Vakverbindend lesgeven/leren




Vakverbindend lesgeven en leren
Cross-curricular teaching and learning

English 
Philosophy 
Ethics
 

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NCZEngels+1Secundair onderwijs

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les




Vakverbindend lesgeven en leren
Cross-curricular teaching and learning

English 
Philosophy 
Ethics
 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen | Learning objectives
De leerlingen begrijpen waarom vakverbindend les in Engels en filosofie belangrijk is.

minimumdoel 03.01
De leerlingen bepalen het onderwerp, de hoofdgedachte en de hoofdpunten bij het doelgericht lezen en beluisteren van teksten: tekststructuur met een zekere mate van complexiteit; vrij grote en herkenbare samenhang; hoofdzakelijk frequente en minder frequente woorden, woordcombinaties en vaste uitdrukkingen uit een brede waaier aan relevante thema’s binnen het persoonlijke, publieke en educatieve domein; vrij concrete tot vrij algemene of abstracte inhoud; vrij hoge informatiedichtheid; zinsbouw met een zekere mate van complexiteit;
minimumdoel 03.02
 De leerlingen selecteren relevante informatie bij het lezen en beluisteren van teksten.
 minimumdoel 03.04
 De leerlingen nemen doelgericht deel aan mondelinge en schriftelijke interactie.
 minimumdoel 03.09
 De leerlingen verwoorden de eigen beleving en interpretatie van literaire teksten in de doeltaal: eigen beleving en interpretatie zoals waarom sommige aspecten van de tekst aanspreken, waarom men zich identificeert met een bepaald personage, in welke zin men gelijkaardige ervaringen zelf al heeft meegemaakt, waarom de tekst een bepaalde emotionele reactie teweegbrengt, waarom de uitdrukkingsvorm of stijl aanspreekt.
minimumdoel 05.01
De leerlingen gaan respectvol en constructief met anderen in interactie rekening houdend met elkaars grenzen: - samenwerken en actief bijdragen aan de uitwerking van een gezamenlijk resultaat;  

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel en leg uit wat de studenten aan het einde van de les zullen kunnen begrijpen.

minimumdoel 07.04
De leerlingen gaan geïnformeerd, beargumenteerd en constructief in dialoog over maatschappelijke thema’s: Geïnformeerd, beargumenteerd en constructief in dialoog gaan zoals door het toepassen van strategieën als actief luisteren, creatief denken, zich inleven, respectvol en duidelijk uitkomen voor zijn mening, een eigen mening onderbouwen, drogredenen herkennen en onderscheiden.  
minimumdoel 08.04
De leerlingen vergelijken kenmerken van bestudeerde samenlevingen in eenzelfde periode en tussen periodes: - Culturele kenmerken zoals tradities en gewoonten; mens- en wereldbeelden; kunst- en cultuuruitingen; culturele en artistieke stromingen; filosofie; levensbeschouwing en levensbeschouwelijke organisatie; secularisatie; moderniteit; multiculturele samenleving; etnocentrisme; diversiteit; fundamentalisme; wetenschappen en technologie; onderwijs; informatie- en communicatie(r)evolutie; propaganda; voedingspatronen; vrijetijdsbeleving;
minimumdoel 13.01
De leerlingen reflecteren cyclisch, vakspecifiek en vakoverschrijdend over het eigen leerproces en sturen het op basis daarvan doelgericht bij.
minimumdoel 16.01
De leerlingen reflecteren over eigen beleving bij uiteenlopende kunst- en cultuuruitingen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is vakverbindend lesgeven?
What is cross-curricular teaching?
Vakverbindend onderwijs is het samenvoegen van twee of meerdere vakken om zo tot een breder perspectief te komen en vormen van collaboratief lesgeven en leren te stimuleren.

Engels, Filosofie en/of Moraal zijn als vakken complementair omdat ze bijdragen aan het ontwikkelen van vaardigheden in communicatie, argumentatie en kritisch denken en de doelstellingen van global citizenship (education) schragen.

