B3 Assimilatie en dissimilatie

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

B3: Assimilatie en dissimilatie

Leerdoelen B3

• Je kunt uit de opname en afgifte van zuurstof en koolstofdioxide door een plant de intensiteit van de fotosynthese (koolstofassimilatie) afleiden
  
• Je kunt beschrijven hoe opslag van assimilatieproducten (orgnaische stoffen) in planten plaatsvindt

Begrippen: gaswisseling, chorofyl, absorptiespectrum, intensiteit van de fotosynthese, beperkende factor, assimilatieproducten

Fotosynthese en dissimilatie

Fotosynthese (=koolstofassimilatie) --> alleen in licht en in cellen met bladgroenkorrels

Dissimilatie --> altijd en in elke levende cel!

Gaswisseling

Bij planten gaswisseling door huidmondjes, overdag open, 's nachts dicht.

Door huidmondjes meeste water weg door verdamping; vooral bij warme, droge of winderige omstandigheden.

Teveel verloren: huidmondjes gaan dicht, daardoor ook minder fotosynthese (assimilatie)

biologiepagina.nl

biologiepagina.nl

Absorptie

• Verschillende pigmenten kunnen verschillende golflengten licht opnemen

Absorptie

• Mariene soorten hebben verschillende pigmenten afhankelijk van de diepte waar ze voorkomen. 
• Blauw licht bereikt het diepste deel, rood licht verdwijnt het eerst

Groei

Absorptiespectrum

In welke mate de belangrijkste pigmenten (fotosysteem I en II) de verschillende golflengtes van licht absorberen

Intensiteit-bepaling

In licht: zuurstofafgifte of koolstofdioxide-opname maat voor assimilatie

In donker: zuurstofopname of koolstofdioxide-afgifte maat voor dissimilatie

Beperkende factor bepalen: toename levert hogere intensiteit

Compensatiepunt bepalen: assimilatie=dissimilatie

Beperkende factor

• Intensiteit fotosynthese: snelheid waarmee glucose wordt gevormd en zuurstof vrijkomt

• Bepaald door factor die het minst gunstig  is: beperkende factor

Overdag: fotosynthese + dissimilatie

's Nachts: dissimilatie

P: dissimilatie bepalen

= constant gedurende dag en nacht, 

hier 200 ml zuurstof per uur opgenomen

Q: compensatiepunt: netto 0 zuurstof --> 200ml opgenomen + 200 geproduceerd

R: 250 ml zuurstof/u afgegeven: -200 ml + 450 ml

zuurstofafgifte = zuurstofproductie (fotosynthese) - zuurstofgebruik (dissimilatie)

Dissimilatie bij elke verlichtingssterkte hetzelfde, zolang je de temperatuur maar constant houdt. 

Compensatiepunt: dissimilatie = fotosynthese (bij een bepaalde lichtintensiteit)

 

Beperkende factor

De factor die de snelheid van het proces bepaalt. De beperkende factor staat dus altijd op de horizontale as en is slechts beperkend, zolang er in de metingen een toename (schuine deel van de grafiek) te zien is

Voorbeelden: 

- temperatuur

- licht

- lucht (gaswisseling)

- de hoeveelheid chlorofyl

Beperkende factor

Beperkende factor van fotosynthese

De factor die onvoldoende aanwezig is en daardoor een remmende werking heeft op de mate van fotosynthese

Voorbeeld: CO2

Welke reactie(s) stoppen bij een gebrek aan CO2 ?

Licht-, of donker reactie, citroenzuurcyclus, oxydatieve fosforylering

Wat is de productie van glucose om 2 uur, 12 en 19:00 uur?

Zie het plaatje op de vorige slide. Wat is de productie van glucose om 2.00, 12.00 en 19.00?

Opslag assimilatieproducten

Gevormde glucose omgezet in andere koolhydraten, vetten en eiwitten

Eerste omzetting: glucose naar zetmeel: glucose is oplosbaar in water en zodoende invloed op osmose

's Nachts zetmeel naar sacharose en via bastvaten transport

Na transport: opslag of gedissimileerd

Dissimilatie (1) en voortgezette assimilatie (2,3,4)

Bij bepaalde bomen zijn zogeheten zonnebladeren en schaduwbladeren te onderscheiden. In een experiment wordt bij deze twee typen bladeren van een loofboom het verband bepaald tussen de verlichtingssterkte en de opname van koolstofdioxide uit de lucht of de afgifte van koolstofdioxide aan de lucht. Is een verlichtingssterkte van 10 mW/cm2 een beperkende factor voor de fotosyntheseactiviteit in zonnebladeren? En in schaduwbladeren?

1. Voor beide niet
2. Alleen voor zonnebladeren
3. Alleen voor schaduwbladeren

Wanneer geeft een plant zuurstof af?

Hoeveel zuurstof
produceert de
plant bij 6 lux?

1. 600 ml/uur
2. 200 ml/uur
3. 400 ml/uur
4. 1000 ml/uur

Wat is het substraat bij de dissimilatie?

1. Chloroplast
2. CO2
3. Glucose
4. planten, dieren, bacteriën en schimmels

Hoeveel zuurstof
produceert de
plant bij 4 lux?

1. 200 ml/uur
2. 400 ml/uur
3. 600 ml/uur
4. 800 ml/uur

biologiepagina.nl

Leerdoelen B3

• Je kunt uit de opname en afgifte van zuurstof en koolstofdioxide door een plant de intensiteit van de fotosynthese (koolstofassimilatie) afleiden
  
• Je kunt beschrijven hoe opslag van assimilatieproducten (orgnaische stoffen) in planten plaatsvindt

Begrippen: gaswisseling, chorofyl, absorptiespectrum, intensiteit van de fotosynthese, beperkende factor, assimilatieproducten

Opdrachten: 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 32 

Ik heb de leerdoelen van basisstof 3 onder de knie

😒🙁😐🙂😃

Wat vind je lastig/moeilijk?