Telen van voedergewassen oefentoets

• Veehouderij
• MBO
• Studiejaar 2

Het afgelopen jaar heeft de mais te maken gehad met een aantal factoren. Noem 1 van deze factoren en benoem op welke manier je dit terug zag aan de maisplant.

Welk onderdeel is afgebeeld op nummer 4?

1. Invoerrollen
2. Korrelkneuzer
3. Blazer
4. Messentrommel

Wat kan een nadeel zijn van een DS% van meer dan 36%?

Wat is de normale toename in DS per week aan het einde van het groeiseizoen?

1. 1%
2. 2%
3. 8%
4. 10%

Voor welke datum moet een veehouder zijn mais oogsten als hij heeft gedaan aan onderzaai.

1. 1 oktober
2. 15 oktober
3. 31 oktober
4. Geen datum bekend

Wat is de ideale haksellengte?

1. 3-4 mm
2. 5-7 mm
3. 6-8 mm
4. 9-12 mm

Wat is de functie van de korrelkneuzer?

Neemt de verteerbaarheid van de kolf af en neemt deze toe als de kolf verder afrijpt? Leg je antwoord uit.

Welke DS% willen we minimaal behalen tijdens de oogst van mais?

1. 25% DS
2. 30% DS
3. 35% DS
4. 40%DS

Welke bacteriën zorgen ervoor dat de maiskuil stabiel wordt?

Wat is het DS% van deze mais analyse?

Waarom is de OEB in mais altijd negatief?

Wat is de gemiddelde VEM waarde van mais?

1. 800 VEM
2. 900 VEM
3. 1000 VEM
4. 1100 VEM

Een veehouder heeft een ruw as gehalte van 80. Wat kan hij doen om dit te verlagen?

Op een kuilanalyse formulier staat een structuurwaarde van 2,0. Hoe ziet deze mais er waarschijnlijk uit?

Je krijgt deze analyse binnen wat valt je op? Geef een mogelijke verklaring.

Hoeveel VEM heeft deze analyse?

1. 419
2. 1024
3. 1001
4. 982

Wat is de functie van onderdeel 5?

In welk deel van de maisplant zit bij afrijping nog het meeste water?

1. Kolf
2. Pluim
3. Bovenkant Stengel
4. Onderkant Stengel

Een veehouder komt bij zijn maiskuil en ziet dit. Hoe had hij dit kunnen voorkomen?