In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
start/lezen/ bvdw/quiz
Goedemorgen!
* Boek van de week
* 10 minuten lezen
* Sprookjesquiz
* Kijken en luisteren - Sprookjes
* Sprookjes van nu
Klaarleggen:
leesboek
laptop
Slide 2 - Tekstslide
start/lezen/ bvdw/quiz
Boek van de week
De meisjes - Annet Schaap
Genre: sprookjes
7 verschillende sprookjes
herschreven
Slide 3 - Tekstslide
start/lezen/ bvdw/quiz
10 minuten lezen.
In stilte, zonder een ander te storen.
timer
10:00
Slide 4 - Tekstslide
Test je sprookjeskennis!
Slide 5 - Tekstslide
Met welke zin begint een sprookje vaak?
A
Er was eens...
B
Honderd jaar geleden...
C
In het begin...
Slide 6 - Quizvraag
Wie zou de wolf graag opeten?
A
Hans en Grietje
B
De 3 biggetjes
C
Het lelijke eendje
Slide 7 - Quizvraag
Wie werd er opgesloten in het peperkoekenhuisje?
A
Roodkapje
B
Sneeuwwitje
C
Hans en Grietje
Slide 8 - Quizvraag
De wolf kon één geitje niet vinden. Waar zat dat geitje?
A
In de klok
B
Onder de tafel
C
Onder het bed
Slide 9 - Quizvraag
Hoe heten de laarzen van de reus van klein duimpje?
A
Zevenkilometerslaarzen
B
Zevenmijlslaarzen
C
Reuzenlaarzen
Slide 10 - Quizvraag
Wat kreeg Sneeuwwitje van de heks?
A
Een lekkere appel
B
Een vergiftigde appel
C
Een halve appel
Slide 11 - Quizvraag
In welk sprookje komt geen wolf voor?
A
Roodkapje
B
De gelaarsde kat
C
De 3 biggetjes
Slide 12 - Quizvraag
Hoe heet het mannetje dat goud kan spinnen?
A
Goudhaantje
B
Goudhaartje
C
Repelsteeltje
D
Windekind
Slide 13 - Quizvraag
Hoe eindigt een sprookje meestal?
A
En ze waren heel blij ...
B
En ze leefden nog lang en gelukkig...
C
En hier eindigt het ...
D
Toen kwam een olifant met een lange snuit...
Slide 14 - Quizvraag
Een keizer die dacht dat hij prachtige kleren aan had.
A
De nieuwe kleren van de keizer
B
De gelaarsde kat
C
De keizer en de nachtegaal
Slide 15 - Quizvraag
Een meisje dat de hele dag moest poetsen.
A
Doornroosje
B
Sneeuwwitje
C
Assepoester
Slide 16 - Quizvraag
Een meisje dat haar gouden bal verliest.
A
Hans en Grietje
B
De kikkerkoning
C
Het gouden meisje
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Video
Wat zijn de kenmerken van sprookjes (meerdere antwoorden)?
A
Beginnen met: Er was eens...
B
Magie en een wonderlijke wereld
C
Hoofdpersoon beleeft een avontuur
D
Het loopt bijna altijd goed af (Ze leefden nog lang en gelukkig)
Slide 19 - Quizvraag
Vaak is de hoofdpersoon een jong iemand of een kind dat eropuit gaat om een probleem op te lossen
A
waar
B
niet waar
Slide 20 - Quizvraag
De kracht van sprookjes is: Zelfs al ben je klein, als je slim en dapper bent, kun je het slechte overwinnen en een goed leven krijgen voor jezelf.
A
waar
B
niet waar
Slide 21 - Quizvraag
Hoe zijn sprookjes ontstaan? (meerdere antwoorden)
A
Het zijn hele oude volksverhalen
B
Verhalen die al heel vroeger opgeschreven werden in boeken
C
Verhalen die werden doorverteld bij het (haard-)vuur
D
Ze komen uit geschiedenisboeken
Slide 22 - Quizvraag
Welke broers hebben het eerste sprookjesboek geschreven?
Slide 23 - Open vraag
In sprookjes leren we dat het goede overwint en dat het slecht afloopt met het kwaad.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 24 - Quizvraag
De hoofdpersoon strijdt vaak tegen enge monsters zoals weerwolven en heksen. In de Middeleeuwen geloofden ze in het bestaan van deze monsters. Hoe komt dat?
Slide 25 - Open vraag
Sprookjes hebben vaak een les in zich, een moraal. Het moraal van het verhaal geeft aan hoe verwacht wordt dat men zich hoort te gedragen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 26 - Quizvraag
Sprookjes waren vroeger veel gruwelijker, omdat...?
A
Kinderen vroeger veel minder bang waren
B
Ze bedoeld waren voor volwassenen
C
Mensen vroeger veel gemener waren
D
Ze wilden waarschuwen voor slecht gedrag
Slide 27 - Quizvraag
Voorbeelden van moderne sprookjes zijn:
A
GVR
B
Sneeuwwitje
C
Dagboek van een muts
D
Raveleijn
Slide 28 - Quizvraag
Kenmerken sprookjes
Magie en fantasie
Goed einde
De precieze plaats en tijd is onbekend
Er zit altijd een les of boodschap verstopt in een sprookje
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Video
Sprookjes zijn alleen voor kleine kinderen.
eens
oneens
Slide 33 - Poll
Disneyfilms zijn geen sprookjes.
eens
oneens
Slide 34 - Poll
Geen enkel sprookje kan waargebeurd zijn.
eens
oneens
Slide 35 - Poll
De volgende les gaan we verder met het onderwerp sprookjes.