In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Gedetineerde
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Thema 6: Ho. 17.1 t/m 17.4
Slide 2 - Tekstslide
Doelen
Je weet wat detentie inhoud
Je weet wat een penitentiaire inrichting is
Je weet wat het huis van bewaring is
Je weet wat een recidivist is
Slide 3 - Tekstslide
Detentie
Gedetineerde = gevangene
Deliquent = strafbaar
Justitiable
Misdrijf is een ernstige overtreding van de wet
57/100.000
Finland
Slide 4 - Tekstslide
3 Doelen
Vergelding
Veiligheid van de samenleving
Herhaling voorkomen
Slide 5 - Tekstslide
DJI
Onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie
Veiligheidsbenemende straffen en maatregelen
Straf-, jeugd- en vreemdelingenrecht
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een penitentiaire inrichting?
A
Een inrichting speciaal voor mannen
B
Een inrichting speciaal voor vrouwen
C
Een verzamelnaam voor inrichtingen in het gevangeniswezen
D
Een andere benaming voor een huis van bewaring
Slide 7 - Quizvraag
Huis van bewaring
Afgesloten en beveiligd cellencomplex
(voorlopige) hechtenis
Jaarlijks 40.000 mensen
Gemiddeld 105 dagen
Vrijheidsbenemende maatregelen
Jongeren, psychiatrische patiënten en vreemdelingen
Slide 8 - Tekstslide
Wat is een recidivist?
A
Iemand die voor het eerst in de gevangenis komt
B
Iemand die zich herhaaldelijk schuldig heeft gemaakt aan hetzelfde strafbare feit
Slide 9 - Quizvraag
Het merendeel van de mensen in de gevangenis is...
A
Man
B
Vrouw
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Cel
5 of 4,5 meter lang
2 of 2,5 meter breed
2,5 meter hoog
Bed, kast, tafel en stoel, tv, koffiezetapparaat, koelkast en magnetron, toilet en wastafel
Kant en klaar maaltijden
Slide 14 - Tekstslide
Leefsituatie
Dagprogramma
Arbeid
Activiteiten
Contact met de buitenwereld
Rechten en plichten
Straffen
Slide 15 - Tekstslide
Wat houdt detentie in?
Slide 16 - Open vraag
Wat is het huis van bewaring?
Slide 17 - Open vraag
Meervoudige beperking
Slide 18 - Tekstslide
Wat is osteoporose?
Slide 19 - Open vraag
Wat is de behandeling bij amputatie?
Slide 20 - Open vraag
Wat is het complex regionaal pijnsyndroom?
Slide 21 - Open vraag
Planning
Deel B Thema 8 Ho. 25.1 t/m 25.5
Slide 22 - Tekstslide
Doelen
Je weet wat een meervoudige beperking is
Je weet welke vormen er voorkomen
Je weet wat de oorzaken en verschijnselen zijn van de voorkomende vormen
Slide 23 - Tekstslide
Mensen met een meervoudige beperking
2 of meer afzonderlijke beperkingen heeft
Iedere beperking afzonderlijk ernstig, omvangrijk en langdurig
Verstandelijk - motorisch
Verstandelijk - autisme
Doofheid - blindheid
Slide 24 - Tekstslide
Kenmerken
Meervoudige beperking komt als 1 beperking tot uiting
Sprake van communicatieve beperking
Geremdheid in het totale functioneren
Tragere ontwikkeling
Gezondheidsproblemen
Ernstige meervoudige beperking
Ethische dilemma's
Slide 25 - Tekstslide
Ondersteunen
Individualiteit
Totaliteit
Continuïteit
Slide 26 - Tekstslide
Verstandelijk - autisme
Verstandelijk - motorisch
Verstandelijk - zintuiglijk
Het sterk in zichzelf gekeerd zijn
Spasticiteit, verlammingen van een of meer ledematen en ataxie
Problemen met het opnemen en verwerken van informatie
Slide 27 - Sleepvraag
Verstandelijk - autisme
Verstandelijk - motorisch
Verstandelijk - zintuigelijk
Beperkingen in sociale contacten en communicatie, beperkte en herhaalde gedragspatronen en star gedrag
Problemen met kauwen, slikken, hoesten en spreken
Zo'n 60-75% heeft hier mee te maken en 90% heeft hier een ernstige vorm van.
De andere vorm heeft zo'n 30% hier mee te maken
Slide 28 - Sleepvraag
Verstandelijk - autisme
Verstandelijk - motorisch
Verstandelijk - zintuiglijk
Verwerkt wat hij ziet, hoort en ruikt op een andere manier en heeft moeite met veranderingen
Gevolgen voor lichamelijk, verstandelijk en psychosociaal functioneren
Communicatie en contact wordt ernstig belemmerd, visueel lastig te diagnostiseren omdat er gedacht wordt dat het bij de beperking hoort
Slide 29 - Sleepvraag
Verstandelijk - autisme
Verstandelijk - motorisch
Verstandelijk - zintuiglijk
Onderdiagnostiek komt bij beide vormen voor en betekent dat een aandoening, ziekte of beperking niet wordt onderkend
Cerebrale parese houdt in: onvoldoende vorming of beschadiging van de hersenen, die ontstaan vlak voor, tijdens of (direct) na de geboorte (zuurstofgebrek)
Bij 90% van de gevallen is het erfelijk bepaald. De stoornis blijft de mate van gedrag hoeft niet blijvend te zijn.
Slide 30 - Sleepvraag
Wat is een meervoudige beperking?
Slide 31 - Open vraag
Wat zijn de oorzaken en verschijnselen van verstandelijk - autisme?
Slide 32 - Open vraag
Wat zijn de oorzaken en verschijnselen van verstandelijk - motorisch?
Slide 33 - Open vraag
Wat zijn de oorzaken en verschijnselen van verstandelijk - zintuiglijk