4.2 Duitsland verliest

Duitsland verliest
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Duitsland verliest

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling

Slide 2 - Tekstslide

1919
1923
1924
1929
1933
1939
Duitsland kreeg schuld WOI
Hitler naar de gevangenis.
Hitler uit de gevangenis.
Hitler komt aan de macht.
Economische crisis
Begin Tweede Wereldoorlog.

Slide 3 - Sleepvraag

Met deze gebeurtenis begon WO II
A
Hitler annexeert Oostenrijk
B
Hitler neemt een deel van Tsjechië in
C
Hitler valt Polen binnen
D
Hitler valt Engeland aan

Slide 4 - Quizvraag

Leerdoelen: 
  • Je kent de keerpunten van de Tweede Wereldoorlog
  • Je kent de gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog en kunt deze herkennen in bronnen. 

Slide 5 - Tekstslide

Situatie eind 1941
Het Duitse Rijk is op zijn grootst.

Slide 6 - Tekstslide

Keerpunten in de oorlog
                                                 1. Pearl Harbor
                                                 2. Stalingrad  
                                                 3. D-Day

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Ondertussen in de Sovjet-Unie...

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slag om Arnhem september 1944
  • De geallieerden denken via Arnhem gemakkelijk Duitsland binnen te kunnen vallen.
  • Ze gaan ervan uit dat Arnhem niet zwaar verdedigd wordt en sturen onervaren parachutisten zodat deze ook eens in actie kunnen komen...
  • Arnhem is de plek waar op dat moment Duitse divisies uitrusten van D-Day. 
  • Het wordt een bloedbad...

Slide 15 - Tekstslide


In december 1944 lanceert Duitsland nog een laatste wanhopig offensief in de Ardennen. Het baat niet meer. Ze worden verslagen

Slide 16 - Tekstslide

• Omringd door Russische, Engelse en Amerikaanse legers valt in mei 1945 Berlijn.
• Hitler pleegt zelfmoord.
• De overgebleven bevelhebbers tekenen de overgave van Duitsland.

Slide 17 - Tekstslide

Ondertussen in Azië...
  • De VS strijdt tegen Japan
  • Eilandje voor eilandje moet worden veroverd
  • Dit kost enorm veel manschappen en om de oorlog sneller te beëindigen maakt de VS gebruik van een nieuw wapen...

Slide 18 - Tekstslide


Atoombom op Hiroshima
6 augustus 1945




  • Eerste keer dat dit massavernietigingswapen werd gebruikt.
  • Tienduizenden Japanse burgers 'verdampten'

Slide 19 - Tekstslide


Atoombom op Nagasaki
9 augustus 1945




  • Japanse regering gaf zich na de eerste atoombom niet over dus toen kwam de tweede atoombom op Nagasaki.

Slide 20 - Tekstslide


Capitulatie van Japan
15 augustus 1945




  • Na de verwoesting door de twee Amerikaanse atoombommen, kan Japan niets anders doen dan zich over te geven aan de Geallieerden.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide


De 'definitieve oplossing'

  • Voor de oorlog lag er een plan klaar om joden naar Madagaskar te deporteren, maar deze optie was onmogelijk vanwege de grote Engelse zeemacht
  • In 1942 werd in Berlijn vergaderd over een endlösung voor het 'joodse vraagstuk' 
  • SD-leider Heydrich stelde voor om de joden op een efficiente wijze uit te roeien

Slide 23 - Tekstslide

Holocaust
massamoord op 6 miljoen joden in de WOII

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Zyklon B




Korrels die verdampen (blauwzuur) 
als ze in contact komen met lucht.

Slide 28 - Tekstslide





Al het bewijsmateriaal moeten worden vernietigd:
kleding, foto's...lichamen.

