Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
GMK P2.1 - Oog
1 / 40
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Geneesmiddelkennis
MBO
Studiejaar 4
In deze les zitten
40 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Waar worden kunsttranen NIET bij gebruikt?
A
Droge ogen
B
Tranende ogen
C
Geïrriteerde ogen
D
Glaucoom
Slide 6 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van een kunsttraan?
A
Allergo-comod
B
Chlooramfenicol
C
Hylan
D
Livocab
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Welk middel zou iemand met allergische oogklachten kunnen gebruiken?
A
Duratears
B
Fucithalmic
C
Opatanol
D
Vidisic
Slide 11 - Quizvraag
Hoe snel werkt worden de klachten van jeuk minder met een antihistaminicum in het oog?
A
Meteen
B
Na 10-15 minuten
C
Na 1 uur
D
Na 1 dag
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Antibiotica
Ontstekingremmer
Antiviraal
Slide 15 - Sleepvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Wat is geen kenmerk van glaucoom?
A
Leidt tot tunnelvisie/blindheid
B
Beschadiging netvlies
C
Vooral bij ouder dan 45 jaar
D
Vaak icm verhoogde oogboldruk
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Op welke manier werken medicijnen bij glaucoom?
A
Verminderen aanmaak oogkamervocht
B
Verbeteren afvoer oogkamervocht
C
Beschermen van de oogzenuw
D
Verbeteren van bloedtoevoer naar oog
Slide 24 - Quizvraag
Welke medicijngroep verbetert de afvoer van oogkamervocht?
A
allemaal
B
betablokkers
C
koolzuuranhydraseremmers
D
prostaglandine-analogen
Slide 25 - Quizvraag
Welk medicijn moet 's avonds worden toegediend?
A
Brimonidine
B
Brinzolamide
C
TImolol
D
Travoprost
Slide 26 - Quizvraag
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Welk middel zorgt het voor het verwijden van de pupil? (mydriaticum)
A
Atropine
B
Brinzolamide
C
Carbomeer
D
Pilocarpine
Slide 29 - Quizvraag
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
www.apotheek.nl
Slide 33 - Link
Hoe lang moet je de traanbuis dichtdrukken na het druppelen?
A
2 sec
B
10 sec
C
30 sec
D
1 minuut
Slide 34 - Quizvraag
Na hoeveel minuten mag je de volgende oogdruppel toedienen?
A
Mag meteen
B
na 2 minuten
C
5 minuten
D
1 uur
Slide 35 - Quizvraag
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Iemand krijgt chlooramfenicol oogdruppels ivm een ooginfectie. Wanneer mogen de lenzen weer in?
A
Lenzen mogen inblijven
B
Na 15 minuten
C
Na 8 uur
D
Advies geen lenzen
Slide 39 - Quizvraag
Wat is geen kenmerk van minims?
A
Kleine verpakkingen
B
Conserveermiddelvrij
C
Alleen voor kunsttranen
D
Kan chronisch gebruikt
Slide 40 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
GMK GZ4 - Oog
Maart 2023
- Les met
15 slides
Geneesmiddelkennis
MBO
Studiejaar 1
P1.3 GZ basisjaar GMK
April 2023
- Les met
30 slides
Verzorging
MBO
Studiejaar 1
Oogaandoeningen
November 2024
- Les met
40 slides
Farmacotherapie
MBO
Studiejaar 3
220218 Oog gnm
Februari 2022
- Les met
48 slides
BSP
MBO
Studiejaar 2
oogaandoeningen
Februari 2021
- Les met
38 slides
Wiskunde
MBO
Studiejaar 1
Oogaandoeningen
December 2021
- Les met
42 slides
Apothekersassistente
MBO
Studiejaar 2
Geneesmiddelen bij oogaandoeningen
Februari 2023
- Les met
46 slides
FP
MBO
Studiejaar 2
KNO OOG
Maart 2024
- Les met
30 slides
LessonUp
MBO
Studiejaar 1