Herhaling vocabulaire Ch. 3 Havo 2

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Programme d'aujourd'hui 

• Quiz sur le vocabulaire et la grammaire
  
• Parler G (--> spreekopdracht)

Les objectifs

Aan het eind van deze les: 

• Heb je de grammatica over het aanw. vnw herhaald
  
• Heb je het vocabulaire van chapitre 3 herhaald
• Kun je een klasgenoot beschrijven in het Frans

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ viande (v)

1. CE
2. CETTE
3. CET
4. CES

Le short de bain

1. de korte broek
2. de zwembroek
3. de broek

passen / proberen

1. nemen
2. essayer
3. dépenser
4. noemen

Vertaal: Laten we gaan!

Comment tu trouves .... pull?

1. ce
2. cet
3. cette
4. ces

Hij is lelijk

1. Il est moche
2. Il est gros

binnenkort

1. biencourt
2. vraiment
3. bientôt
4. boncourt

Vertaal: de hoed

les ados

1. de tieners
2. de mensen
3. verslaafd

Voor (plaats)

1. devant
2. avant
3. derrière
4. après

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ monsieur

1. cet
2. cette
3. ces
4. ce

de winter

1. l'été
2. l'automne
3. le printemps
4. l'hiver

uitgeven

1. acheter
2. dépenser
3. faire des économies
4. prendre

Tu aimes .... pantalon?

1. ce
2. cet
3. cette
4. ces

la blague

1. het ding
2. het spel
3. de rok
4. de grap

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ devoirs (m)

1. CE
2. CETTE
3. CET
4. CES

Vertaal: de spijkerbroek

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ chats (m)

1. CE
2. CETTE
3. CET
4. CES

Vertaal: dragen

Wat betekent la BD?

1. de blauwe deur
2. de gozer
3. het stripboek
4. de appel

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ chien (m)

1. CE
2. CETTE
3. CET
4. CES

Vertaal: een beetje

niets

1. tout
2. rien
3. trop
4. mieux

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ homme

1. ce
2. cette
3. ces
4. cet

Welk aanwijzend voornaamwoord komt in deze zin:
" tu vois ....... garçons?"

1. ce
2. cet
3. cette
4. ces

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ pied (m)

1. CE
2. CETTE
3. CET
4. CES

Les vêtements

Les devoirs:

Ik koppel iedereen aan een klasgenoot. De volgende les ga je deze klasgenoot beschrijven in 5 zinnen. Vertel daarbij iets over zijn/ haar uiterlijk, kledingstijl en hobby's.

Klas 2A

Dominique - Anoeska

Claudia - Kjell

Sjors - Jason

Tieme - Sem

Klas 2B

Nina - Christel - Huub                       Thom - Storm

Rylan - Luca                                           Damian - Noa

Klas 2C

Sieb - Tanis

Yan - Dani