In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Allerlei maten
Meten en meetkunde
30 maart 2023
STL-LS
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel minuten duurt 4 1/2 uur + 10 minuten? Vul alleen een getal in.
Slide 2 - Open vraag
In India is het 4 1/2 uur later dan bij ons. Hoe laat is het daar over 7 minuten als het hier nu 15:46 uur is?
A
19:16 uur
B
20:16 uur
C
19:23 uur
D
20:23 uur
Slide 3 - Quizvraag
Hoeveel seconden duurde het jaar 2020 langer dan het jaar 2019? (Noem alleen het getal, vul geen punten of spatie in)
Slide 4 - Open vraag
57 cm + 10 dm =
A
15,7 dm
B
57,1 cm
C
571 cm
D
10,57 dm
Slide 5 - Quizvraag
Een zak drop van 1 kg wordt verdeeld over 20 kleine zakjes. Welk gewicht aan drop zit er in 1 zakje?
A
500 g
B
50 g
C
0,05 kg
D
een pond
Slide 6 - Quizvraag
Johan moet € 52,43 betalen en betaalt contant. Hoeveel eurocent krijgt hij terug?
Slide 7 - Open vraag
A
€1175
B
€1048
C
€1128
D
€1148
Slide 8 - Quizvraag
Een kubieke decimeter is gelijk aan?
A
0,25 liter
B
0,5 liter
C
1,0 liter
D
1,5 liter
Slide 9 - Quizvraag
De inhoud van een blikje cola zou kunnen zijn...
A
3 liter
B
0,3 liter
C
3 centiliter
D
0,30 centiliter
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de inhoud van deze balk?
A
32 m³
B
24 m³
C
16 m³
D
18 m³
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de totale oppervlakte van deze balk?
A
26 m²
B
32 m²
C
52 m²
D
40 m²
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de inhoud van dit aquarium?
A
80.000 mm³
B
8 liter
C
8.000 cm³
D
80 liter
Slide 13 - Quizvraag
Met een volle emmer muurverf kan 24 m² muur geverfd worden. Emmer A is nog voor de helft gevuld met muurverf. In emmer B is nog een kwart over.
Hoeveel m² muur kan nu nog geverfd worden ?
Slide 14 - Open vraag
Bij het boogschieten moet de roos op een afstand van 90 meter geraakt worden. De pijl doet er 2 sec. over. Wat is de gemiddelde snelheid van de pijl in m/s?
Slide 15 - Open vraag
Bij het boogschieten moet de roos op een afstand van 90 meter geraakt worden. De pijl doet er 2 sec. over. Wat is de gemiddelde snelheid van de pijl in km/u?
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Jens is op de plattegrond van zijn nieuwe huis aan het kijken naar zijn slaapkamer. Hij ziet dat zijn bed al is ingetekend. Hij meet deze en ziet de lengte van 5 cm heeft. De schaal van de kaart zegt 1:40
Hoeveel meter is het bed van Jens in werkelijkheid?