03-10 1gt 1.14, 1.15 & 1.16 schrijven

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 1

Hallo allemaal

- Berg je telefoon op in de tas en ga op je plaats zitten

- Leg je spullen van Nederlands op tafel

- Pak je leesboek en ga lezen

Hiervoor heb je 2 minuten

Lezen

HW 

Opdracht 42

1 In uiteenzettende teksten legt een schrijver de lezer iets uit en bij informerende teksten krijgt de lezer alleen nieuwe informatie en volgt er geen uitleg.

2 a Tekst 4, tekst 6 en tekst 9.

 b Tekst 5.

3 Tekst 7 is een betogende tekst.

 Tekst 8 is een uiteenzettende tekst.

4 Tekst 4 = nieuwsbericht

 Tekst 5 = advertentie

Opdracht 43

1-2 Tekst 4: breed publiek. 

 Tekst 5: kleiner (gespecialiseerd) publiek. 

 Tekst 6: voor een kleiner publiek. 

 Tekst 7: klein publiek.

 Tekst 8: kleiner, gespecialiseerd publiek. 

 Tekst 9: kleiner publiek.

Doelen

- Ik kan verklaren wat mijn schrijfdoel is

Ik kan vaststellen welke tekstsoort bij mijn schrijfdoel past

- Ik kan het taalgebruik voor mijn publiek bepalen

- Ik kan een tekst schrijven waarvan de inhoud bij het schrijfdoel past 

paragraaf 1.14 & 1.15 blz. 47

Wat voor teksten heb je op
de basisschool geschreven

tekstdoelen

Opdracht 48.2

10 minuten

(mag op Ipad)

publiek 

lezen infoblok blz. 49

samen opdracht 50 bekijken

Afspraken en regels schrijven

samen lezen infoblok blz. 51

Aan het werk 

opdr. 51, 52, 53 blz. 50

Let op opdracht 51 mail je naar 

[e-mail] 

HW

opdr. 51, 52, 53 blz. 50

Let op opdracht 51 mail je naar 

[e-mail]