9.2 oorzaken van criminaliteit + 9.3 theorieën over criminaliteit

Criminaliteit
paragraaf 2 +3
  • Waarom worden mensen crimineel?
  • De wetenschap over criminaliteit
    blz. 140 - 141 in je boek
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Criminaliteit
paragraaf 2 +3
  • Waarom worden mensen crimineel?
  • De wetenschap over criminaliteit
    blz. 140 - 141 in je boek

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les kun je:
  • uitleggen welke omstandigheden de kans op crimineel gedrag kunnen vergroten.

  • Uitleggen waarom de samenleving ook een rol speelt bij een groeiend criminaliteitscijfer.

  • Je mening geven over het verklaren van criminaliteit door een wetenschappelijke theorie te gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Waarom worden mensen crimineel?

Slide 3 - Woordweb

Wie worden er crimineel?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wie zijn er eerder crimineel?
A
mannen
B
vrouwen

Slide 6 - Quizvraag

Waarom vertonen mannen eerder crimineel gedrag dan vrouwen?

Slide 7 - Woordweb

Waarom worden mensen dan crimineel?
  • Risicofactoren maar je bent er altijd zelf bij!

Slide 8 - Tekstslide

Risicofacten
vergroten de kans op crimineel gedrag
  • Slechte opvoeiding: ouders geven een verkeerd voorbeeld.
  • Groepsdruk
  • Alcohol of drugs
  • spijbelen en schooluitval
  • Biologische factoren

Slide 9 - Tekstslide

1

Slide 10 - Video

Is het jou wel eens overkomen dat je iets deed wat verkeerd was omdat je onder invloed was?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Leg uit: Waarom, denk jij, worden jongeren die veel spijbelen of geen diploma halen vaker crimineel?

Slide 12 - Open vraag

00:26
Van welke risicofactor op criminaliteit is hier sprake?
A
slechte opvoeding
B
groepsdruk
C
Spijbelen
D
alcohol of drugs

Slide 13 - Quizvraag

Rol van de samenleving
De samenleving van nu is anders dan die van 1950. Dat zie je ook terug in meer maar ook ander soort criminaliteit.
Dit komt omdat:

  • Regels (normen) zijn anders geworden
  • Er wordt minder op je gelet dan vroeger (sociale controle)

Slide 14 - Tekstslide

2

Slide 15 - Video

00:21
Ben je het met hem eens? (Iedereen heeft wel eens iets geprobeerd met alcohol of drugs)
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

00:36
Mee eens?
(Je wordt vrijgelaten maar je hebt ook veel verantwoordelijkheid!)

Slide 17 - Open vraag

Waarom is er in de grote stad meer criminaliteit dan in een dorp?

Slide 18 - Open vraag

Wetenschap en criminaliteit
Wetenschappers proberen criminaliteit te verklaren maar kan dat wel?
twee voorbeelden:
  1. Gelegenheidstheorie: Hoe makkelijk wordt ik opgepakt? Niet zo makkelijk? Dan doe ik eerder iets wat niet mag.
  2. Aangeleerd-gedrag theorie: je neemt gedrag over van je ouders of vrienden. Steelt jou beste vriend en wordt hij niet opgepakt? Kans dat jij dat misschien ook gaat doen.


Slide 19 - Tekstslide

Waardoor denk jij dat mensen crimineel worden?

Slide 20 - Open vraag

3

Slide 21 - Video

04:24
Waarom kwamen deze jongens in aanraking met criminaliteit?

Slide 22 - Woordweb

05:40
Wat vinden jullie ervan dat deze jongens met zulke messen rondlopen?
A
Normaal
B
Vreemd

Slide 23 - Quizvraag

06:15
Hebben jullie ook medelijden met deze jongens?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Even herhalen

Slide 25 - Tekstslide

Iris heeft een hekel aan school en spijbelt vaak. Ze steelt vaak bij de Douglas parfum of make-up.
A
Slechte opvoeding
B
groepsdruk
C
Alcohol/drugs
D
Spijbelen

Slide 26 - Quizvraag

Volgens de
worden jongeren vaker crimineel als ze foute
vrienden hebben.
De ex-crimineel blijft zich crimineel gedragen als hij door zijn omgeving steeds
Veel onderzoekers denken dat crimineel gedrag een gevolg is van een
optelsom van factoren
aangeleerd-gedragtheorie
anders wordt behandeld.

