Samengestelde zinnen

Doel van de les

Aan het einde van de les weet je wat een samengestelde zin is en kun je een samengestelde zin maken.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Doel van de les

Aan het einde van de les weet je wat een samengestelde zin is en kun je een samengestelde zin maken.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat is een samengestelde zin?
A
een zin met 1 onderwerp
B
een zin met 1 persoonsvorm
C
een zin met 2 of meer persoonsvormen
D
een zin zonder onderwerp

Slide 3 - Quizvraag

Samengestelde zin
Samengestelde zin = een zin met meerdere persoonsvormen

Hoe vind je de persoonsvorm?

Voorbeelzin = Vorige week hadden we geen les, omdat we op werkweek waren.

Slide 4 - Tekstslide

Noem de persoonsvorm(en) in de volgende zin: Mijn moeder kijkt graag tv en ik luister graag naar muziek.

Slide 5 - Open vraag

Noem de persoonsvorm(en) in de volgende zin: Afgelopen weekend was een mooi weekend, want Max Verstappen won de Grand Prix van Zandvoort.

Slide 6 - Open vraag

Wat is een voegwoord?
A
verbindt zinnen of woorden met elkaar.
B
verbindt een werkwoord aan een ander werkwoord.
C
zijn twee woorden die aan elkaar verbonden zijn.

Slide 7 - Quizvraag

Een voegwoord verbindt twee zinnen of woorden met elkaar.

Slide 8 - Tekstslide

Welke voegwoorden ken je?

Slide 9 - Woordweb

Wat zijn voegwoorden?
A
tulp, school, hond
B
hij, het, wij
C
de, het, een
D
en, omdat, want

Slide 10 - Quizvraag

Wat is geen voegwoord:
A
terwijl
B
omdat
C
toen
D
fiets

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het voegwoord(en) in de volgende zin: Ik snap wat een samengestelde zin is, omdat ik goed heb opgelet tijdens de les.

Slide 12 - Open vraag

Wat is persoonsvorm(en) in de volgende zin: Ik snap wat een samengestelde zin is, omdat ik goed heb opgelet tijdens de les.

Slide 13 - Open vraag