Slide 29 - Tekstslide

Waarmee begon de Tweede Wereldoorlog?
A
Inname van Oostenrijk door Hitler
B
Toevoegen Sudetenland door Hitler
C
Bombardement en aanval op Polen
D
Inname van alle voormalig Duitse gebieden

Slide 30 - Quizvraag

Waarmee eindigde de Tweede Wereldoorlog?
A
De capitulatie van Duitsland
B
De capitulatie van Japan
C
De Russische inname van Berlijn
D
De dood van Hitler

Slide 31 - Quizvraag

Eerste Wereldoorlog
Tweede Wereldoorlog

Slide 32 - Sleepvraag

De Tweede Wereldoorlog duurde van:
A
1940 - 1945
B
1939 - 1944
C
1914 - 1918
D
1939 - 1945

Slide 33 - Quizvraag

Wat gebeurde er kort voor de bevrijding met Hitler (in Duitsland)?
A
De Amerikanen namen Hitler gevangen
B
Hitler kwam om in de gevechten in Berlijn
C
De Russen namen Hitler gevangen
D
Hitler pleegde zelfmoord

Slide 34 - Quizvraag

Op de foto zie je 'Little Boy' een atoombom die op de Japanse stad Hiroshima is gegooid.

De president van de Verenigde Staten besloot tijdens de Tweede Wereldoorlog atoombommen in te zetten tegen Japan.

Welk argument had de president voor de inzet van de atoombommen?
A
De Amerikanen dachten dat bij de verovering van Japan veel van hun soldaten zouden sneuvelen.
B
De As-mogendheden hadden een bondgenootschap gesloten met de Sovjet-Unie
C
De Geallieerden wilden voorkomen dat de Sovjet-Unie een atoombom zou inzetten.
D
Japan weigerde zich over te geven aan de As-mogendheden.

Slide 35 - Quizvraag

Welke zin over de Tweede Wereldoorlog is juist?
A
De Duitse overwinning bij Stalingrad was een keerpunt in de oorlog.
B
Duitsland, Groot-Brittannië en de VS vormden de geallieerden.
C
In 1941 werden de VS aangevallen door Duitsland en Japan.
D
Vanaf 1943 drongen de geallieerden het Duitse leger terug.

Slide 36 - Quizvraag

Welk land heeft nazi-Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog nooit bezet?
A
Engeland
B
Frankrijk
C
Nederland
D
Polen

Slide 37 - Quizvraag

Maak de goede combinaties
Bombardement van de Duitsers op Rotterdam.

Japanse aanval op Pearl Harbour.
Engeland en Frankrijk verklaren de oorlog aan Duitsland.
Twee jaar voor de Duitse inval in Nederland.
Vier dagen nadat de Duitsers Nederland binnenvielen.
Hiermee begon de Tweede Wereldoorlog.
De Duitsers bezetten Oostenrijk en Tsjechië.
De Verenigde Staten verklaren de oorlog aan Duitsland, Italië en Japan.

Slide 38 - Sleepvraag

Hieronder staan 4 kaarten van operaties in de Tweede Wereldoorlog. Klik op de kaartjes om ze groter te maken.

Zet ze in de juiste volgorde door de gele vakjes met de cijfertjes op de kaartjes te slepen. De 1 sleep je naar de eerste operatie, de 2 naar de tweede, etc. 
1
2
3
4

Slide 39 - Sleepvraag

Hieronder vijf gebeurtenissen die te maken hebben met de Tweede Wereldoorlog.
Zet de gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde.
Duitsland pikt Sudetenland in.
Duitsland verklaart oorlog aan Amerika.
Rusland verklaart Duitsland de oorlog.
Duitsland valt Polen binnen.
Engeland en Frankrijk verklaren Duitsland de oorlog.

Slide 40 - Sleepvraag

Hieronder staan drie namen van personen en drie tegenstanders.
Wie heeft de uitspraak uit de bron gedaan? En tegen welke tegenstander moest worden gevochten?
Een uitspraak tijdens de Tweede Wereldoorlog (1941):

Vandaag werd de Sovjet-Unie aangevallen. Daarom zullen wij Nederlanders, nu de omstandigheden ons daartoe dwingen, samen vechten met de bevolking van de Sovjet-Unie. Wij zullen dit doen, ook al zijn we het in veel opzichten niet met de Sovjet-Unie eens. We moeten samen zien te winnen.
De uitspraak is van    ...
om te vechten tegen ...
de Japanners in Azië
de Duitsers in Europa
de communisten aan het oostfront
koningin Wilhelmina
Mussert
Troelstra

Slide 41 - Sleepvraag