Slide 27 - Sleepvraag

Op internet gaat een bericht rond dat er drie bommen verstopt zijn in verschillende vliegtuigen op Schiphol.

Noem een materieel en een immaterieel gevolg van dit bericht.

Slide 28 - Open vraag

Wie meer risico lopen op strafbaar gedrag is bekend, maar waarom plegen mensen strafbare feiten? Er zijn zes verschillende theorieën over te vinden: 

  • Aangeleerd gedragstheorie
  • Anomietheorie
  • Bindingstheorie
  • Rationele-keuzetheorie
  • Etikettentheorie
  • Neutraliseringstheorie 

Theorieën over crimineel gedrag

Slide 29 - Tekstslide

Crimineel gedrag wordt aangeleerd door mensen uit je omgeving. Je neemt de waarden en normen over van de mensen om je heen, dus als in je familie of je vriendengroep veel criminaliteit voorkomt, dan is het logisch dat jij hetzelfde gedrag gaat vertonen.
Aangeleerd gedragstheorie

Slide 30 - Tekstslide

Anomie betekent dat je bepaalde levensdoelen niet kunt halen. Je wil bijvoorbeeld een dure auto, maar je kunt geen goedbetaalde baan vinden. Mensen doen dus criminele dingen als ze gefrustreerd zijn omdat ze weinig kansen hebben in het leven, bijvoorbeeld door armoede, discriminatie, of gebrek aan opleiding.
Anomietheorie

Slide 31 - Tekstslide

Als mensen zich erg verbonden voelen met de mensen om hen heen, plegen ze minder snel strafbare feiten. Als je een goede binding hebt met je gezin, met school en met je vrienden, dan wil je deze mensen niet teleurstellen, dus vertoon je geen crimineel gedrag.
Bindingstheorie

Slide 32 - Tekstslide

Als mensen een misdrijf willen plegen, overwegen ze eerst de voor- en nadelen van het misdrijf. Hoeveel geld levert het misdrijf ze op? En wat is de kans dat ze gepakt worden? Het plegen van het misdrijf is dus een bewuste, rationele keuze.
Rationele-keuze-theorie

Slide 33 - Tekstslide

Als mensen een misdrijf gepleegd hebben of zich anders gedragen dan andere mensen, dan gaat de omgeving hen ook behandelen als crimineel. Ze drukken als het ware het etiket “crimineel” op de persoon. Die persoon voelt zich dan anders behandeld, en uit boosheid gaat hij zich ook crimineel gedragen. Deze theorie geldt vooral voor recidivisten.
Etikettentheorie

Slide 34 - Tekstslide

Yusuf heeft een leuke vriendin en hij heeft fijne vrienden in de klas. Yusuf wil het graag goed doen op school zodat hij een baan kan vinden en kan samenwonen. Criminele dingen doen komt niet in zijn hoofd op.

Welke theorie over criminaliteit past hierbij?
A
Rationele-keuze theorie
B
Bindingstheorie
C
Anomietheorie
D
Neutraliseringstheorie

Slide 35 - Quizvraag

Willem heeft in de gevangenis gezeten. Als hij terugkomt, merkt hij dat zijn buren hem niet vertrouwen. Zijn vrienden en familie willen hem niet meer zien. Hij heeft wel nog vrienden uit de gevangenis. Zij halen hem over tot een gewapende overval.

Welke theorie over criminaliteit past hierbij?
A
Bindingstheorie
B
Etikettentheorie
C
Rationele-keuze theorie
D
Aangeleerd gedragstheorie

Slide 36 - Quizvraag