1VE - Chapitre 1 - Leçon 3

Programme d'aujourd'hui
  • Correction des exercices 9,10,11 et 12
  • Parler
  • La grammaire + 16,17,18 et 19 pages 32 à 35
  • Apprendre A + B
  • Activité 
Aujourd'hui, c'est ... ? 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programme d'aujourd'hui
  • Correction des exercices 9,10,11 et 12
  • Parler
  • La grammaire + 16,17,18 et 19 pages 32 à 35
  • Apprendre A + B
  • Activité 
Aujourd'hui, c'est ... ? 

Slide 1 - Tekstslide

Exercice 10a
1 A
2 B
Exercice 10b
1 Raphaël, Lilou
2 Raphaël, Lilou, Tom
3 Raphaël, Tom
4 Raphaël, Tom
5 MCSA Lilou
6 Raphaël, Tom

Exercice 11a
1 vakantie
2 er is/ er zijn
3 het zwembad
4 met
5 ik eet/ eet ik
6 de familie/ het gezin
Exercice 11b
le garçon la fille
l’hôtel le camping
petit grand
le frère la sœur
papa maman


Exercice 12a
1 ça va?/comment ça va?/ ça va/comment ça va
2 je suis
3 c’est
4 j’aime/j’adore
5 dans
6 aussi/également
Exercice 12b
1 Salut, ça va?
2 Ça va bien. Et toi?
3 C’est quoi?
4 C’est un village de vacances.

Slide 2 - Tekstslide

élève A 
élève B
Begroet jouw klasgenoot
Geef een antwoord
Vraag hoe het gaat
Geef een antwoord en vraag terug hoe het met hem / haar gaat.
Vraag hoe hij heet
Geef een antwoord en vraag terug hoe hij heet
Vraag waar hij / zij woont
Geef een antwoord en vraag terug waar hij / zij woont
Vraag wat Oldenzaal / Deurningen /  ... is. 
Vertel dat het een stad / dorpje is

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Une table =
A
La table
B
Le table
C
Les tables

Slide 17 - Quizvraag

J'achète un poster
A
J'achète le poster
B
J'achète la poster
C
J'achète les poster
D
J'achète l'poster

Slide 18 - Quizvraag

Oh c'est un hôtel français. C'est ... hôtel Ibis.
A
le
B
la
C
les
D
l'

Slide 19 - Quizvraag

Les devoirs pour vendredi
  • Apprends le vocabulaire A + B + la grammaire
  • Finis les exercices 16,17,18 et 19

Slide 20 - Tekstslide