Snijwonden, acute/actieve bloeding

Snijwonden en acute en actieve bloeding
M.Meurs
Juni 2021 Z1909
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 4 min

Onderdelen in deze les

Snijwonden en acute en actieve bloeding
M.Meurs
Juni 2021 Z1909

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
  • Verschillende wonden bespreken
  • Verschillende verbanden zien
  • Oefenen met verbanden aanleggen 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen van de les
1. Na de les kun je onderscheid maken tussen de verschillende wonden.
2. Na deze les weet je hoe je de verschillende wonden moet verbinden.
3. Aan het einde van de les kun je de verschillende verbanden aanleggen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je van wonden?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

112 bel je bij
A
veel bloedverlies
B
vuile wonden
C
wonden die blijven bloeden
D
grote blaren

Slide 5 - Quizvraag

En bij uitpuilende organen
Diepe steek/kogel/wond in het hoofd, hals, borst en/of buik.
WOnden bij botbreuken/ontwrichtingen
Ernstige brandwonden
Let op!
  • Verwijder geen voorwerpen die diep in de wond steken. 
  • Duw uitpuilende organen niet terug
  • Dek organen losjes af met een nat niet-klevend verband/natte schone doek. 
  • Bewaar afgescheurde lichaamsdelen in een schone, droge zak. Doe deze in een zak met smeltend ijs/water en ijs. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kleine wonden
1. Spoel kleine wonden altijd schoon onder zachtstromend water/chloorhexidine.
2. Dek steriel af.
3. Blaren heel laten.
4. Splinters eruit spoelen/verwijderen met pincet.
 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tetanus kan vaak voorkomen bij? (meer antwoorden mogelijk)
A
Schaafwond
B
Actieve bloeding
C
Ernstig vervuilde wond
D
Bijtwonden

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verbanden gebruik je voor:
1. Afdekken van wonden ter bescherming tegen besmetting.
2. Beperken van bloedverlies door wonden stevig te zwachtelen.
3. Geven van steun bij kneuzing/verstuiking.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Steriel kompres
1. Hou het kompres steriel
2. Plak vast/zwachtel met een elastische zwachtel/ de vinger met een vinger-bob.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actieve bloeding

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is kenmerkend voor een actieve bloeding?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat te doen bij hevig bloedverlies?
1. Maak de wond vrij, verwijder kleding. Als dit niet lukt, geef druk waar je denkt dat de wond zit.
2. Leg een steriel verband/kompres op de wond.
3. Geef druk, met je hand rechtstreeks op de wond. Druk net zolang tot: het bloeden stopt, je een wonddrukverband aan kan leggen/professionele hulp het overneemt.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe leg je een wonddrukverband aan?
A
Steriel kompres, synthetische watten, strak zwachtelen
B
Synthetische watten, zwachtel strak zwachtelen
C
Steriel kompres, zwachtel strak zwachtelen
D
Steriel kompres, gewoon zwachtelen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

1. In de rol kijken.
2. Zwachtel richting het hart.
3. Zwachtel overlappend over vorige toer.
4. Het kompres/snelverband moet helemaal bedekt zijn.
5. Geef voldoende druk zodat er druk op de wond komt, gebruik evt. een extra rolletje voor meer druk.
6. Zet het einde vast met 2 strookjes pleister.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is shock?
A
Geschrokken toestand
B
Levensbedreigende toestand met lage bloeddruk
C
Levensbedreigend met hoge bloeddruk

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem mogelijke oorzaken van shock?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Let op bij shock!
  • Zorg bij tekenen van shock voor professionele hulp.
  • Jou taak is voorkomen dat shock verergert.
  • Zorg dat slachtoffer zich niet inspant.
  • Zorg dat het bloeden stopt. (inwendig alleen in het zkh)
  • Help slachtoffer te gaan liggen.
  • Bescherm tegen afkoelen
  • Warm niet actief op. 
  • Niets eten en drinken.  

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OEFENEN MAAR!!

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies