Past Simple - uitleg

Past simple
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Past simple

Slide 1 - Tekstslide

Past Simple
Je gebruikt de Past Simple als iets gebeurd is in de verleden tijd op een specifiek moment en het ook beëindigd is.

Wij noemen de Past Simple de Verleden Tijd.


Slide 2 - Tekstslide

Past Simple - Signaalwoorden

In de zin staan vaak een wanneer het gebeurd is.

  • yesterday
  • last week
  • ten minutes ago
  • in 2007
  • this morning

Slide 3 - Tekstslide

 Regelmatige werkwoorden

Achter het werkwoord plaats je 'ed'

I walk -> I walked
it rains-> it rained
they listen-> they listened

Slide 4 - Tekstslide


Wat is de Past Simple van work?
A
works
B
worked
C
working
D
work

Slide 5 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van help?
A
helping
B
helpd
C
helps
D
helped

Slide 6 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van recommend?
A
recommanding
B
recommend
C
recommended
D
recommends

Slide 7 - Quizvraag

 Spelling Past Simple
Als een werkwoord eindigt op -e, dan komt er in de past simple alleen een -d achter:
I live - I lived
you move - you moved

In de past simple wordt de laatste medeklinker verdubbeld als er één klinker voor staat:
I drop - I dropped
they plan - they planned

Slide 8 - Tekstslide

 Spelling Past Simple
Als een werkwoord eindigt op -y, dan komt er in de past simple een -ied achter:
I carry- I carried
you study- you studied

In de past simple komt er een -ed achter als er een klinker voor staat:
I play - I played

Slide 9 - Tekstslide


Wat is de Past Simple van stay?
A
staid
B
stayed
C
stayid
D
stayied

Slide 10 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van believe?
A
believeed
B
believes
C
believe
D
believed

Slide 11 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van stop?
A
stoped
B
stopied
C
stopped
D
stopd

Slide 12 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van study?
A
studyd
B
studyied
C
studyed
D
studied

Slide 13 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van determine?
A
determined
B
determineed
C
determind
D
determinied

Slide 14 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van shop?
A
shopped
B
shoped
C
shopd
D
shoppd

Slide 15 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van marry?
A
marryd
B
marryed
C
married
D
marryied

Slide 16 - Quizvraag

My sister .......... (play) the guitar last year.

Slide 17 - Open vraag

Je gebruikt de Past Simple als...
A
in de toekomst
B
gewoonte iedere dag
C
specifiek moment in het verleden en afgerond
D
verleden en nu nog bezig

Slide 18 - Quizvraag

I understand the past simple.
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll