aquifer = vochtige laag op grote diepte

Slide 14 - Tekstslide

Twee soorten bodemwater:
1. Vernieuwbaar grondwater > aangevuld met regenwater

2. Fossiel grondwater > raakt op!

Slide 15 - Tekstslide

Ontzilten
de oplossing?

1. Zeewater naar de fabriek

2. Zeewater verwarmen 
> zout blijft achter
> water wordt opgevangen als waterdamp

Energie? Kosten?

Slide 16 - Tekstslide

Wat is de waterbalans van een land?
A
Overzicht van de hoeveelheid water van die een gebied binnengaat en verlaat
B
Neerslag min verdamping
C
Water invoer van rivieren van een land
D
De uitvoer & verdamping van water

Slide 17 - Quizvraag

Wat zijn nadelen van een stuwdam?
2 antwoorden zijn goed.
A
Het houdt veel water tegen. Dit is lastig voor droge gebieden.
B
Er is weinig landbouw mogelijk.
C
Landen krijgen ruzie
D
Er komen teveel vissen in het stuwmeer.

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van
economisch watertekort?
A
Te weinig water aanwezig in de ondergrond
B
Te weinig neerslag
C
Te weinig geld om waterpompen te maken
D
Te weinig geld voor irrigatie

Slide 19 - Quizvraag

Hier zie je een voorbeeld van:
A
Fysiek watertekort
B
Economisch watertekort

Slide 20 - Quizvraag

Wat is irrigatie?

Slide 21 - Open vraag

Wat is de meest duurzame vorm van irrigatie
A
geul irrigatie
B
druppenirrigatie
C
beregening

Slide 22 - Quizvraag