Herhaling Beeldspraak & Stijlfiguren

Literatuur
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Literatuur

Slide 1 - Tekstslide

Lezen: 10 minuten in stilte

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling: beeldspraak en stijlfiguren

Slide 3 - Tekstslide

Stijlfiguren
- Formuleringen die gebruikt worden om een effect te bereiken

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeelden
Paradox: tegenstellingen worden met elkaar vergeleken --> Weggaan kan je beschrijven als een soort blijven
Pleonasme: Vanzelfsprekende eigenschap wordt herhaald (witte sneeuw) 
 

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden 2
- Tautologie: Eenzelfde begrip wordt met een synoniem herhaald --> blij en verheugd, eeuwig en altijd
- Hyperbool: Sterke overdrijving --> Ik sta al 3 uur op je te wachten!! (in werkelijkheid 5 minuten)

Slide 6 - Tekstslide

"Het leven is als de dood"
Dit is een voorbeeld van:
A
Tautologie
B
Pleonasme
C
Hyperbool
D
Paradox

Slide 7 - Quizvraag

"Altijd geld, altijd regen, altijd dit lege hart"
Dit is een voorbeeld van:
A
Opsomming
B
Herhaling
C
Tautologie
D
Pleonasme

Slide 8 - Quizvraag

"Hij werd met veel pracht en praal begraven"
Dit is een voorbeeld van:
A
Pleonasme
B
Opsomming
C
Tautologie
D
Hyperbool

Slide 9 - Quizvraag

"Staan de gele zonnebloemen er nog?"
Dit is een voorbeeld van:
A
Retorische vraag
B
Tautologie
C
Pleonasme
D
Herhaling

Slide 10 - Quizvraag

Beeldspraak
- Vorm van figuurlijk taalgebruik
- Een object uit de werkelijkheid wordt vergeleken met een beeld 

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden: 
- Vergelijking met als: Die uitsmijter staat als een kast voor die club. 
- Vergelijking zonder als: De uitsmijter, echt een kast, staat voor de club te wachten.
- Metafoor: De kast staat ook weer voor de club te wachten.

Slide 12 - Tekstslide

"Wat een zwijnenstal is het hier zeg"
Dit is een voorbeeld van:
A
Metafoor
B
Vergelijking zonder als
C
Vergelijking met als
D
Metonymia

Slide 13 - Quizvraag

"De meester rent als een kip zonder kop door de gangen"
Dit is een voorbeeld van:
A
Vergelijking met als
B
Vergelijking zonder als
C
Personificatie
D
Metafoor

Slide 14 - Quizvraag

"De school heeft beslist dat de leerling geschorst wordt"
Dit is een voorbeeld van:
A
Metafoor
B
Metonymia
C
Vergelijking zonder als
D
Personificatie

Slide 15 - Quizvraag

Stijlbreuk en ironie

Slide 16 - Tekstslide

Stijlbreuk
Wanneer er opeens wordt afgeweken van de stijl, noemen we dat stijlbreuk. 
Bijv: Passage uit 'ik ook van jou' (tekst 2 boek) 

Slide 17 - Tekstslide

Ironie: 
- Er wordt iets anders gezegd dan wordt bedoeld
("Lekker wakker worden zeg")

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

'Kampvuurcompetitie'
- Les 3 wordt gecontroleerd
- Verder met les 4 

Slide 20 - Tekstslide