H5 Lezen/betrouwbaarheid van teksten

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag

  • aanwezigheid
  • korte instructie
  • evaluatie
  • oefentoets: onderdeel lezen

Slide 2 - Tekstslide

Doel

Je leert: over betrouwbaarheid van teksten

Slide 3 - Tekstslide

H5: Lezen

Weet wat je leest

Slide 4 - Tekstslide

Via kranten, tijdschriften en vooral internet kun je snel en makkelijk informatie vinden. Het is belangrijk om te weten of alles wat je leest ook echt waar is.

Als je een tekst leest, kijk dan eerst waar de tekst vandaan komt (de bron). Dat kan een krant, tijdschrift of een website zijn. Een tekst op een serieuze nieuwssite is vaak betrouwbaarder dan een tekst op bijvoorbeeld Facebook.

Let ook op het doel van de tekst. Een schrijver die iets wil verkopen, kun je niet altijd geloven. Hij zal dan alleen de goede dingen vertellen en niet de minder goede.
Theorie
BK en KT

Slide 5 - Tekstslide

Theorie TL
Informatie in teksten is niet altijd betrouwbaar. Daarom moet je een tekst kritisch lezen. Kritisch lezen betekent: letten op de deskundigheid van de schrijver, het doel van de tekst en de bron (waar je de informatie vond: krant, website of boek).

– Let op de deskundigheid van de schrijver. Een schrijver is deskundig als hij zich uitgebreid in het onderwerp heeft verdiept of veel ervaring heeft met het onderwerp. Hoe deskundiger de schrijver, hoe betrouwbaarder de tekst.
– Let op het doel van de tekst. Wat wil de schrijver van de tekst bereiken. Wil hij alleen feitelijke, dus onpartijdige, informatie geven of wil hij de lezer overtuigen of activeren? Een objectieve tekst is vaak betrouwbaar, maar dan moet die tekst wel volledig zijn en geen belangrijke feiten weglaten.
– Let op de bron. Kijk naar de datum waarop de tekst is gepubliceerd en uit welke bron de tekst komt. Als de tekst lang geleden verschenen is, kan het zijn dat de informatie in de tekst niet meer klopt.

Als je een tekst kritisch leest, denk je goed na over wat je leest en bedenk je wat je eigen mening over het onderwerp is.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide


Is deze tekst betrouwbaar?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag


Waarom is deze tekst niet betrouwbaar, denk je?

Slide 9 - Open vraag


Welke bron is betrouwbaarder?
A
B
Algemeen Dagblad

Slide 10 - Quizvraag


Welk tekstdoel is (vaak) betrouwbaarder?
A
Informeren
B
Overtuigen

Slide 11 - Quizvraag

Bron

Doel
Waar komt de tekst vandaan?


Iemand die de ander wil overtuigen om iets te kopen, vertelt natuurlijk liever de goede dingen dan de minder goede dingen over een product.
Dan is dat dus niet (helemaal) betrouwbaar. 



Iemand die mensen wil informeren met een tekst zal de juiste informatie willen delen.
Een informatieve tekst is dus wel vaak betrouwbaar. 
Met welk doel is de tekst geschreven? 

Een tekst in een krant is vaak betrouwbaarder dan een tekst op Facebook. 

De bron van een tekst staat bijna altijd onderaan de tekst.  

Voorbeelden van bronnen zijn: 
  • Kranten
  • Tijdschriften
  • Boeken
  • Websites (social media)

Slide 12 - Tekstslide



Wat is de bron 
van deze tekst? 

Slide 13 - Tekstslide


Op welke twee dingen moet je letten om te bepalen of een tekst betrouwbaar is?

Slide 14 - Open vraag

Vrijdag toets H5 lezen
Nu maken online:
Oefentoets alleen onderdeel lezen.

Slide 15 - Tekstslide