Vermogensrecht H20 t/m 26

Huurovereenkomst h20
1 / 56
volgende
Slide 1: Tekstslide
VermogensrechtMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 56 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Huurovereenkomst h20

Slide 1 - Tekstslide

Samenvatting h20
  • Benoemde, wederkerige, om baat en vormvrije ovk.
  • Verhuurder stelt de zaak ter beschikking en verricht groot onderhoud. 
  • De huurder moet de huur tijdig betalen, zich gedragen als goed huurder, toestemming vragen voor aanpassingen, kleine reparaties verrichten, en de gehuurde zaak teruggeven aan de verhuurder bij einde huur in de staat waarin hij deze verkregen heeft.. 
  • Bij geen clausule over doorverhuren, is wederverhuren en onderverhuren toegestaan.
  • Huurbescherming: procedure wettelijk geregeld en de opzeggingsgronden zijn vastgelegd. 
  • Hospita: negen maanden opzeggingsperiode verhuurder.

Slide 2 - Tekstslide

Wederverhuren is toegestaan, behalve als het is verboden in de huurovk.
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Onderverhuren is verboden, behalve als het is toegestaan in de huurovk.
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Als een huurder de huur wil opzeggen, geldt wel een strenge huurbescherming.
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Een huuropzegging waarbij de huurder het niet eens is met de opzegging, komt voor de kantonrechter.
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

De kantonrechter kan zelf bepalen welke opzeggingsgronden hij accepteert.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Als een verhuurder de huur wil opzeggen omdat hij het huis voor zijn broer nodig heeft, dan is dat een geldige opzeggingsgrond.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Een medebewoner is hetzelfde als een medehuurder.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Iemand die meer dan zes maanden een gemeenschappelijke huishouding voerde met de huurder, wordt automatisch medehuurder
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Als de huurder de huur beëindigt, moeten de medebewoners ook de huurwoning verlaten.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Als de huurder de huur beëindigt, moeten de medehuurders ook de huurwoning verlaten.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

De verhuurder heeft normaal gesproken de verplichting om een beschadigde binnendeur te (laten) schilderen.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Als een huurder betrapt wordt op het hebben van een wietplantage op zolder, dan kan hij door de verhuurder uit de woning worden gezet.
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Als een huurder grote veranderingen aanbrengt in de huurwoning, hoeft hij geen toestemming te vragen aan de verhuurder.
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Als een huurder een waardevolle verbetering aan de huurwoning heeft aangebracht en hij verlaat de woning, dan heeft hij recht op vergoeding van de waarde van die verbetering.
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Als de verhuurder de woning dringend nodig heeft omdat zijn zoon gaat scheiden en op korte termijn moet verhuizen, is dat geen geldige opzeggingsgrond.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

In een huurcontract kan een opzegtermijn voor de huurder worden opgenomen van twaalf maanden.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

De verzekeringsovereenkomst
Hoofdstuk 21

Slide 19 - Tekstslide

Samenvatting h21
  • Verzekeringsovk is een benoemde, wederkerige, om baat en een vormvrije ovk.  
  • Een akte (polis) is verplicht, maar wilsovereenstemming is al geldig. 
  • Verzekering kan alleen bij onzeker voorval of tijdstip.
  • Schadeverzekering (omvang schade) en sommenverzekering (bepaald bedrag). 
  • Verzekeringnemer heeft de plicht, mededelingen te doen, premie te betalen, schades te melden en schade te beperken.
  • Over- en onderverzekeren: indemniteitsbeginsel. 

Slide 20 - Tekstslide

Mirjam heeft door een toevallig saldotekort deze maand de premie van de opstalverzekering niet betaald. De woning brandt de volgende dag af. De verzekeraar kan de verzekering schorsen en weigeren de schade te vergoeden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Ik heb een Aansprakelijkheidsverzekering Particulier (AVP). Deze dekt de schade die ik op de fiets veroorzaak aan een voetganger.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Ik heb een Aansprakelijkheidsverzekering Particulier (AVP). Deze dekt de schade die ik op de scooter veroorzaak aan een voetganger.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Ik heb een Aansprakelijkheidsverzekering Particulier (AVP). Deze dekt de schade die mijn hond veroorzaakt door in de kuiten van een voorbijganger te bijten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Ik heb een Aansprakelijkheidsverzekering Particulier (AVP). Deze dekt de schade die ik veroorzaak door een steen tegen een auto te gooien omdat ik boos was dat ik geen voorrang kreeg op het zebrapad.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Elke werknemer die in loondienst is, doet er verstandig aan ook een arbeidsongeschiktheidsverzekering af te sluiten bij zijn verzekeraar.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quizvraag

De premie van een overlijdensrisicoverzekering is lager dan de premie van een spaarverzekering, als de verzekerde som gelijk is.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

De overlijdensrisicoverzekering is geschikt als voorziening voor je pensioen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quizvraag

De spaarverzekering (kapitaalverzekering bij leven) is geschikt als voorziening voor je pensioen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag

De lijfrenteverzekering keert vanaf een bepaald moment periodiek een bepaald bedrag uit aan de begunstigde, als aanvulling op zijn inkomen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quizvraag

Bij een levensverzekering is het verzekerd lijf de persoon die de uitkering ontvangt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Vertegenwoordiging
Hoofdstuk 25

Slide 32 - Tekstslide

Vertegenwoordiging
iemand verricht namens een ander een rechtshandeling.

