Bewegen en samenleving les 2

Bewegen en samenleving
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSMMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bewegen en samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Kan je stellen dat de Grieken en de Romeinen de zelfde doelen hadden bij sportbeoefening?
A
ja
B
nee

Slide 2 - Quizvraag

Grieken

Militaire opleiding met onderlinge strijd om te winnen

religieus karakter; behaalde roem gold niet alleen voor aardse bestaan, maar telt mee na de dood. "'Heros"

Romeinen

dagelijkse arbeid. alleen getraind in een stevige militaire training
Massa vroeg om vermaak en sensatie. kreeg dat met veel geweld, gladiatoren (Spartacus)

Slide 3 - Tekstslide

Middeleeuwen

Christendom -> Monniken gingen (elite) onderwijs verzorgen, geen plek voor lichamelijk opvoeding.

Beweging door arbeid.
Sport was voor de mensen van adel
Verlichting

ideeën over pedagogiek, meer aandacht voor sport op school

verschillende ideeën en verschillende inzichten over rol/plaats van Lichamelijk opvoeding

Slide 4 - Tekstslide

Nieuwe Olympische Spelen

Pierre de  Coubertin,
initiatief nemer nieuwe spelen
kwam voor uit inactiviteit van de Fransen
Huiswerk nakijken

5min

Slide 5 - Tekstslide

De nieuwe tijd
In Engeland ligt de basis van de huidige teamsport.

Eerst cricket en roeien, daarna atletiek, hockey en voetbal
scholen zagen de pedagogische waarde van sport

Slide 6 - Tekstslide

Hoe hebben de sportbonden kunnen bij dagen aan de ontwikkelingen in de sport

Slide 7 - Woordweb

De wereld oorlogen hebben ook bijgedragen sport

Slide 8 - Woordweb

Versporting

de sport wordt sneller en beter door:
hoger professionalisering
aandacht sporttechnologie
medialisering
commercialisering
Ontsporten

er wordt afstand genomen van objectieve prestatie. Meer verscheidenheid aan beweegvormen en vermenging met andere vormen van vermaak

Slide 9 - Tekstslide

Verschijningsvormen
  1. recreatieve sporter
  2. wedstrijdsporter
  3. topsporter 

Slide 10 - Tekstslide

Wat voor een sporter ben jij?
A
recreatieve sporter
B
wedstrijdsporter
C
topsporter
D
ik sport niet

Slide 11 - Quizvraag

wat is jou deelname aan sport
A
actieve deelname
B
passieve deelname

Slide 12 - Quizvraag

Organisatie?
A
georganiseerde sport
B
ongeorganiseerde sport

Slide 13 - Quizvraag

Type sporter
A
recreatief
B
competitief

Slide 14 - Quizvraag

Huiswerk
Maak de vragen die in ELO staan. Maandag is af vraag 8 tot en met 13 af.

Slide 15 - Tekstslide