Een voorbeeldlesplan zou kunnen zijn om een wijsgerig-ethische discussie voor te bereiden en te laten plaatshebben over een gedicht uit het rijke verleden van de Engelstalige poëzie. De figuur van Lord Byron, die in het begin van de 19de eeuw in Europa de faam van een hedendaagse rock- of popster of Hollywoodacteur genoot, kan evengoed een   

Voorbeelden van overlappende areas of interest zijn het onderzoeken van ethische kwesties in of morele aspecten van Engelse literatuur of een studie van wat nu precies de specificiteiten van de Engelse taal in filosofische teksten zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat vakverbindend onderwijs is en wat de voordelen ervan zijn.
Philippe van Parijs (2011). Linguistic Justice for Europe and the World. Oxford: Oxford University Press.

Dominance Of The English Language In Contemporary Philosophy: A Look At Journals
By Justin Weinberg. April 6, 2017 at 8:50 am 20

“If you’re an academic aiming to reach a broad international audience, it is increasingly the case that you must publish in English. Philosophy is no exception.” So writes Eric Schwitzgebel (UC Riverside), in a post at The Splintered Mind.
As he notes, this gives native English speakers an obvious professional advantage of being able to reach a worldwide readership without having to write in or even learn a foreign language. What are some of the other issues that arise from the dominance of English in philosophy today?
One issue is control of the institutions of philosophy, such as journals.
In the post, Schwitzgebel looks at “the extent to which people who make their academic home in Anglophone countries control the English-language journals in which so much of our scholarly communication takes place.”
You can read about his methodology here. He looked at the editorial boards of a number of top philosophy journals—564 editorial board members in all. His findings were that “of these, 540 (96%) had their primary academic affiliation with an institution in an Anglophone country. Only 4% of editorial board members had their primary academic affiliation in a non-Anglophone country.”
Here is the breakdown:
The following Anglophone countries were represented:
USA: 377 philosophers (67% of total)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

UK: 119 (21%)
Australia: 26 (5%)
Canada: 13 (2%)
New Zealand: 5 (1%)
The following non-Anglophone countries were represented:
Germany: 6 (1%)
Sweden: 5 (1%)
Netherlands: 3 (1%)
China (incl. Hong Kong): 2 (<1%)
France: 2 (<1%)
Belgium: 1 (<1%)
Denmark: 1 (<1%)
Finland: 1 (<1%)
Israel: 1 (<1%)
Singapore: 1 (<1%) [N.B.: English is one of four official languages]
Spain: 1 (<1%)
What, if anything, should be done about this? Schwitzgebel writes:
It seems to me that if English is to continue in its role as the de facto lingua franca of philosophy (ironic foreign-language use intended!), then the editorial boards of the most influential journals ought to reflect substantially more international participation than this.
Your thoughts, readers?














Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Moore A., Gibbons D., Higgins J. (1986-2005). Watchmen. New York: DC Comics.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

book versus movie


Van Ness, Sarah J. (2010) Watchmen as Literature: A Critical Study of the Graphic Novel by Alan Moore. Jefferson | London: McFarland & Company

White, Mark (ed.) (2009). Watchmen and Philosophy. A Rorschach Test. Hoboken: Wiley. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kunnen we succes meten?
How can we measure success?
Succes kan worden gemeten door middel van feedback van studenten en prestatie-indicatoren.
Feedback van studenten kan worden verzameld door middel van enquêtes en klassikale discussies.Prestatie-indicatoren kunnen worden gemeten aan de hand van beoordelingen en toetsresultaten.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit hoe succes kan worden gemeten en waarom het belangrijk is om dit te doen.

Determine philosophical food for thought in Alan Moore's Watchmen.

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Isolate three things you have learned from this instance of cross-curricular teaching.
Isolate three things you have learned from this instance of cross-curricular teaching.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Write down two things about which you would like to know more.
Write down two things about which you would like to know more.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Formulate one question about something you did not grasp as well as you would have liked.
Formulate one question about something you did not grasp as well as you would have liked.

Slide 15 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.