Slide 33 - Tekstslide

Bij elke vertegenwoordiging zijn drie partijen betrokken:
  1. de vertegenwoordigde (de principaal): hij wordt vertegenwoordigd, hij verkrijgt de rechten en plichten
  2. de vertegenwoordiger: hij vertegenwoordigt, dus is hij de tussenpersoon
  3. de wederpartij: degene die zaken doet met de vertegenwoordigde via de vertegenwoordiger / tussenpersoon

Slide 34 - Tekstslide

Onmiddellijke vertegenwoordiging
De vertegenwoordiger handelt in naam van de vertegenwoordigde. Ook wel: directe vertegenwoordiging.

Slide 35 - Tekstslide

Middellijke vertegenwoordiging
De vertegenwoordiger handelt op eigen naam.
Ook wel: indirecte vertegenwoordiging.

Slide 36 - Tekstslide

Vertegenwoordiging o.g.v. de wet
De wet wijst soms een vertegenwoordiger aan (ouders zijn de wettelijk vertegenwoordigers van hun minderjarige kinderen of de voogd) 

Bij een geestesstoornis, kan een curator worden aangewezen. De curator is dan de wettelijke vertegenwoordiger van degene die onder curatele is gesteld.

Slide 37 - Tekstslide

Vertegenwoordiging o.g.v. volmacht
Via een contractuele volmacht kan een vertegenwoordiger de bevoegdheid krijgen om rechtshandelingen te sluiten namens de vertegenwoordigde. 
Volmacht kan ook bij arbeidsovereenkomst, maar ook als ‘losse volmachten’. Denk bijvoorbeeld aan de volmacht die een klant van een advocaat verleent aan de jurist. Of kinderen die een volmacht van hun ouders krijgen.

Slide 38 - Tekstslide

Een volmacht eindigt door:

  • de dood van de volmachtverlener
  • de ondercuratelestelling van de volmachtverlener
  • het faillissement van de volmachtverlener
  • als het specifieke doel van de volmacht is bereikt
  • als de periode waarvoor de volmacht is verleend, eindigt
  • bij een werknemer: als het arbeidscontract afloopt.

Slide 39 - Tekstslide

Gevolgen van de volmacht
  • In principe is de volmachtverlener niet gebonden aan een onbevoegde vertegenwoordiging. 
  • Derdenbescherming: Als de wederpartij ervan uit mocht gaan dat de gevolmachtigde wel bevoegd was, dan wordt de volmachtverlener toch gebonden. (een soort vertrouwensleer). De wederpartij moet erop kunnen vertrouwen dat een vertegenwoordiger / gevolmachtigde bevoegd is.

Slide 40 - Tekstslide

Op welke manier kan een volmacht eindigen?

Slide 41 - Open vraag

Stel dat je juridisch medewerker bent bij advocatenkantoor LegalAssist bv. Binnen jouw arbeidscontract ben jij gevolmachtigd om op te treden in bepaalde procedures voor dit kantoor. Vandaag is de oprichter en CEO van LegalAssist bv overleden. Eindigt hiermee je volmacht om deze procedures te voeren? Motiveer je antwoord.

Slide 42 - Open vraag

Je bent nog steeds juridisch medewerker bij advocatenkantoor LegalAssist bv en als zodanig ben jij gevolmachtigd om op te treden in bepaalde procedures voor dit kantoor. Gisteren was het je laatste werkdag bij deze werkgever omdat je met ingang van vandaag bent gaan werken voor advocatenkantoor Braghmans bv. Eindigt hiermee de volmacht om de genoemde procedures voor LegalAssist bv te voeren? Motiveer je antwoord.

Slide 43 - Open vraag

Als de bejaarde mevrouw Jansen een volmacht geeft aan haar dochter om haar geldzaken te regelen, dan noemt men de dochter met een juridische term de volmachtverlener.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 44 - Quizvraag

Als de bejaarde mevrouw Jansen een volmacht geeft aan haar dochter om haar geldzaken te regelen, is mevrouw Jansen zelf niet meer bevoegd om haar geldzaken af te wikkelen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 45 - Quizvraag

Als de bejaarde mevrouw Jansen een volmacht geeft aan haar dochter om haar geldzaken te regelen, dan is het rechtsgevolg voor de volmacht dat deze gewoon doorgaat nadat mevrouw Jansen komt te overlijden.
A
Juist
B
onjuist

Slide 46 - Quizvraag

Als de bejaarde mevrouw Jansen een volmacht geeft aan haar dochter om haar geldzaken te regelen, is mevrouw Jansen gebonden aan de rechtsgevolgen als haar dochter bevoegd handelde.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 47 - Quizvraag

Als de bejaarde mevrouw Jansen een volmacht geeft aan haar dochter om haar geldzaken te regelen, is mevrouw Jansen gebonden aan de rechtsgevolgen als haar dochter buiten haar bevoegdheid handelde.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 48 - Quizvraag

Enkele andere benoemde overeenkomst
  • Ruil
  • Geldlening
  • Schenking en gift
  • Pachtovereenkomst
  • Bewaarneming
  • Vaststellingsovereenkomst

Slide 49 - Tekstslide

Alle regels van de koopovereenkomst zijn van toepassing op de overeenkomst van ruil.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 50 - Quizvraag

Schenking is een overeenkomst.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 51 - Quizvraag

Als ik een schenking wil doen en de wederpartij weigert deze, is er toch sprake van een schenking.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 52 - Quizvraag

De vaststellingsovereenkomst is niet in de wet geregeld.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 53 - Quizvraag

De bewaargever heeft geen juridische plichten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 54 - Quizvraag

De vaststellingsovereenkomst is niet in de wet geregeld.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 55 - Quizvraag

De overeenkomst van schenking is wel in de wet geregeld.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 56 - Quizvraag