34. a. 50 + 30 = 80cm
b. Dan remt hij af tegen de
voorruit van de auto.
35. a. 12,5 m in 0,75 s = 16,7 m/s
(= 60 km/h)
b. Aflezen: 12,5 m
c. Aflezen: 20 m
36. a. 100 km/h = 27,8 m/s
2 x 27,8 = 55,6 m
b. De afstand verandert als je
snelheid verandert. De tijd blijft
wel gelijk.
37. De snelheid is 120 : 100 = 1,2 keer
lager.
De remweg is dus 1,2 x 1,2 = 1,44
keer korter.
Dat is 90 : 1,44 = 62,5 m.